maandag 30 juni 2014


Gemeentelijke fusies leveren geen besparing op


Het kabinet wil door gemeentelijke herindeling een miljard euro per jaar besparen. Maar na herindeling dalen de uitgaven niet, zelfs niet bij de kleinste gemeenten. De gemeentelijke voorzieningen worden er ook niet beter van. Herindeling om financiële redenen is dus zinloos. Dat schrijven Maarten Allers en Bieuwe Geertsema van COELO vrijdag 27 juni 2014 in het vakblad ESB. COELO (Centrum voor onderzoek van de economie van de lagere overheden) is een onderzoeksinstituut verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen.

In het persbericht en de media lees ik het volgende:
COELO vergeleek de uitgaven per inwoner in de periode 2002-2013 in gemeenten die wel en gemeenten die niet werden heringedeeld. Daarbij is gecorrigeerd voor bevolkingsgroei, bevolkingsdichtheid en tal van andere factoren. Wat blijkt? In heringedeelde gemeenten stijgen de gemeentelijke uitgaven niet meer of minder dan in niet-heringedeelde gemeenten. Niet kort vóór herindeling, niet kort erna, en ook niet op de lange termijn.
Het kabinet heeft al een bezuiniging van één miljard euro per jaar ingeboekt voor eficiëncywinst door gemeentelijke herindeling. Het wegvallen van die bezuiniging zou een flink gat slaan in de begroting. Daarom onderzocht COELO of herindeling in sommige gevallen niet tóch een gunstige uitwerking zou kunnen hebben op de lokale bestedingen. Om te beginnen pakt herindeling misschien wel verschillend uit bij verschillende soorten gemeenten. Het gemiddelde effect zou dan nul kunnen zijn, terwijl herindeling voor sommige gemeenten wel gunstig is. COELO onderzocht drie mogelijkheden.
Eventuele schaalvoordelen zijn vooral te verwachten bij de kleinste gemeenten, terwijl opschaling van wat grotere gemeenten misschien juist tot schaalnadelen leidt. COELO onderzocht of de gemeentegrootte van invloed is op het effect van herindeling op de uitgaven. Dat blijkt niet het geval. Groot of klein, herindeling heeft geen gevolgen voor het uitgavenniveau.
Een andere mogelijkheid is dat het samengaan van verschillende typen gemeenten tot een hoger voorzieningenniveau en dus hogere uitgaven leidt. Als een gemeente met goede sportvoorzieningen samengaat met een gemeente die veel aan cultuur doet, leidt dat misschien wel tot een gemeente die veel uitgeeft aan sport èn cultuur. Dan zou herindeling de uitgaven opdrijven. Bij het samengaan van gemeenten die meer op elkaar lijken gaan de uitgaven misschien wel omlaag. COELO constateert dat dat niet het geval is. Herindeling heeft hetzelfde effect bij gemeenten met soortgelijke voorkeuren als bij gemeenten die wat dat betreft meer verschillen. In geen van beide gevallen dalen de uitgaven na herindeling.
Een derde mogelijkheid is dat het herindelingseffect afhangt van het aantal herindelingspartners. Hoe meer partners, hoe complexer de herindeling, maar ook hoe groter de mogelijke efficiencywinst. Omdat herindelingen met vier of meer partners zelden voorkomen, is onderzocht of het effect van herindelingen met twee partners verschilt van dat bij drie partners. Dat blijkt niet het geval.
Herindeling leidt dus niet tot lagere uitgaven, ook niet bij die typen gemeenten waar dat het meest voor de hand zou liggen. De COELO-onderzoekers onderzochten nog een laatste mogelijkheid: dat er toch schaalvoordelen zijn, maar dat die niet zijn gebruikt om de uitgaven te verlagen, maar om de gemeentelijke voorzieningen te verbeteren. Maar ook daarvoor blijken geen aanwijzingen te bestaan. Gemeenten worden door herindeling namelijk niet aantrekkelijker om in te wonen.
Het is duidelijk. De stelling van het kabinet dat met opschaling van gemeenten geld valt te verdienen, is op drijfzand gebouwd. De hiervoor ingeboekte bezuiniging op het gemeentefonds (structureel een miljard euro per jaar) mist dan ook elke grond.

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185