woensdag 30 november 2016


Participatie in allerlei gedaanten


Er is bijna geen gemeente in dit land die niet experimenteert met het stimuleren van nieuwe vormen van betrokkenheid van gemeente en bewoners. We zien van alles voorbijkomen:  cocreatie, een wijkbedrijf, veranderlabs, initiatievencafé's, burgerpanels, een coöperatieve wijkraad etc. Er worden meer én andere mensen actief in buurt- en stedelijke netwerken.

Maar moet de gemeente nu meer mensen betrekken bij hun leefomgeving, of moet uiteindelijk de gemeente zelf aan zet zijn? We stellen meestal de relatie burger-overheid centraal in de participatie-discussie, en concluderen dan dat daar de beroemde ‘kloof’ zit. Met de beroemde participatieladder uit proberen we de ‘kloof’ te overbruggen.

Het woord kloof benadrukt een statisch wij & zij, en laat daardoor weinig ruimte voor jij & ik. Ligt de werkelijke opgave niet het bruggen bouwen tussen burgers onderling? Want is daar, tussen groepen burgers, niet langzamerhand de werkelijke kloof ontstaan? We leven allemaal in onze veilige eigen bubbel, en omringen ons met ‘ons soort mensen’. Hoogopgeleide en goedverdienende mensen komen weinig meer in contact met mensen die het minder goed hebben.
  
Hier is dus een wereld te winnen. We zijn verleerd werkelijk naar elkaar te luisteren en ons de wereld van anderen te verdiepen. Dat vraagt om argwaan, competitie en onbegrip achter je te laten, en werkelijk de dialoog met de ander aan te gaan. Dat brengt ongetwijfeld ongemak en conflict, maar uiteindelijk ook begrip en nieuwe perspectieven. Veel vraagstukken waarvoor we naar de overheid kijken, zijn vooral vragen die we als burgers onderling moeten zien op te lossen. Volksvertegenwoordigers, bestuurders en ambtenaren kunnen een belangrijke rol spelen in het verbinden van groepen. Overigens zie ik steeds meer burgerinitiatieven die dat ook bewerkstelligen en zelfs vaak beter (en leuker, niet onbelangrijk!) dan de overheid het doet.

We moeten bereiken dat mensen weer met elkaar in gesprek gaan, in plaats van voortdurend naar de overheid te kijken. Dat vergt voor de gemeente meedoen in de werkelijkheid van bewoners en dat wat gaande is in buurten. Midden in de gemeenschap staan, en van daaruit definiëren wat je rol is en wat nodig en goed is om te doen. En het mensen mogelijk maken samen de beslissingen over hun leefomgeving te nemen.


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

dinsdag 29 november 2016


Schijnbare belangenverstrengeling


Raadsleden worden geacht het algemeen belang van de gemeente te dienen. Zij moeten er voor waken dat zij niet in de knoop komen met particuliere belangen. Dit kan er toe leiden dat zij zich bij bepaalde agendapunten terughoudend moeten opstellen en zich niet moeten in laten met de discussies over dit onderwerp in de raad, al was het alleen maar om te voorkomen dat zij in de problemen komen. Ook de schijn van belangenverstrengeling met voorkomen worden.

Vrij onverwacht speelde deze kwestie vorige week in de Laarbeekse raad bij de behandeling van het Ondernemersfonds. Wethouder Meulensteen en raadslid Mevr Slaets-Sonneveldt kregen te horen dat het verstandiger was hun mond te houden over dit punt om elk idee van belangenverstrengeling te voorkomen. Gevolg was dat de burgemeester optrad als plaatsvervanger voor wethouder Meulensteen en  raadslid Verschuren Mevr. Slaets verving in de commissievergadering.

Op het eerste gezicht leek het allemaal nogal vergezocht. In werkelijkheid was dit niet zo. Raadsleden en wethouders moeten op dit terrein zeer terughoudend zijn. Zelfs iedere schijn van belangenverstrengeling dient vermeden te worden. Door zelf niet aan de discussie deel te nemen werd een discussie over belangenverstrengeling voorkomen. En dat hoort ook zo.

Er is nog wel een probleem. Er is een heel proces van voorbereiding aan dit Ondernemersfonds vooraf gegaan. Hierin heeft wethouder Meulensteen een grote rol gespeeld. De vraag is opgeworpen of hij hier verstandig aan heeft gedaan, ook omdat hijzelf agrarisch ondernemer is en het ZLTO deelneemt aan het Ondernemersfonds. 

Misschien was het verstandiger geweest als men op het gemeentehuis eerder aan het verschijnsel schijnbare belangenverstrengeling had gedacht! Maar ja, beter ten halve gekeerd, dan ten hele gedwaald.

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


maandag 28 november 2016


Ondernemersfonds


In de commissievergadering was de burgemeester die als waarnemend portefeuillehouder optrad, nog heel stellig. Hij verzekerde de commissieleden bij herhaling dat er meer dan voldoende draagvlak was voor het  nieuw in te stellen Ondernemersfonds.. In de commissie zelf was er bij meerdere partijen gerede twijfel over dit draagvlak, maar ja als het college zo stellig was, wie was je dan als eenvoudig commissielid om hieraan te twijfelen.

De ontknoping kwam al heel snel. Maandagavond was er een bijeenkomst met de sportverenigingen over dit voorstel. Dinsdag daarop meldde MooiLaarbeek : College neemt raadsvoorstel Ondernemersfonds in heroverweging. De fracties moesten dit uit de pers vernemen. Natuurlijk waren ze hierover not amused.

Letterlijk schreef de krant:

“ Het college gaat het raadsvoorstel van het Ondernemersfonds in heroverweging nemen. Vanuit de achterban blijkt dat sportverenigingen niet content zijn met de voornemens van een ondernemersfonds. In de collegevergadering van dinsdagochtend is besloten om te heroverwegen of sportverenigingen ook een aanslag op hun OZB krijgen. Dit kan erin resulteren dat er een aangepast raadsvoorstel komt voor de raadsvergadering van donderdag 8 december, waarin er een besluit wordt genomen over het ondernemersfonds.
Ondernemersfonds

Het college is voornemens om per 1 januari een ondernemersfonds gerealiseerd te hebben in Laarbeek. Dit gebeurt in samenwerking met de partijen Centramanagement, Parkmanagement en ZLTO, afdeling Laarbeek. Het ondernemersfonds is voor iedereen die OZB betaalt in de categorie 'niet-woningen'. Zowel de eigenaar als de gebruiker van het pand betaalt. Het bedrag is €30,00 per €100.000,00 WOZ-waarde. Dit moet resulteren in een totaalbedrag van ruim €130.000,00 voor heel Laarbeek.

Sportverenigingen
Het bovenstaande houdt in dat ook sportverenigingen met eigen accommodaties, 29 in totaal in Laarbeek, hieraan bij moeten dragen. Voor de vier voetbalverenigingen gaat dit het meeste geld kosten, met bovenaan Sparta'25, die jaarlijks bijna €300,00 hieraan kwijt zou zijn. Drie verenigingen van eigen accomodaties zijn vrijgesteld, omdat het bedrag voor hen op minder dan €10,00 uitkwam. In totaal zouden de verenigingen goed zijn voor zo'n €1.500,00. Echter zijn de verenigingen niet blij met deze OZB-aanslag, omdat zij de meerwaarde hier niet van inzien.

Heroverweging
Het college wil naar haar achterban luisteren en neemt daarom het voorstel in heroverweging. Burgemeester Frank van der Meijden vertelt: "Wij vertrouwen op onze achterban en willen graag het contact met de verenigingen goed houden. Als blijkt dat zij niet achter dit plan staan en de meerwaarde niet inzien, moeten wij dat heroverwegen. Daarom gaan we dat doen. Dat kan erin resulteren dat ons raadsvoorstel voor de raadsvergadering van 8 december aangepast kan worden." Van der Meijden laat weten dat het sowieso de bedoeling is dat het ondernemersfonds per 1 januari 2017 van start gaat.”

Dat is dus andere koek. In ieder geval bij een aantal deelnemers ontbreek het aan animo.  Dus zal het iets anders .

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


zondag 27 november 2016



Opkomst bij lokale verkiezingen


Bij de tussentijdse gemeenteraadsverkiezingen voor de nieuwe gemeente Meijerijstad afgelopen woensdag kwam slechts 41% van de kiesgerechtigden naar de stembus. Een uiterst lage opkomst. Gelukkig niet het absolute laagterecord. De opkomst bij de verkiezingen in Den Bosch bij de fusie met Rosmalen was zelfs nog een fractie lager. Een lage opkomst is natuurlijk op de duur funest voor het draagvlak.

Meijerstad, voortgekomen uit een vrijwillige fusie van Veghel, St. Oedenrode en Schijndel, wordt qua oppervlakte de grootste Brabantse gemeente. In het Brabantse staan meer samenvoegingen op het programma. Denk maar eens de gemeente Nuenen, Gerwen, Nederwetten. Een zelfstandig Nuenen c.a. is een gepasseerd station. Daar is op een enkeling na iedereen het ondertussen wel zo ongeveer over eens. Over de te kiezen oplossing lopen de meningen uiteen. Hier liggen verschillende opties. In Nuenen lijkt de voorkeur van de meerderheid van de inwoners uit te gaan naar een fusie met Eindhoven; de andere optie, die blijkbaar de provincie voorstaat, een fusie met Son en Breugel, lijkt weinig kans te maken. De gemeente Son en Breugel voelt er in ieder geval niets voor. Ook de shared services- constructie krijgt weinig handen op elkaar.

Waarom laten het kiezers afweten bij lokale verkiezingen en nemen zij niet de moeite om hun stem uit te brengen? Hiervoor zijn natuurlijk velerlei redenen. Het is ook geen typisch Nederlands verschijnsel. Het komt overval voor. Denk b.v. maar eens aan het referendum in het Verenigd Koninkrijk over de Brexit, waar b.v. de jeugd het op de verkiezingsdag massaal liet afweten. Door een verkeerde inschatting.

Gezien het huidige politieke klimaat mag het niet verbazen dat veel kiezers het met name bij lokale verkiezingen laten afweten en dus thuis blijven. De politiek is daar zelf voor een groot deel schuld aan. Het belang van gemeenten wordt voor burgers minder en minder. Gemeenten schuiven steeds meer taken af. Zij leggen de nadruk op faciliteren en niet meer op zelf uitvoeren. Zij privatiseren in toenemende mate allerlei gemeentelijke taken en willen steeds meer dat burgers zelf zaken gaan uitvoeren, vooral vanuit financiële oogmerken. Hierdoor verschuift de aandacht van de burger van het gemeentehuis naar de wijk of buurt. Wat hebben buurtbewoners nog te zoeken bij de gemeenten en de politiek? Het wordt voor hen steeds meer een ver- van- mijn- bedshow.

Erg bevorderlijk voor het stimuleren van de publieke belangstelling voor de lokale politiek zijn de laatste tijd media ook al niet. Met name de lokale kranten hebben weinig belangstelling voor het reilen en zeilen van de gemeenten in hun verspreidingsgebied. In het Helmondkatern van het Eindhovens Dagblad is de aandacht voor de gemeentepolitiek sinds de samenwerking met Algemeen Dagblad minder en minder geworden. De nadruk ligt erg sterk op incidenten en ” geruzie ” ligt. Heel veel burgers willen hier niets mee te maken hebben. Nogal wiedes.

De lokale politiek zal met deze ontwikkeling iets moeten doen. Langer afwachten kan niet meer. De politiek moet weer interessant en belangrijk voor de burger worden. Misschien zijn herindelingen wel het antwoord.


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

woensdag 23 november 2016


Wat gaat er fout?


Het liefst zien we natuurlijk dat in de raad de verhoudingen harmonieus zijn. Dat de neuzen dezelfde richting uitstaan en partijen naar elkaar willen luisteren. Meningsverschillen komen natuurlijk voor. Daar is niks mis mee en moet kunnen.

Bedenkelijker wordt het als partijen niet meer met elkaar door een deur kunnen en in de raad op elkaar gaan afreageren. Als dat gebeurt, beginnen de problemen pas echt.

De stemming in de Laarbeekse gemeenteraad is de laatste tijd erg verzuurd. Dit leidt om de haverklap tot aanvaringen tussen fracties. Soms ligt de aanleiding in persoonlijke opstellingen, soms klaarblijkelijk in oud zeer, dat onvoldoende verwerkt is.

Recent zijn  er in de Laarbeekse raad een tweetal voorvallen geweest die te denken geven. Wethouder Meulensteen kreeg het aan de stok met PNL en weigerde nogal bot inhoudelijk op de opmerkingen van PNL in te gaan. Iets soortgelijks deed de burgemeester als wnd portefeuillehouder in de commissievergadering van algemeen zaken bij de bespreking van  de instelling van een Ondernemersfonds. In de tweede  instantie had hij zoveel herhalingenmoeten aanhoren dat het voor hem wel voldoende was. Hij miste de inhoudelijke discussie en hij weigerde daarom in te gaan op de inbreng van de fracties in de tweede instantie.

Duidelijk is dat er op korte termijn iets moet gebeuren. Nu worden op onbewaakte momenten dingen geroepen die kant noch wal raken. Uit frustratie en zelfs soms uit onbegrip. Zo doorgaan tot maart 2018 leidt alleen maar tot nog meer botsingen. Partijen moeten hoognodig  met elkaar in gesprek. Het liefst onder leiding van een deskundig bemiddelaar van buiten. 


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

dinsdag 22 november 2016


De gemeenteraad heeft geen toekomst



Zo luidde de titel van een studie die Jasper Loots en Piet Hein Peeters enkele maanden voor de gemeenteraadsverkiezingen van 20124 lieten verschijnen. Ook nu nog is dit boek actueel. Of de gemeenteraden er de afgelopen vier jaar sterker op zijn geworden is nog maar zeer de vraag.

De problemen waarop Loots en Peeters de  hand oplegden, bestaan nog steeds. Formeel staat de raad aan het hoofd van de gemeenten of is de raad, zoals de gemeente Amsterdam het op haar website zei, de baas. Wie maar enigszins thuis op het gemeenthuis, moet lachen als hij dit leest. Tegenover een groot ambtenarenapparaat, een college dat fulltime werkt en wethouders die hoe langer hoe meer specialisten zijn geworden, is een raadslid niet opgewassen. Zijn hebben een grote kennisvoorsprong op gemeenteraadsleden en daarmee in feite de regie. Trouwens de meeste beslissingen worden genomen door woningbouwcorporaties,zorginstellingen en onderwijskoepels.

Loots en Peeters schrijven:

“ De kwaliteit van gemeenteraadsleden in dat kleinere speelveld is cruciaal, willen ze nog enige invloed kunnen uitoefenen. Raadsleden moeten een netwerk van experts om zich heen verzamelen, dat hen voedt. Anders wordt het kennismonopolie van de ambtenaren niet doorbroken. Raadsleden moeten ook hun beperkingen kennen: waarover kun je wel besluiten en waarover niet. En helaas mag je straks over steeds minder zaken mee besluiten.

Er zijn stevige lokale gemeenteraden nodig. Die moeten zorgen voor een snelle aanpassing van hun verkokerde ambtelijke apparaat. Kom op met die integrale aanpak. Een stevige gemeenteraad heeft bovendien de nodige invloed in de landelijke politiek en kan ervoor zorgen dat de lokale stem van goed wordt gehoord bij het gemeenschappelijke beleid in hun regio.”

:

Zo eindigde hun verhaal toch nog redelijk positief. In ieder geval positiever dan Marcel Boogers die schreef:
 
"Raadsleden zitten in de cockpit van een kermisvliegtuigje. Zo eentje waarvan de exploitant bepaalt hoe hoog die gaat en hoe lang het duurt." 

Raadsleden leden zijn vreemde eenden zei de denker des vaderlands, René Gude. Ook niet echt positief.

 Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


maandag 21 november 2016


Ondernemersfonds


Er is de laatste weken enige reuring ontstaan over het voorstel om een ondernemersfonds in Laarbeek te starten. Naast enthousiaste geluiden zijn er ook minder positieve te horen. Het draagvlak zou voornamelijk volgens een aantal opponenten minder groot zijn als voorgesteld wordt.

Wat er van waar is, onttrekt zich aan mijn waarneming. In de commissievergadering was er heel veel aandacht voor. Iedere keer opnieuw kwam het terug, zowel in  de eerste als tweede instantie. Zo vaak zelfs in de tweede instantie dat de burgemeester , de wrnd portefeuillehouder, zijn teleurstelling uitsprak over de voortdurende herhalingen. De commissie maakte m.i. een probleem waar geen probleem is. Natuurlijk er zullen altijd bedrijven en/of organisaties zijn die liever niet bijdragen. Daar zullen we moeten leven, maar om deze groep een soort vetorecht te geven, gaat wel wat ver.

De indruk ontstaat dat de communicatie over het voorstel beter had gekund. Vreemd is dat pas op het laatste moment duidelijk werd dat de bestaande reclamebelasting gehandhaafd blijft. Waarom is onduidelijk, zeker als de kosten voor de reclamebelasting afgetrokken zullen worden van  de bijdrage vanuit de OZB op niet woningen. Volgens mij moet het het een zijn of het ander: een Ondernemersfonds of een reclamebelasting

Ook valt op dat het werkterrein voor het fonds wel heel ruim bemeten is. Waarom perse ook het buitengebied hierbij betrekken? Een wat minder ambitieuze start ware te verkiezen.

Er is in Laarbeek gekozen voor een ondernemersfonds dat gevoed wordt  vanuit de OZB. Het is de vraag of dit verstandig. In veel gemeenten wordt gekozen voor een zgn. BIZ, een bedrijveninvesteringszone. Of er in Laarbeek een afweging is gemaakt en waarom er gekozen is voor een ondernemingsfonds, gevoed vanuit de OZB, kan ik vanuit de stukken niet opmaken. Ook in de commissievergadering bleef dit punt onder de oppervlakte. PNL bracht het wel ter sprake; het echte antwoord kwam er echter niet.

En dan is er nog de integriteitskwestie. Op zijn minst een wethouder en een enkel raadslid zouden belang hebben bij het ondernemersfonds. Een zaak van echte of schijnbare belangenverstrengeling. Het lijkt mij ver gezocht. Natuurlijk is het in dit soort situaties verstandig om elke schijn van belangenverstrengeling te vermijden. Laarbeek heeft dit afgelopen donderdag gedaan.
  

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

zondag 20 november 2016


Opkomst bij verkiezingen



De gevestigde politieke partijen hebben het lastig. Niet alleen in Nederland, maar in de gehele Westerse wereld. Steeds minder mensen interesseren zich voor de politiek en kunnen niet meer de energie opbrengen om zich daadwerkelijk voor een van de gevestigde politieke partijen in te zetten. Leden haken af en nieuwe leden melden zich nagenoeg niet meer aan. Het ledenbestand veroudert in snel tempo. Het politieke elan is weg. Natuurlijk is dit een bedreiging van het voortbestaan van het huidige democratische bestel.

Een aantal analisten wijzen erop dat het huidige politieke bestel dateert van het midden van de 19e eeuw en door de ontwikkelingen van de laatste tijd achterhaald is. Het liefst zouden zij de representatieve democratie vervangen door een veel directer systeem. Over de vorm en inhoud doen heel diverse ideeën de ronde. Uitgekristalliseerd is dit proces nog lang niet. Eigenlijk staat het pas in de kinderschoenen. Het is ook de vraag of de afschaffing van de representatieve democratie wel de oplossing is die zoden aan de dijk zet en de problemen oplost.

Ondertussen wordt op verschillende fronten gewerkt aan verbeteringen. Zo biedt CDA-Brabant de Brabantse afdelingen van de partij de mogelijkheid aan van een quickscan. Deze quickscan leidt tot een rapportage met een algemene handreiking voor verbetering gericht op de zichtbaarheid, de interne cultuur, de formele organisatie en de samenwerking in de afdeling.

Een ander initiatief hebben de Nederlandse gemeenten genomen. In aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 is er op initiatief van de gemeente Rotterdam in samenwerking met de universiteit van Tilburg een onderzoek ingesteld naar de gemeentelijke inzet om de opkomst bij gemeenteraadsverkiezingen te bevorderen. 272 gemeenten hebben meegewerkt aan het onderzoek.

Het opkomstpercentage vertoont al jaren een dalende tendens. Misschien nog eens niet zo op het platteland, maar in de grote steden begint het langzaam maar zeker dramatische vormen aan te nemen. Volgens veel waarnemers zijn we niet ver af van een legitimatieprobleem voor de lokale democratie. Het draagvlak voor het bestel wordt door deze dalende opkomst bij verkiezingen dunner en dunner. De noodzakelijke verbinding tussen inwoners en gemeenteraad komt onder druk te staan. Het onderzoek van Rotterdam en de universiteit Tilburg, Verbetering op komst, houdt de Nederlandse gemeenten een spiegel voor. Ook geeft het rapport een aantal aanbevelingen, die de moeite van het bekijken meer dan waard zijn.

Recent onderzoek wijst uit dat het zeer moeilijk is om extra kiezers naar de stembus te trekken. De factoren die volgens deze onderzoeken desalniettemin het meest kansrijk zijn, zijn: het sturen van brieven (inclusief een dank voor eerder uitgebrachte stemmen en in een envelop met informatie over de datum van de verkiezingen), in gesprek gaan met inwoners (bij voorkeur deur-aan-deur), een verkiezingsfestival, het gebruik van een digitale stemhulp en het gebruiken van herinneringsberichten om mensen te herinneren te gaan stemmen. In het algemeen geldt dat persoonlijk contact en maatwerk boven onpersoonlijk contact en massacommunicatie gaan en dat inwoners het beste via hun eigen sociale netwerk bereikt kunnen worden.

Aan de slag dus!

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


donderdag 17 november 2016


Duurzaamheid


Het is het grootste topic van deze tijd: duurzaamheid. Nagenoeg alle Nederlandse gemeenten schermen er mee. Langzaam maar zeker is ook bij het grote publiek doorgedrongen dat zorgvuldig omgaan met de producten van  de natuur een noodzaak is. Een kwestie van overleven zelfs.

Volgens het Living Planet Report is de ecologische footprint van de mensheid per jaar al een kwart grotere dan de aarde aan grondstoffen kan produceren en aan afval kan absorberen. In tijd uitgedrukt betekent dit dat het herstelvermogen van de planeet nu al jaarlijks met vier maanden wordt overschreden. Overschoot day schuift elk jaar een beetje verder naar voren.

Op de duur kan dit niet goed gaan. We zullen zorgvuldiger met onze grondstoffen moeten omgaan. Dat gemeenten hierbij het voortouw nemen, is een goede zaak. Een succes wordt het als ook de burgers hierin meegaan. Daarvoor zullen wij onze levensgewoonten moeten aanpassen. Als we het echt willen kan het. We moeten wel, want het is op termijn een kwestie van leven en dood. Een keuze hebben we niet!

Dezer dagen las ik het boek van Henk Manschot met de titel “ Blijf de aarde trouw. Pleidooi voor een nietzscheeaanse terrasofie.” Volgens Manschot moeten wij het motto van Nietzsche “ Blijf de aarde trouw ”als leidraad nemen voor een hedendaagse ecologische levenskunst. Anders gaat het gegarandeerd fout. Heel terecht tweette president Obama op 10 okt.2014 “ We zijn de eerste generatie die de effecten voelt van de klimaatverandering en de laatste generatie die er iets aan kan doen”

Let’s do it!

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


woensdag 16 november 2016


Nogmaals de WMO-gelden


Het niet volledig uitgeven van de WMO-gelden die de gemeenten van het rijk ontvangen voor de zorg, blijft de gemoederen flink bezig houden. Bij elk weldenkende burger wil het er natuurlijk niet in dat zorggelden niet uitgegeven worden voor het doel waarvoor zij beschikbaar  zijn gesteld. Temeer daar er in de afgelopen jaren door het kabinet Rutte-Asscher flink op de zorg bezuinigd is. De kranten hebben bol gestaan van schrijnende gevallen. De geluiden vanuit de gemeenten bevestigen dit overigens niet. Hoe dit zover uit elkaar kan lopen, is voor de meesten van ons nog steeds een onopgelost raadsel.


Ook de Tweede Kamer heeft zich deze week gebogen over deze problematiek.  Aan Binnenlands Betuur ontleen ik het volgende:

“ Het kabinet moet onderzoek doen naar de oorzaak van de 1,2 miljard euro die gemeenten vorig jaar overhielden op de Wmo en jeugdhulp. Daarbij moet in ieder geval naar de eigen bijdragen en naar de verdeelmodellen worden gekeken. Een motie van GroenLinks en D66 hiertoe is deze wee in de Tweede Kamer aangenomen. Uit het onderzoek moet onder meer duidelijk worden waarom de ene gemeente veel geld overhoudt, terwijl een andere gemeente niet met het rijksbudget toekomt. Voor de Kamerverkiezingen in maart moet het onderzoek klaar zijn, aldus initiatiefnemer Linda Voortman (GroenLinks).  

In het onderzoek moet worden gekeken of er een relatie is tussen overschot op de Wmo en het  innen van (te) hoge eigen bijdragen voor Wmo-voorzieningen. Ook moet in kaart worden gebracht of mensen geen passende zorg hebben ontvangen. Ten derde moeten de verdeelmodellen tegen het licht worden gehouden en, indien nodig, aangepast.

 ‘De discussie over de overschotten moeten primair plaatsvinden in de gemeenteraad’, benadrukt mede-initiatiefnemer Vera Bergkamp (D66). ‘Maar landelijk is het ook goed om objectief naar de cijfers te kijken.’ Het wantrouwen dat er inmiddels in gemeenteland is over de cijfers van het CBS en Binnenlandse Zaken (BZK) is in de ogen van Bergkamp ‘reden te meer’ om met een goede analyse te komen.

Nadat minister Plasterk (BZK) begin vorige week een overzicht naar de Kamer stuurde met de overschotten en tekorten op maatschappelijke ondersteuning en jeugd, hebben diverse gemeenten laten weten dat die cijfers niet kloppen. Renswoude heeft inmiddels de minister om opheldering gevraagd, ook Heerenveen gaat bij BZK melding maken van de fouten. Beide gemeenten hebben weliswaar een overschot, maar veel minder dan Plasterk meldt. Steeds meer gemeenten melden fouten, zoals Asten. 'Ons overschot is 451.000 euro ipv € 1,1 miljoen. Met aangekondigde bezuinigingen nog in het verschiet dreigt serieus tekort!!', twitterde de Astense wethouder Jac Huijsmans (Wmo, jeugd) gisteren.”

Dat zorggelden die overgehouden zijn overgeheveld worden naar de algemene middelen en dus mogelijk niet voor zorg zullen worden uitgegeven zet kwaad bloed. Gisteren nog besteedde Nieuwsuur nog aandacht aan de situatie in Helmond. Ook het besluit van Gemert-Bakel om met zorggelden het gemeentehuis te verbouwen verbaast menigeen. Uit een enquete van de NOS bleek dat  1 op de 5 gemeenten die in 2015 geld overhield op de zorg en ondersteuning van hun inwoners, dat geld niet volledig apart hebben gezet voor de zorg. Van de 190 gemeenten die zeggen een overschot te hebben, hebben 35 gemeenten dat geld niet apart gezet voor zorg in de toekomst.

Het wordt inderdaad de hoogste tijd dat dit eens goed wordt uitgezocht. En vooral snel.


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

dinsdag 15 november 2016


Niets geleerd


Ad de koning tweette tijdens de raadsvergadering van afgelopen donderdag: “ De PNL-fractie weet het elke raadsvergadering weer voor elkaar te krijgen: woede en irritatie opwekken bij het college en rest van de raad ” Burgemeester Frank van der Meijden schorste  de raadsvergadering te schorsen en een  gesprek te hebben met de grootste boosdoeners. Het werd er wel iets beter op,maar de stemming bleef korzelig. In de krant van zaterdag trok Ad de Koning zijn conclusie: “ Laarbeek nog steeds niet de oude ”.

Tijdens bijeenkomsten van de raad en commissies is er altijd een zekere verbetenheid voelbaar, zowel bij de grootste oppositiepartij als bij de vier coalitiepartijen . Met name in de raadsvergaderingen leidt deze verbetenheid zo n u en dan tot felle aanvaringen. De gebeurtenissen rond het gedwongen vertrek van burgemeester Ubachs zijn partijen niet in de koude kleren gaan zitten. Onderhuids woekeren de opgelopen teleurstellingen nog steeds voort. Onderling  is het gebeurde tussen partijen nooit goed uitgesproken. Hierdoor zit het nog steeds opgekropt tussen de oren van partijen.  
 
Begrijpelijk dat PNL er nog steeds de grootste moeite mee heeft. Voor Laarbeeks grootste oppositiepartij is het traumatische ervaring; ze weet hiermee nog steeds niet goed om te gaan. Bovendien voelt de partij zich bestolen. De partij zet zich voortdurend en ongegeneerd af tegen het college en de coalitiepartijen, die hier ook niet altijd evengoed mee weten om te gaan.

Met name PNL krijgt het op gezette tijden aan de stok met de voorzitter van de raad. Zowel wrnd burgemeester Ronnes als Willems zagen zich bij gelegenheid gedwongen PNL tot de orde te roepen. Vorige week tijdens de raadsvergadering moest ook burgemeester Van der Meijden ingrijpen.

Was dit laatste afgelopen donderdag nodig? Ik denk dat er ingegrepen moest worden. Als raadsleden met stemverheffing  tegen elkaar gaan in schreeuwen,moet er iets gebeuren. De vraag is of de methode die de burgemeester koos, effectief is. De methode die de burgemeester hanteerde werkt meestal niet. Het blust voor het  moment wel even het vuur, maar heeft op de duur waarschijnlijk geen effect. De burgemeester loopt hierdoor zelfs het grote risico dat zijn persoon de inzet van strijd wordt.

En dit is het laatste wat we moeten hebben!                                 


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

zondag 13 november 2016

Donald Trump wint


De verkiezingsoverwinning van David Trump heeft heel veel pennen in beweging gezet. Kranten vullen pagina na pagina met verhalen over de 45e president van de Verenigde Staten en met commentaren. Ook de kranten van het weekend staan bol over het fenomeen Trump.

Achteraf is het gemakkelijk te verklaren wat vooraf niet voorzien is. Of was het omdat men zijn ogen niet wilde geloven of omdat men vastzat in een allang vaststaande opinie? Zeker is in ieder geval dat de makers van de media er finaal naast zaten. Zoals recentelijk ook bij Brexit. Dit moet te denken geven.

Slechts een krant had het bij het juiste eind. Een hier vrij onbekende krant, de L.A Times uit Los Angeles heeft vanaf het begin een overwinning van David Trump voorspeld en dit tegen de overheersende opinie in tot het einde vastgehouden. Waarom zaten de grote media er zo ver langs? Een interessante vraag, waarop wel nooit het definitieve antwoord zal komen.

In de wereld van de opiniemakers maken veelal linkse progressieve journalisten de dienst uit. Hierdoor ontstaan een vertekend beeld van de werkelijkheid.   Modieuze onderwerpen krijgen overdreven veel aandacht; de reële werkelijkheid raakt ondergesneeuwd. Zo bleef de onvrede van de boze blanke man en vrouw onopgemerkt. Pas toen Donald Trump verrassend gewonnen had werd het duidelijk wat er gebeurd was: de verongelijkte blanke man  had zijn vinger opgestoken naar de progressievelingen. Hij wilde terug naar de goede oude tijd; globalisering ,duurzaamheid,
internationalisme etc. kon hem gestolen worden. Het had hem immers alleen maar ellende gebracht. Zijn werk was verplaatst naar lage lonenlanden; zijn positie was gedaald; de grotere welvaart was aan hem voorbij gegaan.  En wat deed hij op 8 november? Hij stak de vinger op naar de bestuurlijke elite en gaf zijn  stem aan de man die met dit alles de vloer aanveegde en beloofde Amerika weer groot te maken. De groep die Hillary Clinton had weggezet als de “deplorables ” beleefde haar “finest hour ”!

Hoe nu verder? De rechtsradicalen in Europa ruiken hun kans. De Alternatieven in Duitsland, Marine le Pen met haar Front Nationale, Podemos in Spanje en Geert Wilders met zijn PVV zien hun kansen stijgen. Wat in Amerika kan, kan ook hier! De gevestigde partijen gaan hier lastig mee krijgen. Zij zullen hun stokpaardjes los moeten laten en de verongelijkte burger moeten gaan opzoeken en een antwoord moeten vinden om hun noden op te lossen. Hillary Clinton kon deze draai niet maken. Zullen de VVD,de PvdA en het CDA dit wel kunnen? Ik heb er een zwaar hoofd in.

In het grote interview met Alexander Pechtold in het ED van zaterdag slaag in ieder geval de D66-leider hier niet in. De boosdoener is niet het populisme, zoals Pechtold ten onrechte denkt. Het komt veel meer door het feit dat politici van de gevestigde partijen er maar niet inslagen leiding en richting te geven aan de veranderingen die de wereld ondergaat. Politiek is geen spelletje, maar een bloedserieuze zaak. Het gaat om leiderschap. Dit wordt node gemist bij de huidige politieke leiders. Hierdoor krijgen grote schreeuwers het voor het zeggen.

Het wordt de hoogste tijd dat de gevestigde politieke partijen laten zien dat zij over dit leiderschap beschikken. Kom op Rutte, Pechtold, Bruma, Samson/Asscher, Roemer en Klaver!

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


woensdag 9 november 2016

Een sterkere raad.




In de voorbereiding op de begrotingsbehandeling in de raad hebben een aantal fracties moties c.q. amendementen opgesteld. Ik zag moties voorbijkomen van ABL, de PvdA en De Werkgroep. Voor heel diverse  onderwerpen werd de aandacht gevraagd. Goed bedoeld natuurlijk. Wat het oplevert zullen we donderdag wel zien.

Wat deze moties aantonen is dat de begrotingsbehandeling leidt tot discussies over onderdelen van de begroting. De context van het grote geheel wordt onder gesneeuwd,als het al aan de orde komt.  De begrotingsbehandeling, eens het hoogtepunt van het politieke jaar, verword tot gekissebis over minieme onderdeeltjes.

Van het bovenstaande werd ik mij weer bewust toen ik vandaag het artikel “ Voor een sterkere raad ”van Peter Castenmiller las. Hierin reageerde hij op de voorstellen van “ Code Oranje ”.
Volgens hem ligt de oplossing voor dit probleem niet in het dan maar op een zijspoor schuiven van de raad. Eerder integendeel, de raad moet zich kunnen versterken. Er moet veel meer ondersteuning komen voor de raad. De informatiepositie van de raadsleden moet worden verbeterd. Daar zijn nog vele, nog weinig beproefde instrumenten voor, bijvoorbeeld het werken – naar Europees voorbeeld – met rapporteurs. Dat zijn raadsleden die met forse ambtelijke ondersteuning de ruimte krijgen om een maatschappelijk probleem te verkennen en daarover verslag uit te brengen aan de voltallige raad.
Er zou volgens Castenmiller ook veel meer aandacht moeten zijn voor een open beleidsproces. “ Neem raadsleden van begin tot einde daarin mee. Praat ze bij over de uitdagingen en mogelijke oplossingen. Zolang dat niet gebeurt, is het begrijpelijk dat ze zich keer op keer voor het blok voelen gezet. Hun enige verdedigingsmogelijkheid, in die paar dagen die hun rest tussen het ontvangen van een dikke nota en de vergadering waar die ter sprake komt, is dan louter nog om er pontificaal voor te gaan liggen. Dat staat niet fraai, maar alle andere mogelijkheden zijn dan al gepasseerd.”
Ik ben het in veel opzichten met Peter Castenmiller eens. In ieder geval ook op dit punt.
Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


dinsdag 8 november 2016

De WMO-gelden.

De overschotten op de zorg in 2015 bij de gemeenten blijven de gelederen beroeren. In het eerste jaar dat de zorg voor de WMO naar de gemeenten werd geschoven hebben de Nederlandse  gemeenten een € 310 milj minder aan zorggeld uitgegeven dan zij van het Rijk hiervoor ontvangen hebben. Dit zet kwaad bloed. Er had meer gekund dan toegestaan is door de gemeenten. Zorgvragenden lijken de dupe en gemeenten de lachende derden. Dit wekt wrevel.

Nog meer wrevel wekt hoe gemeenten omspringen met de overschotten. Er zijn gemeenten die dit overschot laten terugvloeien in de algemeen middelen; andere gemeenten reserveren het voor de zorg. Er zijn ook gemeenten die wel heel erg vreemd met deze gelden omgaan. Vooorbeeldenzijn de gemeenten Gemert-Bakel en Helmond
Helmond hield over 2 jaar maar liefst 10 miljoen euro over op de jeugdzorg en wmo. De wmo is bv. bedoeld om hulpbehoevende mensen langer thuis te kunnen laten wonen. De reserves in Helmond groeide uit naar 18 miljoen euro.
Van dit niet bestede zorggeld (de coalitie noemt dit opgebouwde reserves) wordt nu 4,5 miljoen euro in het stadslab en stadsleerbedrijf geïnvesteerd. Veel oppositiepartijen vinden dat het zorggeld aan zorg besteed moet worden, bv. aan een traplift of meer huishoudelijke hulp en niet aan de initiatieven die bij het stadslab 
Ingediend worden.
.
De gemeente Gemert-Bakel heeft ook andere plannen met het overgebleven zorggeld. Zij maken het helemaal bont! Het gemeentehuis van Gemert-Bakel gaat verbouwd worden met geld dat voor de zorg bestemd was. Er wordt 165.000 euro in stenen gestoken in plaats van in mensen. De keuze hiervoor wordt gemotiveerd met het argument dat de verbouwing ook ten goede komt aan de inwoners. De gemeente Gemert-Bakel heeft over 2015 2,4 miljoen euro overgehouden op de voor zorg bedoelende gelden. 1,9 Miljoen euro van het overgebleven zorggeld wordt voor zorg gereserveerd en het restant wordt overgeheveld naar de algemene middelen.

Tijdens de begrotingsbehandeling in  Helmond lieten de oppositiepartijen van het voorstel weinig heel. De Helmondse oppositie liet verschillende geluiden horen: “Oneigenlijk gebruik van wmo gelden.” “Zorggeld moet naar zorg gaan en niet naar afgeleide zorgzaken.”Dit is geld voor onze ouderen om hen te ondersteunen langer thuis te kunnen blijven wonen.” Gemeenten zijn niet verplicht dat geld aan zorg te besteden, maar moeten zich wel verantwoorden tegenover het ministerie. Onderzoek naar de uitgaven wmo en jeugdzorg is gewenst. DHelmondse gemeenteraad nam unaniem een motie aan om de Rekenkamer een onderzoek te laten  doen  naar de uitgaven van wmo en jeugdzorg.

Ik ben heel benieuwd naar de uitkomst.

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185



maandag 7 november 2016


Raadsvergadering van 10 nov a.s.



De raad is deze week bezig met de voorbereiding van de raadsvergadering van donderdag a.s. In deze raadsvergadering staan de bespreking van de Grondnota en de Begroting 2017 op de agenda.

De grootste aandacht zal ongetwijfeld uitgaan naar de begroting. De algemene beschouwingen die in het verleden een zeker cachet aan de begrotingsbehandeling gaven, zijn al sinds enkele jaren verschoven naar de behandeling van de kadernota in juni/juli. Dit betekent dat de Begroting behandeld wordt als een “gewoon” agendapunt. Ik zet doelbewust gewoon tussen aanhalingstekens om aan te geven dat de begrotingsbehandeling toch altijd iets bijzonders blijft houden.

Ongetwijfeld zal de aandacht van de raad naar een aantal onderdelen van de begroting uitgaan. Te verwachten is dat vanuit de oppositie de focus gelegd zal worden op de keuze van het college voor een verhoging van de OZB met 2%.In verschillende ons omringende gemeenten hebben de colleges in het kader van lastenverlichting voor de burgers besloten om dit niet te doen. Laarbeek doet echter anders. Ik denk dat het college hier goede motieven voor heeft, maar ze zal ze wel helder over het voetlicht moeten brengen. Alleen maar schermen met duurzaamheid en ontwikkelagenda is niet voldoende. Het college zal moeten overtuigen en deze principiële keuze die leidt tot een tekort op de begroting, moeten rechtvaardigen.

Er zijn voldoende argumenten voor deze keuze. Het komt nu aan op overtuigingskracht.


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

zondag 6 november 2016

Unieke gemeentelijke samenwerking


In het Stedelijk Gebied Eindhoven, de 9 randgemeenten van Eindhoven, vindt een drastische afschaling plaats van het aantal bedrijfsterreinen dat ontwikkeld gaat worden. Een 150 ha aan bedrijfsterreinen wordt geschrapt en wordt derhalve niet meer in ontwikkeling gebracht. Varenschut in Helmond,Rode Ladder in Best, Ekenrooi-Noord in Eindhoven gaan niet door. Ook gaat een streep door delen van Brandevoort Business Park in Helmond,Park Forum in Eindhoven en Habraken in Veldhoven. Het Stedelijk Gebied zet in op de ontwikkeling van ongeveer 251 hectare bedrijfsgrond tenminste als er in de komende voldoende vraag vanuit de markt is. Van deze 252 ha is 165 ha in handen van gemeenten en een kleine 100 ha in handen van particulieren.
,
Een dergelijk besluit is zeer opmerkelijk, uniek zelfs. Het gebeurt bijna nooit. De nood is klaarblijkelijk wel heel hoog gestegen. Toch toont het feit dat gemeenten in gezamenlijkheid hiertoe besluiten, ook aan dat deze gemeenten over realiteitszin en bestuurskracht beschikken. Anders komt zo’n ingrijpend besluit nooit van de grond. Kartrekker van het project was burgemeester Brenninkmeijer van Waalre.

Naast het schrappen van 150 hectare aan bedrijfsterreinen houdt de overeenkomst ook in dat de gemeenten voor elke vierkante meter bedrijfsgrond die wordt uitgegeven een bijdrage van een tientje in een fonds stoppen. Dit geld wordt gebruikt als vergoeding voor misgelopen toekomstige inkomsten. Met deze overeenkomst hopen de gemeenten leegstand van bedrijventerreinen tegen te gaan. Ook denken zij door deze samenwerking als regio aantrekkelijker te worden voor het bedrijfsleven. Onderling is ook overeengekomen dat de grondprijs overal op dezelfde manier wordt berekend, zodat gemeenten elkaar niet beconcurreren. Bedrijven moeten kiezen voor ‘’ de beste locatie ” en niet voor de “ de beste prijs ”.

Het besluit toont aan dat samenwerken nog altijd mogelijk is. Het Stedelijk Gebied Eindhoven laat zich met dit besluit van haar beste kant zien. Terecht dat de Tweede Kamer brainport wil promoveren naar mainport.

Toen ik het bovenstaande in het ED van donderdag 3 november j.l. las, gingen mijn gedachten onwillekeurig uit maar het Laarbeekse bedrijventerrein Bemmer IV. In de laatste commissievergadering van Algemene Zaken werd door de commissie opnieuw aandacht gevraagd voor dit bestemmingsplan. De “zichtlocatie Bemmer IV” aan de provinciale weg, de N279, verkoopt minder snel dan verwacht en wordt daarmee steeds meer een zorgenkindje van de gemeente Laarbeek. Het is in ieder geval nu al een plan, dat de grootste risico’s voor de gemeente met zich meebrengt.


De gemeente doet er alles aan om het plan onder de aandacht van potentiële kopers te brengen. In de Grondnota stelt het college voor de vorig jaar geopende mogelijkheid om gronden in dit plan in erfpacht uit te geven met een jaar te verlengen. Hopelijk lukt het op korte termijn investeerders te interesseren in de aankoop van gronden op dit bestemmingsplan. De gemeente doet er in ieder geval alles aan om de uitstraling van dit plan zo groot mogelijk te maken. In potentie heeft dit plan grote mogelijkheden.

woensdag 2 november 2016


Duurzaamheid


Twee berichten vielen vandaag op. Allereerst de column van Jos Kessels in het ED. Kessels schreef over de duurzaamheidsplannen van de gemeente Eindhoven. Met de nodige verbetenheid. “ Goen, de kleur van ellende in de tuin, is tegenwoordig een modewoord, net als duurzaam”schreef hij. Kessels vindt de plannen van de gemeente naar niets.

Het Eindhovense gemeentehuis zelf wordt ook verbouwd. In het kader van de duurzaamheid komt er een nieuwe publieksbalie in de kelder, waar het publiek blijkbaar thuishoort. “ Het voordeel van een kelder is dat je niet dieper kunt zinken, dat hebben ze in de meest intelligente regio van de wereld toch maar mooi bedacht”zo sniert hij.
Het tweede artikel dat de aandacht trok stond in Binnenlands Bestuur. Geen enkele gemeente kan zich met recht duurzaam noemen. Dat stellen de opstellers van de Gemeentelijke Duurzaamheidsindex (GDI) bij de presentatie van hun index voor 2016. Als aan de scores op 24 indicatoren dan toch een ranglijst moet worden gekoppeld, staat Nunspeet bovenaan en doen veel grote steden het slecht.

Nunspeet en andere koplopers, zoals Rozendaal, Staphorst, Zeewolde en Putten, scoren op veel punten goed, maar ook daar is nog een wereld te winnen, zegt Geurt van de Kerk van de Stichting Duurzame Samanleving, die sinds 2008 de GDI uitbrengt. De index geeft voor elke gemeente scores aan op 24 onderdelen die bijdragen aan economische, ecologische en sociale duurzaamheid.

De dimensie economie heeft van die drie de slechtse  scores en vertoont een terugval sinds 2008. Dat vooral wordt veroorzaakt door stijgende (jeugd-)werloosheid en toenemend aantal minima en uitkeringen, zegt Van de Kerk. Gemeenten kunnen dat wel degelijk beïnvloeden door actieve begeleiding van werkzoekenden en bedrijven  en door een goed vestigingsklimaat. Ook de eigen financiële positie is van invloed; ‘Het moet allemaal wel betaald kunnen worden.’

Ondanks de achteruitgang in economische duurzaamheid, is de totale gemiddelde duurzaamheid sinds 2008 iets vooruit gegaan. Gemeenten hebben veel vooruitgang geboekt op milieu- en energiegebied, stelt Van de Kerk vast. Ook sociale duurzaamheid is licht gestegen, hoewel de grootste steden moeite om sociale problemen het hoofd te bieden.

De vooruitgang is vooral te zien bij Onderwijs (minder voortijdig schoolverlaters), Vervoerswijze (we pakken wat minder vaak de auto), Lucht (afgezien van hardnekkige slechte plekken, is de luchtkwaliteit in het algemeen verbeterd) en Veiligheid (minder geregistreerde misdrijven). De opwekking van hernieuwbare energie is met bijna 30 procent gestegen, het energiegebruik van de woningen en publieke gebouwen is met 12 procent gedaald en we produceren minder huishoudelijk afval.

Toen ik dit allemaal gelezen had, was ik toch wel benieuwd naar het prestatieniveau van Laarbeek. Gelukkig zag ik dat Laarbeek bij de koplopers behoort. Laarbeek scoort een 4.5. Dat is goed. Het gemiddelde ligt landelijk op 4.3. Opmerkelijk is wel dat Laarbeek op de onderwerpen die hier speerpunten zijn, het slecht doet. De prestaties op het gebied van water en natuur zijn niet om over naar huis te schrijven.

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


dinsdag 1 november 2016


Gemeenschappelijke regelingen



Op de agenda van de vergadering van de commissie Algemene Zaken stond dinsdag de Raadsinformatiebrief Beleidsnotitie beleidskades P&C –documenten gemeenschappelijke regelingen. Ter informatie.

Ik heb wat zitten te stoeien met dit stuk. Ik wist en weet ook nu nog niet, wat ik met deze beleidsnotitie aanmoet. Het stuk dateert al van 24 maart 2016 en staat nu pas op de agenda. Waarom nu pas , zo vraag ik mij af?

De wens naar een harmonisatie met betrekking tot de gemeenschappelijke regelingen kan ik mij levendig voorstellen. Maar wat de werkgroep nu voorlegt, is wel erg mager. Het beperkt zich hoofdzakelijk tot een harmonisatie van financiële kaders. Mogelijke andere onderwerpen worden wel aangestipt, maar zullen pas later aan de orde komen.

Wat gaan we als raad hiervan merken? Het gaat over de kadernota, de standaard methode indexering, de gewogen index die heel merkwaardig er toe leidt dat bij stijging van het aantal inwoners de bijdrage per inwoner daalt. De kadernota zal  voor 15 april worden aangeboden. De raad kan er alleen kennis van nemen ; een zienswijze indienen is niet mogelijk. Zienswijzen op de begroting dienen voor 20 mei aangeleverd te worden.

Mijn eerste conclusie: deze harmonisatie leidt tot een betere stroomleiding , maar wijzigt  in feite maar heel weinig. Enigszins teleurstellend is dit wel, zeker als ik het rapport van de VNG en raadslid.nu  “Grip op regionale samenwerking, handreiking voor gemeenteraadsleden en griffiers ” er bij pak. Het geeft een heldere analyse en een aantal handreikingen. Het rapport adviseert raadsleden en griffiers in een achttal lessen waarop men moet letten. Kennisname van het rapport is voor iedereen aan te bevelen. Alleen al de inleiding is blikverruimend. Ik citeer:

“ ls raadslid heeft u een belangrijke democratische verantwoordelijkheid voor het overheidshandelen binnen uw gemeente. Die verantwoordelijkheid verandert niet als ervoor wordt gekozen om gemeentelijke bevoegdheden voor beleidsbepaling of taakuitvoering naar een regionaal samenwerkingsverband te mandateren of te delegeren. U blijft formeel kadersteller, controleur en volksvertegenwoordiger.  Raadsleden ervaren in de praktijk echter dat hun rol bij samenwerkingen verandert. En dat is ook zo. De democratische legitimatie is bij een samenwerkingsverband immers niet alleen afkomstig van de eigen raad, maar van alle betrokken raden gezamenlijk. Dat leidt ook tot gedeelde invloed. Bovendien duwen de spelregels van bestuurlijke samenwerking in de praktijk de raad vaak naar een meer toezichthoudende rol; een rol op afstand. Bestuurlijke samenwerking is onder een aantal raadsleden dan ook niet populair. Soms drijft een samenwerking weg uit het zicht van de raad. En soms blijken de mogelijkheden voor invloed onverwacht beperkt. Een toezichthoudende rol op afstand is echter niet onvermijdelijk. Door slim positie te kiezen, als raad afzonderlijk en gezamenlijk met andere raden, kan de raad wel degelijk veel invloed uitoefenen op hoe de samenwerking functioneert. ”

Investeer in samenwerking, zou ik zeggen.


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185