Regionale
samenwerking.
In het MRE, de Metropool Regio Eindhoven, is destijds
bij de oprichting en rond de vaststelling van de gemeenschappelijke regeling
van het MRE afgesproken dat in 2017 de nieuwe wijze van samenwerken binnen de
regio zou worden geëvalueerd. Dit moment is nu aangebroken. Een Bestuurlijke
Werkgroep heeft de vraagstelling geformuleerd. De 21 aangesloten gemeenten
wordt nu gevraagd hierop te reageren.
De MRE is de opvolger van de SRE, het
Samenwerkingsverband Regio Eindhoven, die tussen 1993 en 2015 als regionaal
bestuursorgaan werkzaam was in Zuidoost Brabant. De regio wilde ervan af, ook
al omdat een aantal instituties elkaar in het vaarwater zaten. Brainport en SRE
hebben nooit een goede en werkbare samenwerking kunnen vinden. Het moest plaats
maken voor een netwerksamenwerking. Dit werd een redelijk vaag MRE.
Sinds 2015 is het MRE er niet in geslaagd flink aan de
weg te timmeren. Gemeenten hielden zich
op de achtergrond en wilden niet investeren in het MRE. Kartrekkers waren maar
heel moeilijk te vinden. Kennelijk wilde niemand zijn vingers branden aan een
organisatie die niet tot de verbeelding sprak.
Voor de Peel kwam daar nog bij dat ook de samenwerking
in de Peel stokte. Peel 6.1. mislukte, ook al omdat de gemeente Helmond er de
stekker uit trok. Of de Peelsamenwerking in de nieuwe opzet van Peel 5.1. wel
succesvol gaat worden, moet nog maar afgewacht worden.
Ook gedeputeerde Anne-Marie Spierings van D66 heeft
kennelijk weinig vertrouwen in de kracht van de Peelgemeenten. Zij heeft in
ieder geval de Peelgemeeenten opgedragen voor 1 juli 2017 individudeel te gaan kijken naar de bestuurskracht van elke gemeente apart
en de provincie daarover rapporteren. De Peelgemeenten zullen evenals de
Kempengemeenten met de billen bloot moeten! De 6 Peelgemeenten komen niet weg
met hun gezamenlijke antwoord op de
brief van de provincie. De provincie trapt hier – heel begrijpelijk - niet in.
Ik ben heel benieuwd wat
het college èn de raad op deze wezenlijke vraag gaan schrijven: waarin zit de
bestuurskracht van Laarbeek? Ik heb niet de indruk dat de zes burgemeesters van
de Peel de vraag van de gedeputeerde begrepen hebben of misschien ook wel niet
hebben willen begrijpen. De reactie van burgemeester van der Meijden in het ED
van vrijdag j.l. blijft in het oude stramien steken. Duidelijk is dat het allang niet meer gaat om de bestuurskracht
van de Peel, maar om de bestuurskracht van elke individuele Peelgemeente.
De commissie Algemeen
Bestuur besprak deze week de vraagstelling voor de evaluatie van de MRE. De
commissieleden stemden in met de tekst die het college opgesteld had. Wezenlijk
werd er niets in de vragen veranderd en werd het antwoord een hamerstukvoor de
volgende raadsvergadering. Het had voor mij best wat steviger aangezet mogen
worden. Nu blijft het bij het aanstippen van een paar – wezenlijke – punten.
College en commissie hadden dat steviger moeten funderen. Regionale ambitie,
onafhankelijkheid van de evaluatie en inbreng van de raden zijn daar belangrijk
genoeg voor.