zondag 6 november 2011


Raadsvergadering


De raad van Laarbeek vergaderde afgelopen donderdag 3 november. Inhoudelijk heb ik me deze keer heel weinig met de vergadering zelf bezig gehouden. Dit kwam omdat ik de burgemeester moest vervangen als voorzitter van de raad. Op zich is het leiden van een raadsvergadering een heel speciale ervaring. Echt spannend en enerverend vind ik het niet. Inhoudelijk moet je je heel terughoudend opstellen. Voor een politiek dier is dat weinig uitdagend. Als voorzitter hoeft je alleen de orde van de vergadering te bewaken. Achteraf kan ik constateren dat het zeerzeker geen wanorde is geworden en dat de orde gehandhaafd bleef.

De raad was deze keer opmerkelijk unaniem. Op de agenda stonden een aantal voor Laarbeek uiterst belangrijke onderwerpen. In de verschillende commissievergaderingen was al gebleken dat er over deze punten geen verschil van menig bestond tussen de partijen. Eigenlijk hadden al deze agendapunten punten als hamerstuk afgedaan kunnen worden. Terecht had de commissie gezien de importantie van deze onderwerpen voorgesteld dit niet te doen.

Twee onderwerpen sprong er donderdagavond uit: het krediet voor de nieuwbouw van het Commanderij College en sporthal D’n Ekker en het Beleidsplan Wmo Laarbeek 2012-2015.Met het eerste besluit begint er schot te komen in de realisatie van de voorzieningenclusters. Iedereen was daar terecht verheugd over. Voor ons als CDA was het extra fijn te mogen constateren dat onze motie van destijds om  D`n  Ekker geschikt te maken voor het gebruik als evenementenhal uiteindelijk uitgevoerd gaat worden. De tijd van het feestelijk plaatsen van borden is voorbij; de schop kan eindelijk de grond in!
Het tweede belangrijke besluit van de raad donderdag was in te stemmen met het Beleidsplan WMO. Dit beleidsplan staat voor een zeer wezenlijke wijziging op het brede terrein van zorg en welzijn in Laarbeek. Uitvoering van dit beleidsplan zal op termijn hele fundamentele wijzingen met zich meebrengen. Termen als Kanteling en Nieuw Welzijn gaan concrete inhoud krijgen.

Aan het begin van de bespreking van het Beleidsplan gaf de voorzitter van de WMO-raad, Don van Sambeek, een toelichting op de wijze waarop het beleidsplan tot stand was gekomen. De samenwerking tussen alle betrokkenen was goed geweest. Het resultaat mocht er volgens hem dan ook zijn. De waardering die van Sambeek uitsprak, leefde ook raadsbreed in de raad. Toch leefden waren er in de raad ook wel zorgen. Verschillende partijen vreesden de gevolgen van het rijksbeleid: de stapeling van lasten, de kortingen, de verdergaande decentralisaties etc. Ook klonk in de raad de roep om kleinschaligheid ( buurtzorg, de wijkzuster).Een echte doordenker kwam dit keer uit de mond van Rick van Bree: “Zorgverleners hebben geleerd om te zorgen- nu moeten zij met de handen op de rug afwachten hoe de zorgvrager zijn problemen oplost ”.

Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185