donderdag 2 oktober 2014

Financiële positie van gemeenten

Nieuwe gemeentebesturen, nieuw beleid? In deze weken presenteren wethouders van financiën hun begrotingen voor 2015. Zo ook in Laarbeek. Het ED berichtte hier al over. Ook in Laarbeek blijkt er voor nieuwe politieke kleuring bitter weinig ruimte is. Zo weinig zelfs dat de wethouder van financiën alleen maar kan hopen dat er over drie jaar weer ruimte is voor nieuw beleid.
Behoedzaam opereren is troef, zeker gelet op alle onzekerheden die de overheveling van budgetten en taken van het Rijk met zich meebrengt. Wat gaat de uitvoering van de jeugdzorg de gemeenten straks werkelijk kosten? Wat wordt de rekening van de opdracht om mensen met een 'afstand tot de arbeidsmarkt' aan het werk te helpen? Kunnen de zorgtaken die gemeenten krijgen straks betaald worden met het bedrag dat ver weg in Den Haag is berekend? Heel veel wethouders sociale zaken beantwoorden deze vraag negatief. De gemeentebesturen kunnen slechts werken met grove ramingen. Zal bijvoorbeeld het aantal cliënten in de jeugdzorg door het nieuwe, preventievere beleid na 1 januari zomaar fors afnemen, wat wel de bedoeling is? Het is een bange vraag. Diverse gemeenten zetten dan ook potjes apart om tegenvallers op te vangen. Bezuinigen blijft, door kortingen vanuit Den Haag op het gemeentefonds, sowieso het parool. Zelfs Asten, in Zuidoost-Brabant financieel het gezondst, ontkomt daar niet aan.
De armlastigste broeders in de regio – Gemert-Bakel, Nuenen, Veldhoven, Reusel-De Mierden en Deurne – worstelen ook nog met een erfenis: torenhoge schulden door te hoge investeringen in vooral (onverkochte) bouwgrond. Gemert-Bakel heeft met een herstelplan voorzichtig de weg omhoog ingezet, Nuenen nu ook. Ze moeten nu jaarlijks óók nog geld vrijmaken om de schuldenlast te verlichten en verhoogden daartoe eerder al de onroerendezaakbelasting (ozb). Dat voorbeeld volgt Veldhoven nu ook: 10 procent er bovenop in 2015, en de jaren daarna nog eens 2,5 procent per jaar. De meeste andere gemeenten zoeken het in kleine besparingen, bijvoorbeeld in de eigen personeelskosten.
Maar de financiële speelruimte blijft lokaal zeer beperkt. Slechts 5 procent van de begroting is echt lokaal in te vullen, de rest ligt min of meer vast, ook door Haagse regels. Het maakt allemaal dat de begrotingen beleidsarmer zijn dan ooit. In Oirschot is in de nieuwe begroting zelfs nog geen voorstel voor de tarieven voor de lokale woonlasten gedaan. Eigenlijk hebben alleen de steden Eindhoven en Helmond, met de grootste huishoudpot, nog ruimte voor investeringen. Helmond trekt ondanks forse bezuinigingen toch een miljoen extra uit voor armoedebestrijding. Eindhoven maakte al eerder keuzes om op dat vlak de Haagse pijn te verzachten. De stad zet de bezuinigingsoperatie voort, maar blijft ook investeren, bijvoorbeeld in stil asfalt en nieuwe scholen en het Brainport Park.
Met dank voor dit stukje van vandaag aan het ED van woensdag 1 oktober j.l.

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185