maandag 13 februari 2017

Nepnieuws

Emeritus hoogleraar Cees Hamelink vindt dat overheden en media de hand in eigen boezem moeten steken, in plaats van anderen te beschuldigen van nepnieuws.
Hij adviseert geen NOS Journaal meer te kijken. “Als je het NOS Journaal kijkt om te weten wat er in de wereld gebeurt, dan is het zonde van je tijd.”
Er zijn veel alternatieve bronnen met informatie die je meer greep biedt op de werkelijkheid en die beter blijft hangen.
Illusie

Hamelink merkt daarnaast op dat kranten, met name de Volkskrant, erg opiniërend zijn geworden.
Het is volgens hem een illusie dat je goed op de hoogte bent als je maar genoeg kranten in huis haalt.
“Ze behandelen dezelfde thema’s en hanteren dezelfde invalshoeken,” zegt hij. “Vaak weinig kritisch en afstandelijk.”
Grootste leugenaars

De hoogleraar stelt dat de media meestal niet zelf liegen, maar vooral leugens van anderen, met name overheden, verspreiden.
“Dat zijn altijd de grootste leugenaars geweest, de grootste producenten van wat we nu nepnieuws noemen,” zegt hij.
“Op zijn minst kun je dus zeggen dat de media medeplichtig zijn aan het verspreiden van nepnieuws,” vervolgt hij.
Bereidheid

“Zie de oorlogen in Srebrenica, Kosovo, Irak, Libië, en nu ook in Syrië en Oekraïne. De journalisten zijn daar zelf niet de grote leugenaars, dat zijn de spindoctors en pr-professionals van overheden en inlichtingendiensten,” klinkt het.
Hoogleraar Hamelink wijst erop dat zij veel onware verhalen over genocide, verkrachtingen en andere gruwelijkheden verzinnen, die door journalisten klakkeloos worden overgeschreven.
Hoe gevaarlijker een ‘vijand’ wordt afgeschilderd, hoe meer de bereidheid onder het volk toeneemt om ten strijde te trekken.
Groter kwaad

Het bestrijden van nepnieuws door overheden ziet Hamelink als een groter kwaad dan het bestaan ervan.
“Overheden hebben altijd geprobeerd nieuws te manipuleren, te beïnvloeden,” zegt hij. “Ze kunnen dus het argument van nepnieuws gebruiken om nieuws te bestrijden dat niet nep is.”
Professor Hamelink vindt dat het publiek best wat kritischer mag worden.
Brood en spelen

“De mediaconsument die tevreden is met brood en spelen en die niet wil weten hoe de wereld werkelijk in elkaar steekt, roept de leugens over zich af,” legt hij uit.
“Het begint met mensen die de krant op de mat krijgen en gemakshalve aannemen: Het zal wel waar wezen. Dan kun je die krant net zo goed niet lezen.”
Van kritisch wetenschappelijk onderzoek naar de rol van de media in de samenleving is bijna niks meer over, besluit Hamelink.