dinsdag 21 februari 2017


Kwaliteitsmeting Huishoudelijke Ondersteuning

 


De raadsinformatiebrief over de kwaliteitsmeting huishoudelijke ondersteuning begint met de terechte vaststelling dat  huishoudelijke ondersteuning een actueel thema blijft. Daar is niets teveel mee gezegd. Afgaande op persberichten krijg je de indruk dat mensen zeer ontevreden zijn over de huishoudelijke hulp. Zij zouden te hard gekort worden op het aantal uren hulp dat zij krijgen. Dit beeld zie je overal. Het is het beeld van de zorgontvangers en uitsluitend gebaseerd op hun eigen ervaringen, niet op gedegen onderzoek.

Onderzoeken die uitgevoerd zijn leveren steevast een ander beeld op. Zorgontvangers zouden wel tevreden zijn met de geboden hulp. Ook  het onderzoek van Zorg-lokaal en Seizo in opdracht van Peel 6.1. bevestigt dit. Het onderzoek strekte zich uit over bijna 400 huishoudens met WMO-huishoudelijke ondersteuning. Dit betekent dat in deze pilot 10% van de clienten betrokken zijn.

In de raadsinformatiebrief  onderstreept het college de kunde van de onderzoekers. Er staat:

“Gecertificeerde controleurs hebben op basis van een geobjectiveerde normensystematiek de kwaliteit van de schoonmaakwerkzaamheden door de gecontracteerde zorgaanbieders beoordeeld. ”

Ik heb geen reden om hieraan te twijfelen.

Naast de technische kwaliteitsmeting heeft de controleur ook een aantal belevingsvragen aan de cliënt gesteld teneinde informatie te krijgen over de mate van tevredenheid over de aanbieder. Uitkomsten onderzoek Beleving Van de 394 bezochte klanten hebben 388 een oordeel gegeven over hun aanbieder en de hulp. Zij gaven hun aanbieder gemiddeld een 7,7. Een hele dikke voldoende dus. Van deze 388 klanten hebben er 36 hun aanbieder een onvoldoende gegeven waarvan 3 een zware onvoldoende (4 of lager). Daarmee geeft ruim 90% van de klanten aan tevreden te zijn over hun aanbieder en 64% geeft zelfs aan zeer tevreden te zijn. Op basis van de technische kwaliteitsmeting scoren de aanbieders gemiddeld een 7,3. Ook een hele ruime voldoende. In 20 gevallen werd een onvoldoende gescoord waarvan 6 zware 2/3 onvoldoendes (4 of lager). In deze 20 gevallen is reeds in december actie ondernomen. Aanbieders zijn in samenspraak met deze klanten bezig hun inzet c.q. dienstverlening aan te passen en te verbeteren. Medio februari 2017 zal via een optische hercontrole nagaan worden of de juiste veranderingen/verbeteringen zijn doorgevoerd door de zorgaanbieders die het aangaan. De vinger wordt dus aan de pols gehouden. Terecht.

In de pilot zijn 40 Laarbeekse zorgvragers meegenomen. Zij geven de zorg een 7.5. Alleen de score van de gemeente Deurne in de Peel is ietsjes lager. In Laarbeek was er een geval met een zware onvoldoende , 4 onvoldoendes , 32 scoorden goed en 3 zelfs zeer goed. Een mooi resultaat.

In de raadsinformatiebrief en het rapport wordt niet ingegaan op de discrepantie tussen deze uitkomsten en het beeld in de media. Dat is jammer. Voor mij als leek is het duidelijk dat zorgvragers die zorg ontvingen in het oude systeem, nu met minder uren moeten volstaan. Dat doet natuurlijk pijn. Nieuwe aanvragers voelen dit niet zo. Zij zijn blij met elke hulp die zij krijgen. De transitie heeft een flinke bezuiniging opgeleverd. In dit opzicht kan het kabinet Rutte- Asscher tevreden zijn. Deze tevredenheid wordt niet door iedereen gedeeld.


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185