donderdag 22 augustus 2013


 

Het Lek


Na zo’n artikel hoef ik niets meer te schrijven  over het lek dat geen lek uit het college was. Lees zelf maar het artikel in Binnenlands Bestuur van gisteren ( donderdag ) Vereijken bevestigt wat we al lang dachten. “'Het gaat om een stuk van mijn hand dat destijds vertrouwelijk in het college is ingebracht en besproken.” zegt hij letterlijk in het stuk. Ook wethouder Biemans zei vorige week vrijdag al bij Omroep Kontakt dat het stuk besproken was in B en W.  Waarom dan deze poppenkast over dit stuk?
Hier het artikel zelf. Integraal.

 

WETHOUDER DOET AANGIFTE NA LEKKEN GEHEIME NOTULEN

Kemal Rijken 22 aug 2013 0 reacties
In de Noord-Brabantse gemeente Laarbeek is ophef ontstaan nadat een vertrouwelijke notitie over het declaratiegedrag van burgemeester Hans Ubachs (D66) is gelekt naar het Eindhovens Dagblad. Wethouder Hans Vereijken (Partij Nieuw Laarbeek) is de schrijver van de notulen en gaat aangifte doen.
Bedrag is teruggestort
In de notitie, die alleen bij de leden van het college onder ogen kwam, wees de wethouder zijn burgemeester op ruim 8.000 euro die hij ten onrechte had gedeclareerd. Inmiddels heeft de burgervader dit bedrag, dat was bedoeld voor zijn woning, weer teruggestort in de gemeentekas, maar door het lekken van de notitie is er deze zomer toch ophef ontstaan.
Wethouder Vereijken licht toe.

Het gaat om een notitie die u in februari schreef. Waarom gaat u alsnog aangifte doen?
'Het gaat om een stuk van mijn hand dat destijds vertrouwelijk in het college is ingebracht en besproken. Daarmee was de zaak afgesloten, zo dacht ik. In juli kreeg ik ineens een telefoontje van het Eindhovens Dagblad. Mijn notitie was door iemand gelekt naar de journalist en ik werd door hem bevraagd. Ik stond perplex en doe mede daarom aangifte.'

Hoe heeft dit kunnen gebeuren?
'De notitie was bij het dagblad binnengekomen met het adres van een afgetreden raadslid als afzender erop. Dat raadslid was een week daarvoor gestopt en hij is dus zeker niet schuldig. Ook was het zo dat mijn notitie alleen in het college te zien was. De lekker heeft het adres van dit oud-raadslid dus misbruikt. Ik vind dat een kwalijke zaak.'

Raakt dit u niet persoonlijk?
'Je gaat je afvragen: wie heeft dit gedaan en waarom heeft die persoon kwaad in de zin? Binnen het college was iedereen eveneens erg geschokt. Mijn notitie was een hardcopy en daarom is de kans dus groot dat de dader dichtbij te vinden is. Hoe dan ook is dit niet goed. Deze lek-actie schaadt het college, de burgemeester, het oud-raadslid en het bestuur van de gemeente Laarbeek als geheel. Ik vind vooral de manier waarop de dader het heeft gedaan erg doortrapt.'
De gemeenteraad van Laarbeek was niet van uw notitie op de hoogte. Hoe kijkt de raad hier tegenaan?
'De fractievoorzitters hebben het college deze week verzocht om aangifte te doen. Bovendien wil ikzelf als persoon ook aangifte doen, onder meer omdat de notitie van mijn hand is. Momenteel bereid ik mij inhoudelijk voor op de gang naar de politie. Hiernaast heeft de raad bij een onafhankelijk onderzoeksbureau een onderzoek ingesteld naar de declaraties van de burgemeester. Dat wordt na volgende week openbaar.'

Waarschijnlijk heeft iemand binnen het college dus  gelekt. Hoe zijn jullie onderlinge verhoudingen nu?
'Onze verhoudingen zijn juist uitstekend en het college is inhoudelijk goed bezig. Deze zaak werkt namelijk erg bindend. Kijk, toen we de notitie een half jaar geleden bespraken hebben we een stevig gesprek gehad. Nu zijn we een sterke eenheid. We voelen ons allemaal gepakt door de persoon die heeft gelekt en ons het succes niet gunt.'
 
Maar het zou nog steeds kunnen dat een van de wethouders heeft gelekt. Die heeft dan een behoorlijke pokerface, niet?
'Ik kan niets uitsluiten, maar ik kan me het niet voorstellen dat een van mijn collega-wethouders heeft gelekt. Mijn gevoel zegt ook dat geen van hen zoiets heeft gedaan. Verder kan ik het me niet voorstellen die iemand van hen constant met een pokerface werkt en vergadert. Ja, daarvoor ken ik mijn collega's gewoonweg te goed.'

Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


woensdag 21 augustus 2013

 

Verboden handelingen


Zonder meer als ontluisterend. Zo ervaar ik het rapport over wat in het jargon verboden handelingen van raadsleden wordt genoemd. De griffier heeft op verzoek van de fractievoorzitters een onderzoek ingesteld naar het doen en laten van raads- en commissieleden. De uitkomst is veelzeggend. Er zijn  een aantal raadsleden die zich niet aan de wettelijke voorschriften hebben gehouden en geen verzoek tot ontheffing bij de provincie hebben aangevraagd. Niet alle gevallen zijn even zwaar. Dit doet echter niets af aan de ernst van de zaak. Er zijn Laarbeekse raadsleden die de regels aan hun laars lappen. Dit laatste is nog het meest kwalijk. Hiermee doen zij afbreuk aan het prestige van de raad. En dit doet Laarbeek geen goed.

Het onderzoek schetst het beeld van een gemeente waar de integriteitsregels nauwelijks een rol van betekenis spelen en van raadsleden die zich hierin maar nauwelijks verdiepen. Hier ligt ook de diepere oorzaak waarom het in bepaalde gevallen fout kon gaan. Zelfs raadsleden die tegen de lamp lopen, zijn zich  ook nu nog hiervan  bewust. Een van de raadsleden verklaart zelfs in het ED dat hij niet van plan is om te stoppen met leveranties aan de gemeente. Ja, natuurlijk hij zal wel zorgen dat hij iedere keer de juiste ontheffing heeft…..

Daar waar integriteit voorop moet staan, krijgt eigenbelang de voorrang. Of er een werkelijke en schijnbare belangenverstrengeling heeft plaatsgevonden en/of er alleen maar voordeel gehaald is uit het raadslidmaatschap maakt het rapport niet duidelijk. Feit is dat raadsleden in de fout zijn gegaan.

Welke consequentie de betrokkenen hieruit moeten trekken, is in eerste instantie aan henzelf. Vrijwillig terugtreden ,zoals Wim van Dijk, heeft gedaan ligt dan het meeste voor de hand en is ook het meest zuiver en integer.

Het onderzoek toont ook aan dat de gemeentelijke organisatie niet op orde is. Dat met name bij openbare werken keer op keer kleine werkopdrachten worden verstrekt aan raads- en commissieleden geeft te denken. Hier had men attenter en alerter moeten zijn.

Het onderzoek naar het doen en laten van Wim van Dijk is gereed; evenals het rapport over andere raads- en commissieleden. Eind van deze maand komt het rapport van Hordijk % Hordijk over het declaratiegedrag van de burgemeester. Met spanning en enige angst wordt hier naar uitgekeken. Het is ook alles bij elkaar wel een beetje veel. Ondertussen vraag je je af hoe het onverhoopt zover heeft kunnen komen. Zijn we als politiek te gemakkelijk geworden in het naleven van de regels? Hebben partijen en de gemeente er mogelijk te weinig aandacht aan geschonken? Is het misschien vooral toch een mentaliteitskwestie? Denken en handelen we misschien teveel lokaal? Allemaal vragen die zich aandienen en waar een antwoord op moet komen, ongeacht de conclusies die straks op basis van de rapporten getrokken gaan worden.

Kennelijk weet Laarbeek niet goed hoe omgegaan moet worden met integriteit, met de betekenis, de naleving en de handhaving ervan. Dit zal moeten veranderen. Laarbeek kan niet verder als niet eerst intern schoon schip wordt gemaakt.


Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

dinsdag 20 augustus 2013

 

Brandweer




Wie het idee gekregen heeft  dat Laarbeek zich alleen maar druk maakt over verkeerde declaraties door de burgemeester en verboden handelingen van raads- en commissieleden, heeft het mis. Er worden ook serieuze zaken aangepakt. Deze krijgen niet altijd de aandacht die zij verdienen. Toch zijn deze minstens evenzo belangrijk voor de Laarbeekse burger als het gezeur over een brief, die plotseling als eigendom van de schrijver wordt betiteld. Complete onzin natuurlijk. Ik ben benieuwd wat de politie ermee doet. Grote kans dat de aangifte geseponeerd wordt.

Maar goed, nu eerst de belangrijkere zaken. Zo was er afgelopen maandag in het gemeentehuis van Helmond een voorlichtingsbijeenkomst over de bandweer. Er was een redelijke opkomst van raadsleden uit de Peelgemeenten. Alleen Laarbeekse raadsleden heb ik er niet gezien.

Landelijk zijn 25 Veiligheidsregio’s gevormd, die per 1 januari 2014 operationeel moeten zijn. Voor Zuidoost Brabant is dit de VRBZO voor de 21 gemeenten. De Veiligheidsregio is met de vorming van  de nationale politie en de omgevingsdiensten een van de drie  grote centralisatie-operaties die worden uitgevoerd en die het gemeentelijke landschap ingrijpend gaan veranderen.

Ik heb het gevoel dat de reorganisatie bij de brandweer in Laarbeek vooral  het pakkie an van de burgemeester is. Tot op heden heb ik maar heel weinig gezien dat raadsleden zich hiermee actief zien bezig houden. Dit is eigenlijk onbegrijpelijk omdat veiligheid bij ieder hoog in het vaandel staat.

Op 1 januari 2014 bestaat de Laarbeekse brandweer niet meer; zij is een onderdeel geworden van regionale brandweer. De hele organisatie en de vrijwilligers zijn overgegaan naar de nieuwe organisatie. Over de overdracht van kazernes moet nog een beslissing vallen. De afspraken over de financiële verdeelsleutels liggen vast. In Tegelen hebben de burgemeesters afspraken gemaakt.

Er is een wettelijk vastgesteld basispakket; elke gemeente kan dit desgewenst uitbreiden met een pluspakket ( waar extra voor betaald moet worden ). Gemeenten moeten een dienstverleningspakket met de regionale brandweer afsluiten. Doel van dit alles is een kwalitatief betere brandweerzorg.

Wat we ook bij de politie zien, zien we ook in de Veiligheidsregio’s. De directe greep van de gemeenten op deze organisaties wordt een stuk minder. Ik denk dat dit onvermijdelijk is, ook al zien sommigen dit als een verdere  uitholling van de gemeentelijke macht .


 Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

maandag 19 augustus 2013

 

Prima verstandhouding


Het college grijpt sinds het lekken van de brief van Hans Vereijken elke gelegenheid aan om iedereen die het maar horen wil in te prenten dat er nog steeds een prima verstandhouding binnen het college bestaat.

Zo  ook afgelopen vrijdag wethouder Biemans voor de microfoon van Radio Kontakt. Ook hij benadrukte de prima samenwerking die binnen het college bestaat. In de vraagstelling van Mario van Dinther klonk afgelopen vrijdag enige twijfel. Is dit zo vreemd? Opvallend was dat de  helft van de tijd in het interview besteed werd aan de recente perikelen en niet aan openbare werken.

Ik hoor  de laatste tijd deze lofzang op de voortreffelijke samenwerking wel vaker. Veel te vaak naar mijn idee. Ik vang in het dorp ook opmerkingen  op als  “Waarom moet het college zo vaak onderstrepen dat het goed gaat”? Of zoals iemand anders zei: “ Als je zo vaak moet benadrukken dat je het zo goed met elkaar eens bent, is dat meestal het bewijs dat het niet zo is, maar dat je elkaar in bescherming wilt nemen. ” Meestal is dit inderdaad zo.

 Voor wat deze uitlatingen ook moge betekenen, in gesprekken met leden van het college is vaak kritiek te horen op collegeleden. Meestal liegt die kritiek er niet om. Dit rijmt natuurlijk niet met elkaar!


Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

zondag 18 augustus 2013


 

Krijgen we een hete herfst in Laarbeek?


Het politieke leven in Laarbeek wordt deze week hervat. Commissievergaderingen staan op de rol. Al met al belooft het dit jaar een hete herfst te worden in Laarbeek. Niet alleen de aanstaande gemeenteraadsverkiezingen werpen hun schaduw vooruit. Ook interne perikelen en besluitvorming in een aantal cruciale dossiers leiden tot toenemende spanningen. Het lijkt erop alsof de interne perikelen de bestaande redelijke eensgezindheid in de raad tussen de verschillende partijen aantast. Dit is het laatste wat Laarbeek zou moeten overkomen.

Intern wordt een onderzoek uitgevoerd naar verboden handelingen die raads- en commissieleden mogelijk hebben gepleegd. Het onderzoek naar het doen en laten van Wim van Dijk is gereed; het rapport over andere raads- en commissieleden komt begin volgende week. Eind van deze maand komt het rapport van Hordijk % Hordijk over het declaratiegedrag van de burgemeester. Met spanning en enige angst wordt hier naar uitgekeken. Het is ook alles bij elkaar wel een beetje veel. Ondertussen vraag je je af hoe het onverhoopt zover heeft kunnen komen. Zijn we als politiek te gemakkelijk geworden in het naleven van de regels? Hebben partijen en de gemeente er mogelijk te weinig aandacht aan geschonken? Is het misschien vooral toch een mentaliteitskwestie? Denken en handelen we misschien teveel lokaal?

Allemaal vragen die zich aandienen en waar een antwoord op moet komen, ongeacht de conclusies die straks op basis van de rapporten getrokken gaan worden. Laarbeek kan niet verder als niet eerst intern schoon schip wordt gemaakt. Als we dit niet doen, zit Laarbeek jarenlang in de problemen en worden pleidooien voor het behoud van de zelfstandigheid volstrekt ongeloofwaardig!

Laarbeek staat door deze ontwikkelingen aan de rand van een regelrechte bestuurscrisis. De burgemeester is aangeslagen; Wim van Dijk is vrijwillig opgestapt als raadslid. Mogelijk gaan andere(n) volgen. Bovendien speelt ook nog de affaire van de gelekte brief van Vereijken die ineens in de merkwaardige gedachtegang van het college alleen maar privé “eigendom ” van Hans Vereijken is, omdat hij buiten de orde van de vergadering uitgedeeld zou zijn. Kennelijk weet Laarbeek niet goed hoe omgegaan moet worden met integriteit, met de betekenis, de naleving en de handhaving ervan.

Duidelijk is dat er de komende weken moed, voortvarendheid en bestuurskracht van de Laarbeekse raad gevraagd. Zal de raad dit zonder aanzien des persoons kunnen opbrengen? Om schoon schip te maken zal dit moeten!


Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

donderdag 15 augustus 2013


 

Klanttevredenheid WMO


De gemeente is verplicht elk jaar een klanttevredenheidsonderzoek onder de WMO-cliënten te houden. De afgelopen jaren gebeurde dit middels
een enquête-onderzoek onder een steekproef van alle cliënten. De uitkomsten waren iedere keer prima. Toch was er ook een lichte twijfel. Zouden cliënten om voor de  handliggende redenen de zaken niet rooskleuriger voorstellen dan  ze in de werkelijkheid waren? Voor de WMO-raad was dit de reden om een andersoortige aanpak voor te stellen. Uiteindelijk is het een panelgesprek geworden van gebruikers met de onderzoeker, het bureau Companen.

Uit het Wmo-klantenbestand van de gemeente is een steekproef getrokken. Om de samenstelling van het panel zo gemêleerd mogelijk te maken, is daarbij gelet op:
• type voorziening;
• jaar van aanvraag (de helft in 2012 aangevraagd, de andere helft eerder);
• financiering (PGB of in natura).
De Wmo-cliënten uit de steekproef hebben een brief ontvangen met daarin de
aankondiging van het panelgesprek.  Uiteindelijk zijn er 20 cliënten uitgenodigd.In juni 2013 is in een panelgesprek over de tevredenheid met de Wmo gesproken met 18 personen: Wmo-cliënten en / of hun mantelzorgers.

Het rapport van Companen geeft een mooie inkijk in de dagelijkse praktijk. Het is in  meer dan een opzicht verhelderend. Het positieve beeld van de afgelopen jaren wordt enigszins genuanceerd. Het is niet allemaal koek en ei. Er zijn nogal wat punten, waarop verbetering nodig is.

Ik citeer de conclusies uit het rapport:

“ Aanvankelijke hulpvraag gericht op een voorziening

Men komt bij de gemeente voor een voorziening, niet om samen over de oplossing voor een belemmering na te denken. Dit zien we veel terug in het land. Het idee van de Kanteling begint bij de gemeente, maar moet nog landen in de maatschappij. Voor nu ziet men de Wmo, met de gemeente als uitvoerder, kennelijk vooral als een wet die ‘voorzieningen verstrekt’. Dit beeld zal langzaamaan veranderen, geholpen door landelijke berichten over veranderingen rondom zorg.

Gesprekken over de aanvraag: toonzetting en houding erg belangrijk!

Hoe men het gesprek heeft ervaren, blijkt sterk afhankelijk van met wie het gesprek is gevoerd. Achterdocht bij de Wmo-consulent en het gevoel van de cliënt zich erg te moeten verdedigen voor het feit dat er een aanvraag is ingediend, laten een nare bijsmaak achter.
Daar waar de Wmo-consulent een positieve benaderingswijze volgt en ruimte geeft om samen na te denken over de situatie, is de tevredenheid groter. Het is zelfs zo, dat deze houding mensen stimuleert mee te denken over oplossingen (buiten de Wmo) om met belemmeringen om te gaan.

Informatievoorziening: is het wel duidelijk voor de cliënt?

Op veel verschillende momenten kwam in het gesprek naar voren dat de communicatie niet duidelijk was. De informatie lijkt niet altijd aan te komen. Dat blijkt uit de onduidelijkheid over afwijzingen, over herindicering, veranderde wetgeving of de mogelijkheden van een PGB. Dat zegt niet per se dat er niet gecommuniceerd is over bijvoorbeeld de reden van afwijzing van een voorziening. Maar het betekent wel, dat er iets in de communicatie niet goed is gegaan. Het is aan te bevelen te controleren of de cliënt echt begrijpt wat er aan de hand is. In het geval van een ingewikkelde zaak zou het wellicht helpen om een tweede persoon bij het  gesprek te betrekken, zoals de partner of een van de kinderen.

Zorgplan: onbekend

Het zorgplan voor de hulp bij het huishouden blijkt geen consequent gebruikt middel. Voor de meesten geldt, dat afspraken over wat er in huis moet gebeuren wel zijn gemaakt, maar niet formeel zijn vastgelegd. Voor de meeste mensen werkt dat prima: ze hebben al jaren dezelfde hulp en bespreken wat er nodig is. Toch is het aan te bevelen wat meer aandacht te vestigen op het zorgplan en het belang ervan voor beide partijen: duidelijkheid en transparantie van de zorg.

Mantelzorg en incidentele hulp: niet altijd vanzelfsprekend

Het inschakelen van kinderen als mantelzorger (voor structurele zorg en ondersteuning) is voor de meesten niet vanzelfsprekend. Men voelt zich bezwaard om dit aan kinderen te vragen en daarnaast voelt men zich niet prettig bij structurele hulp en zorg door de kinderen, zeker waar het om (persoonlijke) verzorging gaat.  Minder moeite heeft men met het zoeken en vinden van incidentele hulp. Buren of familie springen bij, of men weet organisaties die, al dan niet op vrijwillige basis, kunnen ondersteunen.
Het lijkt er wel op dat de oudere senioren het moeilijker vinden om ondersteuning te vragen dan de jongere senioren.”

Wat gaan we met deze conclusies doen? Belangrijk in dit verband is te weten of er in de andere gemeenten waarmee we in de Peel gaan samenwerken soortgelijke geluiden zijn.


Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

woensdag 14 augustus 2013


 

Peelsamenwerking WMO

 

Voor volgende week dinsdag 20 augustus staat een vergadering van de commissie Maatschappelijke Ontwikkeling op de rol. Op de agenda staat o.a. het voorstel om in te stemmen met de Uitvoeringsorganisatie Peelsamenwerking WMO.  Meegedeeld is dat hierover een presentatie zal worden gegeven. Tevens zal een toelichting worden gegeven op de stand van zaken decentralisaties in het sociale domein (Participatiewet, AWBZ en Jeugdzorg).

 Aanvankelijk was hiervoor een thematische raadsbijeenkomst gepland op 30 mei jl. Vanwege de geplande behandeling van het voorstel over de Uitvoeringsorganisatie Peelsamenwerking Wmo in de commissie MO van augustus en de raad van 12 september a.s., is in overleg met het presidium besloten om uw raad tijdens de commissievergadering MO van 20 augustus 2013 bij te praten (voor zover dat op dit moment mogelijk is), over de ontwikkelingen met betrekking tot de transities in het sociale domein. Alle raadsleden zijn uitgenodigd om hierbij aanwezig te zijn.
Ik heb het altijd jammer gevonden dat de bijeenkomst van 30 mei niet is doorgegaan. Volgens mij had de raad heel zinnig over dit onderwerp kunnen praten, ook al zijn nog niet alle finesses en details van de regelingen bekend. De raad had piketpalen kunnen slaan. Samenwerking binnen Peelverband is natuurlijk een goede zaak. Daar zul je mij niet over horen klagen. Ik blijf het echter vreemd vinden dat het rijk wil decentraliseren naar gemeenten, die het dichtst bij de burger staan. Maar wat als deze gemeenten niet in staat zijn zelfstandig deze nieuwe taken uit te voeren? Dan moet je natuurlijk partners zoeken. Maar ondermijn je daarmee niet je eigen bestaansrecht? Over dit dilemma hadden wij op 30 mei moeten praten.

Ook hadden wij de gelegenheid moeten aangrijpen om een aantal uitgangspunten duidelijk te krijgen zoals

Wat is goede en efficiënte zorg voor onze gemeente?.
Welke doelen ten aanzien van zorgverlening willen we bereiken?
Wanneer zijn we daarin als gemeente succesvol?

Als we het antwoord op deze vragen hebben, kunnen we onze doelen naast de doelen van de andere partners leggen en zien of er overeenkomst tussen bestaat. Zonder deze overeenkomst wordt het een heilloze weg.

Misschien kunnen we dit alsnog op 20 augustus a.s.

Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185