Wethouder van buiten.
Steeds vaker komt het voor dat politieke partijen iemand
van buiten voordragen als wethouder. Heel recent gebeurde dit nog in Helmond,
waar de VVD als opvolger voor de vertrekkende wethouder Yvonne van Mierlo Jos
van Bree, wethouder in Heeze-Leende, voordroeg als haar opvolger. Heel veel
gemeenten gingen Helmond hier al in voor.
Allerlei verklaringen voor dit fenomeen worden
gegeven. Vaak wordt er op gewezen dat er binnen de eigen gemeente geen
geschikte en/of bekwame opvolger gevonden kon worden. Dit is een te
gemakkelijke verklaring. De voordracht van iemand van buiten is vaak ook de
keuze voor de gemakkelijkste weg. Het voorkomt ook intern gedoe.
Niet iedereen is gecharmeerd van deze ontwikkeling.
Het ED liet deze dagen een voor- en tegenstander aan het woord. Oud-wethouder
Jef Jonkers is bepaald niet gelukkig met deze ontwikkeling. Annegien Wijnands,
ondertussen al bezig met haar tweede wethouderschap buiten Helmond, is
natuurlijk voor. De argumenten die zij ter verdediging gebruikt ( frisse kijk
van buiten, minder risico op cliëntelisme ) moge dan wel een kern van waarheid
in zich hebben, maar overtuigen toch niet echt.
Een benoeming van een wethouder van buiten komt te
vaak voor om het als onbelangrijk af te doen. Ik denk dat het ook het gevolg is
van een verandering in het gemeentebestuur. Gemeenten kiezen de laatste tijd
eerder voor een manager of technocraat als wethouder. Vaak in het kader van een
verdere professionalisering. Politieke betrokkenheid met de stad of het dorp
wordt van minder belang geacht: de kwaliteit van het bestuur staat voorop. Dat
het bestuur hiermee verder van de burger komt te staan,wordt op de koop toe
genomen en als minder belangrijk afgedaan.
Mijn indruk is dat men vaak niet weet wat men hiermee
opgeeft: de betrokkenheid en saamhorigheid komt zo onder druk te staan. Waarom
nog warm lopen voor een gemeente, waar het bestuur alleen maar uit koele
berekening bestaat? Een perfect gemanagede gemeente waar de ziel uit verdreven
is. Is dat wat de burger werkelijk wil?
Ik dacht het niet.