Schijnbare belangenverstrengeling
Raadsleden
worden geacht het algemeen belang van de gemeente te dienen. Zij moeten er voor
waken dat zij niet in de knoop komen met particuliere belangen. Dit kan er toe
leiden dat zij zich bij bepaalde agendapunten terughoudend moeten opstellen en
zich niet moeten in laten met de discussies over dit onderwerp in de raad, al
was het alleen maar om te voorkomen dat zij in de problemen komen. Ook de
schijn van belangenverstrengeling met voorkomen worden.
Vrij
onverwacht speelde deze kwestie vorige week in de Laarbeekse raad bij de
behandeling van het Ondernemersfonds. Wethouder Meulensteen en raadslid Mevr
Slaets-Sonneveldt kregen te horen dat het verstandiger was hun mond te houden
over dit punt om elk idee van belangenverstrengeling te voorkomen. Gevolg was
dat de burgemeester optrad als plaatsvervanger voor wethouder Meulensteen
en raadslid Verschuren Mevr. Slaets
verving in de commissievergadering.
Op
het eerste gezicht leek het allemaal nogal vergezocht. In werkelijkheid was dit
niet zo. Raadsleden en wethouders moeten op dit terrein zeer terughoudend zijn.
Zelfs iedere schijn van belangenverstrengeling dient vermeden te worden. Door
zelf niet aan de discussie deel te nemen werd een discussie over
belangenverstrengeling voorkomen. En dat hoort ook zo.
Er
is nog wel een probleem. Er is een heel proces van voorbereiding aan dit
Ondernemersfonds vooraf gegaan. Hierin heeft wethouder Meulensteen een grote
rol gespeeld. De vraag is opgeworpen of hij hier verstandig aan heeft gedaan,
ook omdat hijzelf agrarisch ondernemer is en het ZLTO deelneemt aan het
Ondernemersfonds.
Misschien
was het verstandiger geweest als men op het gemeentehuis eerder aan het
verschijnsel schijnbare belangenverstrengeling had gedacht! Maar ja, beter ten
halve gekeerd, dan ten hele gedwaald.