Waar staan we voor en waar zouden we voor
moeten staan?
Donderdag behandelt de gemeenteraad de begroting 2016.
De begrotingsbehandeling gold tot voor
enige jaren als het hoogtepunt van het jaar. Het was het moment dat de raad
loskwam van de sleur van alle dag en in de algemene beschouwingen haar beeld
over het te voeren beleid uiteenzette.
Hoofdthema was vaak de vraag : waar staan we voor en waar zouden we voor moeten
staan?
In Laarbeek wordt al enige jaren gekozen voor het
houden van de algemene beschouwingen bij de bespreking van de Kadernota in
juni. Toen de raad voor deze opzet koos, gold als belangrijkste argument dat
bij de Kadernota de raad nog het beleid voor het komende jaar nog kon
bijstellen. Hier zit wel iets in, maar het had tot gevolg dat de
begrotingsbehandeling gereduceerd werd tot een ritueel proces. De jus was ervan
af. Het hoogtepunt van het jaar was weg.
Op
zich is dit een jammerlijke ontwikkeling. De raad heeft onbewust een gedeelte
van haar macht ingeleverd. De afgelopen jaren waren de raadsvergaderingen
waarin de begroting werd vastgesteld , dan ook de meest saaie vergaderingen van
de cyclus.
Raden zouden er zich van bewust moeten zijn dat het
begrotingsrecht de kurk is waarop
vrijwel alle invloed van de volksvertegenwoordiging is terug te voeren. Er is
al lange tijd een tendens waarbij de invloed van de raad afneemt en die van het
college groeit. De begrotingssystematiek is zo ingewikkeld geworden dat het
gemiddelde raadslid er maar moeilijk vat op krijgt en dan ontstaat al snel de
indruk dat het hier gaat om een jaarlijkse rituele dans die veel tijd en
energie kost, maar veel te weinig oplevert.
Alle op alles zou gezet moeten worden om het
begrotingsrecht weer een nieuwe vorm en inhoud te geven. In de huidige
begrotingssystematiek zijn er te veel automatismen die de raad op achterstand
zetten. Het bepalen van politieke prioriteiten moet weer veel vaster worden
gekoppeld aan de jaarlijkse begrotingsbehandeling. Tegenwoordig zijn er vaak
nog maar enkele raadsleden die een begroting kunnen lezen en kunnen begrijpen.
De situatie moet terugkeren dat de gehele raad weer wordt betrokken bij de
begrotingsbehandeling.
Te vaak is de begrotingsbehandeling nu qua invloed en
sturing een dieptepunt in de jaarlijkse raadscyclus. Dat moet weer worden
omgebogen naar het jaarlijkse hoogtepunt van raadsinvloed.
Ik
ben benieuwd of er donderdagavond een kentering valt te bespeuren.