Jeugdzorg 2
De Jeugdwet is de eerste grote transitiewet
die door de beide Kamers is gegaan. Spoedig zal ook de behandeling van de twee
andere transities plaatsvinden.
De nieuwe jeugdwet treedt per 1 jan. 20215 in
werking. Dit is een realiteit. Het heeft
geen zin meer om terug te kijken. De gemeenten moeten aan de slag. Het liefst
voortvarend.
Gelukkig heeft de regio de afgelopen maanden
niet stilgezeten. Bestuurlijk en ambtelijk is er al veel gedaan, binnen het SRE
en de Peelgemeenten. Er zijn al voorbereidingen getroffen om nieuwe contracten
af te sluiten. Positief is dat lokale groeperingen als cliëntenraden, WMO-raden
en coöperaties hierbij betrokken worden. Nog niet zo heel veel is naar buiten
gebracht. Met als gevolg dat raden nog in het duister tasten en eigenlijk nog
weinig zicht op de materie hebben. Typerend voor de situatie is dan ook de
vraag die onlangs nog in het presidium werd gesteld: waar gaat het eigenlijk
over?
Dit laatste verbaast mij eigenlijk. Je hoeft
geen specialist op dit terrein te zijn om althans enigszins een beeld te hebben
wat er zo allemaal onder jeugdzorg valt. Het is nogal wat en bijzonder heel
divers. Bovendien is de jeugdzorg een heel glibberig terrein zoals de
incidenten van de afgelopen jaren voldoende hebben aangetoond. De jeugdzorg
moest naar de gemeenten, omdat de gemeente het dichtst bij de burger staat.
Vreemd is dan wel dat waarschijnlijk grote delen van de jeugdzorg toch weer op
afstand van de gemeenten worden geplaatst. Dit is op zich in strijd met het
uitgangspunt,maar het kan waarschijnlijk niet anders door de specifieke kanten
aan de jeugdzorg.
Als je het hele terrein van de jeugdzorg
overziet, zie je een diffuus beeld met allerlei spelers op het veld. Een gezin,
een plan , een regisseur is een heel mooi uitgangspunt, maar hoe reëel is het?
Voor we beleid kunnen maken, moeten we eerst weten wat er allemaal onder
jeugdzorg valt. Ik heb geprobeerd het voor mijzelf een beetje op een rij te
krijgen. Ik onderscheid:
JeugdzorgPlus:
Dit is een vorm van jeugdzorg met drang en dwang, voor jongeren
voor wie een machtiging gesloten jeugdzorg is afgegeven door de kinderrechter.
Het betreft jongeren met ernstige, vaak
hardnekkige gedragsproblemen die zich aan de noodzakelijke behandeling dreigen
te onttrekken. Soms vormen zij een gevaar voor zichzelf. JeugdzorgPlus wordt
geleverd door instellingen die bovenlokaal/bovenregionaal werken.
Jeugdbescherming en jeugdreclassering
Ook dit zijn vormen van jeugdzorg in het gedwongen kader. De
kinderrechter kan kinderen en jongeren onder toezicht stellen, waardoor jeugdbeschermingsmaatregelen
van kracht worden. Er zijn ook kinderen en jongeren die onder toezicht staan
van de reclassering, om resocialisatie te bevorderen nadat zij gestraft zijn
voor het plegen van een delict.
Pleegzorg:
Op het gebied van pleegzorg moet een onderscheid worden gemaakt
tussen het werven van pleegouders, het bepalen of een vorm van pleegzorg
gewenst/noodzakelijk is, het matchen van kinderen/jongeren met pleegouders en
het begeleiden van pleegouders. Het werven van pleegouders wordt op dit moment
uitgevoerd door pleegzorginstellingen die onderzoeken of potentiële pleegouders
geschikt zijn. Als het gaat om het bepalen of een vorm van pleegzorg
gewenst/noodzakelijk is, is in het vrijwillig kader nu een indicatie van Bureau Jeugdzorg nodig. In het gedwongen kader kan de
kinderrechter besluiten tot een zogeheten ondertoezichtstelling met gedwongen
uithuisplaatsing. Een pleegzorginstelling gaat vervolgens op zoek naar een
match tussen het kind/de jongere en pleegouders. Een pleeggezin krijgt
begeleiding van een begeleider, verbonden aan de pleegzorginstelling die het pleegkind bij de pleegouders in huis heeft geplaatst. Het
beschikbaar hebben van voldoende pleeggezinnen is een taak waar alle gemeenten
een belang bij hebben. Dit is immers een voorwaarde voor het kunnen
leveren van pleegzorg. Bovendien is het zo dat gemeenten vanaf de invoering van
de nieuwe Jeugdwet wettelijk verplicht zijn om kinderen/jongeren die niet meer
bij hun eigen ouders kunnen wonen zo mogelijk bij pleegouders (of een
gezinshuis ) te plaatsen. Tenzij dit aantoonbaar niet in het belang is van de
jeugdige en residentiële plaatsing beter is. Vanaf 2015 is nog steeds een
uitspraak van de kinderrechter noodzakelijk in het gedwongen kader.
Advies- en Meldpunt Huiselijk geweld en
Kindermishandeling (AMHK):
Het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) adviseert
iedereen die zich zorgen maakt over kindermishandeling. Ook onderzoekt het AMK
vermoedelijke situaties van mishandeling. Het AMK is op dit moment
ondergebracht bij Bureau Jeugdzorg. Het
Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG) is een organisatie waar de slachtoffers, daders en omstanders van
huiselijk geweld terecht kunnen voor hulp en advies. Er ligt een landelijke
taakstelling voor de gemeenten om op regionaal niveau het huidige AMK en het
huidige SHG samen te voegen tot een Advies- en Meldpunt Huiselijk Geweld en
Kindermishandeling (AMHK). Het AMHK krijgt een meldpunt en
adviesfunctie, maar ook een onderzoekstaak. De samenvoeging betreft een bredere
doelgroep dan alleen kinderen en jongeren. Het AMHK zal wettelijk worden
verankerd in de Wmo, maar valt ook onder het kwaliteitskader van de nieuwe
Jeugdwet.
Crisisdienst:
Op dit moment heeft Bureau Jeugdzorg een crisisdienst die 24 uur
per dag en 7
dagen per week bereikbaar is. Hier komen de meldingen van
crisissituaties binnen, wordt geanalyseerd of daadwerkelijk sprake is van een crisissituatie
en kunnen – indien nodig – crisisinterventies worden uitgevoerd en/of wordt
(spoed)hulp geïndiceerd en vervolgens door aanbieders ingezet. Bij
crisismeldingen wordt binnen 4 uur na melding (face-to-face) contact gelegd met
de jeugdige of het gezin. Dit is onderdeel van de analysefase. Er is een sprake van een nauwe relatie met het Advies- en Meldpunt
Kindermishandeling (AMK) en de jeugdbescherming en jeugdreclassering, die ook
onder Bureau Jeugdzorg vallen.
Residentiële jeugdzorg:
Het kan zijn dat kinderen en jongeren worden opgenomen voor
behandeling of specifieke begeleiding. Er is sprake van een grote diversiteit
in zorgvormen. Zo kan het karakter van de residentiële zorg gesloten, besloten
of open zijn. Het kan gaan om 24-uurs opname, maar het kan ook zijn dat
kinderen en jongeren deels in een groep wonen en bijvoorbeeld in het weekend
thuis zijn bij ouders. Het aanbod aan residentiële jeugdzorg is vaak
bovenlokaal, regionaal en soms bovenregionaal georganiseerd. Dit hangt samen
met het aantal jeugdigen
dat een specifieke vraag heeft naar een bepaald soort
hulpverlening en ook met expertise van zorgaanbieders die daarvoor nodig is.
Voor diverse zeer specifieke vormen van jeugdzorg worden op landelijk niveau
afspraken gemaakt. Denk hierbij aan opname van tienermoeders, opname in verband
met eergerelateerd geweld en opname van lichtverstandelijk /beperkt/ sterk
gedragsgestoorde jeugdigen.
Wat kan de gemeente zelfstandig uitvoeren en waar moeten we
samenwerken? Deze vraag zullen we eerst zelf moeten beantwoorden. Wat kunnen we
plaatselijk vormgeven? Het is een lastige vraag, zeker als we kijken naar de
vele incidenten in de Jeugdzorg van de afgelopen jaren. Ik kom er zeker
binnenkort op terug.
Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185