Enquête onder raadsleden
Op vrijdag 27 december deed het ED
verslag van de uitkomsten van een enquête van het ED onder raadsleden. 243
raadsleden hebben de enquête ingevuld. Dit is iets meer dan de helft van alle
raadsleden. De uitkomsten zijn niet bemoedigend. Zaterdag 28 december deed het
ED het nog een keer dunnetjes over met een commentaar van bestuurskundige prof.
Dr. Marcel Boogers van de Universiteit van Twente. Zijn conclusie:
“Ambitieniveau gemeenteraden niet erg hoog ” loog er niet om. Raadsleden die
nog steeds denken dat de raad de cockpit
is van waaruit de gemeenschap wordt bestuurd, lopen volgens hem hopeloos
achter. De samenleving wordt bestuurd vanuit de wijkgebouwen, door clubs en
verenigingen.
Conclusies
van het ED waren dat het raadswerk onder raadsleden heel mager scoort. Het is
een klein zesje geworden, 6,4 om precies te zijn. Heel veel raadsleden, een op
de acht, zegt de raadsvoorstellen veel te ingewikkeld. Zij moeten vaak
vertrouwen op de ambtenaren en de wethouders. Ik denk dat dit beeld klopt, ook
in Laarbeek. Ook hier zijn de raadsleden die het geheel doorgronden op een hand
te tellen.
Terecht
constateert het ED dat hiermee de kaderstellende en de controlerende taak van
de gemeenteraad tekort schiet. In de toekomst zal dit alleen nog maar erger
worden. Door de overdracht van taken van het Rijk naar de gemeenten zal dit
alleen nog maar groter worden. Terecht schrijft het ED dan ook dat er
vraagtekens geplaatst moeten worden bij de kwaliteit van het democratisch
besluitvormingsproces. In het commentaar schrijft het ED dat cosmetische
aanpassingen niet voldoende zijn om de kwaliteit en de effectiviteit van het
raadswerk te verbeteren. Ik vind het jammer dat het ED het bij deze conclusie
laat en geen oplossingen aandraagt.
Een
maatschappij die steeds ingewikkelder wordt vereist een transparante wijze van
besluitvorming. Als het bestuur er niet in slaagt, haar voorstellen helder over
het voetlicht te krijgen, schiet zij zwaar te kort. Maar al te vaak zien we
voorstellen voorbij komen die bij elkaar gekopieerd zijn en waar de eigen
inbreng volledig onzichtbaar is. Colleges moeten voorstellen aan de raad
voorleggen die zij zelf gemaakt hebben. De raad zou moeten eisen dat in het
preadvies verschillende mogelijke
oplossingen worden beschreven,
waaruit een keuze wordt gemaakt. Dat bepaalde zaken ingewikkeld zijn , is nu
eenmaal zo. Colleges moeten de essentie wel helder weten te verwoorden. Hier
schort het maar al te vaak aan.
