Commissie Algemeen Bestuur
3
Ik heb afgelopen vrijdag in deze weblog al even gerefereerd aan de samenwerking in de Peel.
Dit naar aanleiding van een opmerking in de commissievergadering van Algemeen
Bestuur van vorige week dinsdag. In dezelfde commissievergadering kwam de
samenwerking in de Peel nog een keer terug. Ditmaal in verband met de
voorgestelde bestuurlijke opzet van de Peelsamenwerking.
Na de bijeenkomst voor de zes gemeenteraden in Gemert heeft
de Stuurgroep haar voorstellen voor de inrichting van de Peelsamenwerking Peel
6.1. aan de zes betrokken raden doen toekomen. De versie die nu op papier staat
wijkt niet af van de sheets die in Gemert vertoond werden. Het is nu aan de
raden om zich hierover uit te spreken. De Stuurgroep zal de reacties meenemen
bij de opstelling van het reglement voor de op te richten Gemeenschappelijke
regeling Peel 6.1.
In de commissievergadering van vorige week dinsdag gaven de
Laarbeekse fractievoorzitters een eerste
reactie op de voorstellen van de Stuurgroep. Zij konden in grote lijnen
instemmen met de ideeën van de Stuurgroep. Dat lag ook wel in de lijn van de
verwachtingen. Ook op de bijeenkomst in Gemert
viel er nauwelijks kritiek te horen. Daar was alleen verschil van
opvatting over de hoogte van de bezuinigingen die door de Peelsamenwerking
gehaald zouden moeten leggen. Harrie Verkampen had op de bijeenkomst de lat
nogal hoog gelegd. Irreëel hoog vonden velen.
Over de financiën werd in de Laarbeekse commissievergadering
nauwelijks gesproken. De fractievoorzitter van het CDA formuleerde helder een
aantal uitgangspunten die in de commissie breed onderschreven werden zoals een voorzitter van het AB en het DB uit een
van de zes gemeenten, bij voorkeur de burgemeester van Helmond, vasthouden aan
het principe van one man one vote per gemeente, beperking van de kosten,verhuur
van de leegstaande ruimte in het gemeentehuis. Ook aandachtspunten als de
regeling voor uittreding en de positie
van de Rekenkamer werden benoemd.
Opnieuw was opmerkelijk de terughoudendheid die uit de
woorden van de woordvoerder van De Werkgroep sprak. Dit is niet de eerste keer.De
Werkgroep heeft moeite met de mogelijke
grotere afstand tussen uitvoeringsorganisatie en burger die het gevolg van de
Peelsamenwerking zou kunnen zijn. Is dit koud watervrees of gebaseerd op een reële inschatting? Ik
schat in het laatste. Maar ook onontkoombaar, denk ik. Een gezonde kritische
benadering is goed en moet ook, maar twijfel houden is funest.
Met het instellen van een klankbordgroep, bestaande uit twee
raadsleden per gemeenten, kon de commissie instemmen. Het is een ( kleine
)mogelijkheid om de raden betrokken te houden bij de ontwikkeling van de
Peelsamenwerking. De klankbordgroep gaat het proces volgen. De wijze waarop en
hoe is nog niet duidelijk.
Opmerkelijk was ook de reactie van het college zoals die in
een brief van de gemeentesecretaris was
verwoord. Hierin proefde ik een bepaalde reserve die ik tot nu toe nog niet eerder uit Laarbeekse
mond heb gehoord. Het college pleit voor een juiste
balans tussen tempo en zorgvuldigheid. Ook staat er dat besluiten op de juiste
plaats moeten worden genomen. Wat zou het college hiermee bedoelen? Ik kan me
er wel iets bij voorstellen.
Voor reactie
mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel
0653627185