Burgemeestersparlement
De Haagse burgemeester Jozias van Aarsen wil in september 2016 het eerste
burgemeestersparlement in zijn stad openen. In
het voetspoor van Benjamin Barber
gaat hij dit doen . Barber publiceerde in 2014 “ Als burgemeesters zouden
regeren- haperende staten, opkomende steden”.Barber wil problemen oplossen in
plaats van erover debatteren om zo de
gevarenzone waarin we verkeren, te verlaten. De stad trekt ons aan en stoot ons
tegelijk af. Barber wil van aanpak veranderen: van staten naar steden, van
onafhankelijkheid naar interdependentie, van ideologie naar probleemaanpak.
In twee delen, twaalf
hoofdstukken en twaalf profielen van burgemeesters, met in het laatste
hoofdstuk de burgemeesters van de lage landen, speciaal toegevoegd voor deze
Nederlandse versie van het boek, neemt Barber de lezer mee in zijn uitdagende
kijk op de wereld. De profielen van de burgemeesters zijn kort en krachtig en
dienen ter ondersteuning van zijn verhaal.
In het eerste deel gaat het
over waarom de steden op mondiaal niveau zouden moeten regeren. Staten praten
met elkaar vanuit hun soevereiniteit en slagen er niet in de belangrijkste
problemen van dit moment hanteerbaar te krijgen. Om te kunnen begrijpen wat er
gedurende de lange reis van de mens naar de stad werd gewonnen, begint Braber
met wat verloren ging en vervolgens dat we moeten begrijpen wat we bedoelen met
de stad als empirische, burgerlijke entiteit. Het verhaal van steden is het
verhaal van de democratie. Democratie gaat vervolgens meer over het proces dan
over de eindtoestand. De stad ontwikkelt zich van een onafhankelijke polis naar
interdependente kosmopolis. Steden bezitten geen souvereiniteit. Die onmacht
heeft veel nut.
In het tweede deel
beschrijft Benjamin Barber hoe mondiaal bestuur kan worden gerealiseerd. In de
‘sloppenwijkenplaneet’ gaat hij in op de ongelijkheid tussen steden. Om te
vervolgen met de hoofdpijndossiers uit de megastad. De stad moet en kan zich
zelf genezen. Ze zal de ongelijkheid moeten terugdringen. Door steden slim te
verbinden met de digitale technologie, dienen zich ongekende mogelijkheden aan.
Het gaat om de kunst van het begrijpen van de interdependentie, zoals
cultuursteden in een multiculturele wereld. Burgers kennen geen grenzen. Zij
leven in de glokale burgermaatschappij met confederale oplossingen, waar
burgemeesters als Park-Won Soon van Seoul de glokale gemeenschapsorganisatoren
zijn. Barber pleit voor een mondiaal burgemeestersparlement met de democratie
van onderop en het benutten van de interdependentie. Steden zouden besluiten
van het burgemeestersparlement kunnen bekrachtigen of afwijzen in referenda, of
hun burgemeester nu wel of niet aanwezig was. Door regio's aan de periferie van
de stad op te nemen in stedelijke conglomeraten, creƫer je een modern
equivalent van de middeleeuwse gedachte dat de vesting de regionale bevolking
omvatte. Het boek ontleent zijn kracht aan de geheel andere manier van kijken
naar de organisatie van het openbaar bestuur.
Van Aartsen heeft het idee
van Barber omarmd en wil in september in zijn stad een podium bieden voor dit
idee. Een lofwaardig initiatief, maar of
het kansen heeft op succes waag ik te betwijfelen. Misschien dat het wel
bijdraagt aan een andere manier van kijken naar de organisatie van het openbaar
bestuur. Hiertoe is meer dan voldoende reden.