Gemeentebegroting
Het college van B en W heeft vorige week de
gemeentebegroting 2016 gepresenteerd. Het college deed dit in een persconferentie, waarin niet
alleen de wethouder financiën de toelichting gaf. Vorige jaren was het gebruik
dat de wethouder financiën de begroting presenteerde. Met deze gewoonte werd
deze keer gebroken. Deze keer deed de wethouder financiën een stap terug en
presenteerde het voltallige college de nieuwe begroting. Het gehele college gaf
acte de presence. Op een lid na: wethouder Briels was verhinderd. Door als
collectiviteit op te treden wilde het
college benadrukken dat de begroting iets gezamenlijks van alle leden van het
college was. Het woordje “samen ” stond centraal. Het herstel van het aloude
collegiale bestuur in de ware zin van het woord dus. Een duidelijke breuk dus
met het recente verleden!
Deze begroting is in een ander opzicht ook
opmerkelijk. Gewoonlijk wijkt de in oktober te presenteren begroting nauwelijks
af van de hoofdlijnen die geschetst worden in de Kadernota. Dit keer is het
totaal anders: de nu voorliggende begroting is een totaal andere geworden dan
in juni werd gedacht. Dit jaar is de septembercirculaire met de begroting
meegenomen. In vorige jaren werden de
mee- en tegenvallers van de septembercirculaire opgesomd in een notitie die bij
de behandeling van de begroting betrokken werd. Door deze recente
ontwikkelingen mee te nemen in de begroting zelf ligt er nu een geheel andere
begroting. Hierdoor dringt de vraag zich op of het houden van de algemene
beschouwingen bij gelegenheid van de Kadenota nog wel zo zinvol is. Het is in
veel opzichten te vroeg. Dit blijkt nu
heel duidelijk.
Bij de presentatie stond ook een andere uitgangspunt
centraal. Het college heeft verduurzaming heel hoog in het vaandel staan. Op de
persconferentie namen alle wethouders dit uitgangspunt in de mond. Het is, zo
kun je wel zeggen, het centrale doel van
dit college. Er wordt een miljoen euro als aanjaaggeld voor vrij gemaakt en jaarlijks
nog eens structureel € 50.000. Dat is ambitieus. Het college legt de lat hoog
en wil dat burgers vernieuwende ideeën aandragen.
Het college is vol vertrouwen dat dit gaat slagen.
Alleen over de wijze waarop dit proces gaat plaatsvinden en hoe het
georchestreerd gaan worden, blijft het college tot op heden wel heel erg vaag.
Het lijkt erop dat elke wethouder –heel begrijpelijk – uit deze ruif wil
plukken. In dit opzicht was de afwezigheid van wethouder Briels zeer
ongelukkig. Het college wilde eensgezindheid uitstralen. Maar ging onder dit
beeld niet heel veel schone schijn schuil? De toekomst zal het uitwijzen.