zondag 30 november 2014


De Ruit finito


Sinds de jaren 70 heeft de regio gesproken over De Ruit en ermee geworsteld. Vorige week heeft de Tweede Kamer in een motie uitgesproken dat de geld bestemd voor de Ruit naar de A67 en A58 moet. De Kamer is in meerderheid  niet overtuigd van de nut en noodzaak van deze weg.  Hiermee lijkt het doek voor de Ruit definitief gevallen.

Natuurlijk vind ik dit besluit jammer. Naar mijn idee is dit zonder meer  het verkeerde besluit. Mijn prioriteiten lagen anders dan die van de tegenstanders van de weg. Gelijk hebben is een  ding, gelijk krijgen het andere. De strijd is gestreden en met de uiteindelijke uitkomst zullen we vrede moeten hebben. Het heeft geen zin om tegen de meerderheid in  te proberen toch nog via schimmige zijwegen het idee van de Ruit door te zetten. We moeten reëel blijven.

Wat mij het meeste stoort in het gehele proces zoals het gelopen is, heeft betrekking op de verdeeldheid binnen de regio. De weg heeft de regio gespleten. Doordat voor- en tegenstanders en gemeenten niet op een lijn konden uitkomen, hebben wij in de regio het initiatief uit handen gegeven. Niet wijzelf, maar anderen hebben uiteindelijk beslist. Dit vind ik nog het meest kwalijke: de brainport is niet in  staat gebleken tot een communis opinio te komen. Dit is een slecht voorteken, zeker ook voor de nieuwe metropoolregio.

Met name de twee steden van de regio, Eindhoven en Helmond, zijn niet consequent geweest. Onbegrijpelijk dat de voorttrekkers van Brainport zich uiteindelijk tegen de weg gekeerd hebben. Zij hebben gekozen voor de hoogaardige technische ontwikkeling van slimmer rijden boven asfalt; een ontwikkeling  die nog in de kinderschoenen staat en waarvan de toekomst zich nog moet bewijzen. Ondertussen  blijven dorpen in  de regio en Laarbeek in het bijzonder lijden onder het veel te grote aanbod verkeer. Met alle gezondheidsproblemen die dit verkeer langs de voordeuren veroorzaakt. Aarle-Rixtel, Beek en Donk, Lieshout en Mariahout zullen hier nog jaren mee worden geconfronteerd.

Dit is de trieste consequentie.

Ik neem hieronder de twee commentaren in het ED van zaterdag 29 november op. Zij spreken voor zich.

Na afketsen van de Ruit...

Ook al is de Ruit wat minister Melanie Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) betreft niet van ta­fel en ook al bezint de provincie zich nog, zonder de 271 miljoen euro van het Rijk is de voltooiing van de wegenruit rond Eindhoven en Helmond een zo goed als onhaal­bare zaak. Niet alleen omdat het moeilijk zal zijn om de financie­ring van het 900 miljoen euro kostende project alsnog rond te krijgen, maar ook omdat het onverstandig zou zijn om een zo om­streden plan alsnog door te zetten.

Na tientallen jaren van discussie zijn voor- en tegenstanders van de Ruit – en dan met name het stuk langs hetWilheminakanaal tussen Son en Laarbeek – niet nader tot elkaar gekomen. Deskun­digen zijn het er niet over eens of aanleg van de Ruit noodzake­lijk is voor de bereikbaarheid van de regio, de doorstroming van het verkeer en dus de regionale economie. Wat iedereen wel kan vaststellen is dat er mooie natuur voor zou moeten wijken. De cruciale vraag is of de voordelen van de Ruit dat offer waard zijn.

De meningen daarover lopen sterk uiteen. En daarmee is er on­voldoende draagvlak voor een duur en onomkeerbaar project.

Onbevredigend is dat de beslis­sing over de Ruit niet in de regio Zuidoost-Brabant is genomen maar in Den Haag door parlemen­tariërs die soms nauwelijks begre­pen waarover ze stemden. Ook onbevredigend is dat het senti­ment in belangrijke mate bepalend is geweest voor de uitkomst.

Dat heeft alles te maken met de wijze waarop gedeputeerde Ruud van Heugten (CDA) er alles aan heeft gedaan om de aanleg van de Ruit erdoor te drukken. Zijn weigering om te onderzoe­ken of de prognoses van de verkeersgroei nog wel actueel waren, het achterhouden van rapporten, het schofferen van tegenstan­ders, het verspreiden van een dure reclamefolder, het waren alle­maal zaken die eerder tegen dan voor de Ruit hebben gewerkt.

..een stap voor stap-aanpak
Misschien was de besluitvorming over de Ruit anders gelopen als knoeiende bankiers de wereld in 2008 niet in een hardnekkige crisis hadden gestort. De eco­nomische malaise heeft een rem gezet op de groei van het wegverkeer, ook in Zuidoost-Brabant. Als de bedrijvig­heid in de afgelopen jaren in hetzelfde tempo was blijven groeien en het verkeer zou als gevolg daarvan op veel plaatsen in de regio zijn vastgelopen, dan zou er wellicht weinig twijfel zijn geweest over nut en noodzaak van de Ruit.

Dat is niet gebeurd, en terwijl de economie stagneerde heeft de de wereld niet stil gestaan. De effecten van de vergrijzing wor­den in toenemende mate zichtbaar, de opvattingen over mobili­teit veranderen en er is slimme technologie in ontwikkeling voor een efficiënter gebruik van de infrastructuur. Wat daarvan de ge­volgen zijn voor de groei van het wegverkeer valt lastig te voor­spellen. De eerder bepleite stap voor stap-aanpak van de verkeers­problemen zou nu dan ook een logische keuze zijn. Een voor de hand liggende vervolgstap is om te investeren in verbetering en verbreding van het bestaande wegennet, met name de A67 (Eind­hoven- Venlo) en de N279 (Asten-Veghel).

Een poging om voor de provinciale verkiezingen in maart alsnog een oplossing voor de Ruit te vinden, heeft weinig kans van sla­gen. Na de verkiezingen keert Van Heugten waarschijnlijk niet te­rug in het college van Gedeputeerde Staten en zijn opvolger zal zijn vingers niet aan het project willen branden.

Is de Ruit daarmee definitief van de baan? Dat is niet gezegd.

Over enkele jaren kan alsnog blijken dat voltooiing van de Ruit noodzakelijk is voor de bereikbaarheid en de doorstroming van het verkeer. Dan kan de discussie opnieuw gevoerd worden, maar dan hopelijk met betere argumenten.


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

woensdag 26 november 2014


Meehuilen met de wolven in het bos


Het gezegde “ Meehuilen met de wolven in het bos ” is U waarschijnlijk niet geheel onbekend. Het betekent zoiets als meegaan met anderen en daarbij het eigen standpunt verloochenen. We komen dit in dit land de laatste tijd naar mijn mening steeds vaker tegen. Hele volksmassa’s doen niet anders en gaan kritiekloos met de opgeklopte verontwaardiging mee. Onbegrijpelijk in een land dat zo hoog is opgeleid.

De volkswoede is snel opgewekt, maar gaat meestal ook weer snel liggen als er weer iets anders gebeurt waar men zich over kan opwinden. We zijn een emotioneel volkje, dat ook nogal eens gemakkelijk neerkijkt op anderen. Een latent gevoel van superioriteit speelt hierbij zeker een bepaalde rol. We zijn een klein landje en hebben in de fameuze woorden van Luns van destijds heel veel buitenland. Ons valt niets te verwijten. Althans dat denken wij. Overigens niet altijd terecht.  

Het wordt tijd dat we ons eens inhouden en niet meteen klaar staan met ons oordeel, dat vaak niet meer is dan een vooroordeel dat in ons ingeroest zit. Wij zijn bij lange na niet zo tolerant als we ons voordoen. Eerst even nadenken  en dan pas reageren.  Tenminste als dat dan nog nodig  is.

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


dinsdag 25 november 2014


De kerken van Laarbeek


Op 1 januari fuseren de drie parochies van Laarbeek. Ze gaan samen de parochie de Zalige Pater Eustachius van  Lieshout vormen. Deze week worden  in Lieshout, Beek en Donk en Aarle-Rixtel  informatiebijeenkomsten gehouden. Het worden drie identieke bijeenkomsten met dezelfde informatie.  Afgelopen maandag was de eerste bijeenkomst in de Servaaskerk in Lieshout.

Het is natuurlijk goed dat parochianen door de stuurgroep die de fusie voorbereid heeft, worden geïnformeerd, al moet wel opgemerkt worden dat het gebeurt op een vrij laat tijdstip. Waarschijnlijk was het niet eerder mogelijk, omdat de stuurgroep tegen nogal wat problemen aanliep op de weg naar de fusie. Door het respijt van het bisdom dat  toestond dat het besluit over de voorgenomen sluiting van kerken naar een later tijdstip mocht worden doorgeschoven kon de voorgenomen fusiedatum van  1 januari 2015 overeind blijven.  

De informatie die maandagsavond verstrekt werd, was vrij summier. De cijfermatige gegevens waren niet heel recent. Toch kregen de aanwezigen een redelijk beeld van de nieuwe parochie. De visie met de nadruk op het pastoraat onder jonge gezinnen is helder. Het nieuwe parochiebestuur staat in de steigers met nog een vacature voor de post van secretaris. Hiervoor wordt bij voorkeur gezocht naar iemand uit Aarle-Rixtel.

In de Servaaskerk was maandagavond de hele avond een latente  spanning voelbaar. In het tweede deel van de bijeenkomst kwam die tot uiting, soms subtiel, maar vaker onverbloemd. Mariahoutenaren pleitten –begrijpelijk- voor het open houden van hun kerk, hun grot en hun park. Lieshoutenaren worstelden nog steeds met een onverwerkt verleden met hun voormalige pastores. Zij wantrouwen het nieuwe pastorale team en vrezen dat hun huidige voorganger, die zij willen behouden, tegengewerkt wordt en geen echte kans zal krijgen. Vertrouwen in op zijn minst een Lieshouts lid van het nieuwe bestuur ontbreekt. 

Het nieuwe kerkbestuur  en pastoor Verbraeken staan voor een grote opgave. Signalen vanuit de gemeenschap moeten opgepakt worden en mogen niet genegeerd worden. Waar wantrouwen en twijfel is, moet een dialoog opgestart worden. Dit moet heel zorgvuldig gebeuren, waarbij openheid en begrip naar elkaar voorop staat.

Deze dialoog bleek maandagavond nog niet mogelijk. De presentatie was - hoe goed bedoeld ook -  te amateuristisch; de bereidheid tot discussie was in onvoldoende mate aanwezig. Bij Lieshoutenaren werd dit verhinderd door  de opgekropte woede; bij de pastoor door het onvermogen om met de juiste woorden hierop te reageren. Zo bleef het alleen bij een kennisname van dit alles.

Een gemiste kans die zo snel als mogelijk is hersteld moet worden. Opener, professioneler en met wederzijds begrip.   

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

maandag 24 november 2014


Zijn wijkteams de ultieme oplossing?


Deze vraag dringt zich op. Heel veel gemeenten zijn bezig met de inrichting van wijkteams die op 1januari a.s. operatief moeten zijn. Deze wijkteams zijn gedacht als de eerste opvang  in het kader van de transities.

Aanvankelijk zag men deze taak weggelegd voor de wijkzuster. Allengs is dit verbreed naar de gedachte dat wijkteams met allerlei deskundigen en specialisten voor de diagnostisering en coördinatie nodig zijn. Over minder bureaucratie en bestuurlijke drukte gesproken !

Geen wonder dat er in onderzoeken kritisch gekeken wordt naar wijkteams. Voornaamste punt van kritiek uit wetenschappelijke hoek is dat gemeenten wijkteams oprichten zonder goed te kijken naar het doel dat men met deze teams wil bereiken. Het ontbreekt aan en duidelijk beeld wat men met deze wijkteams wil bereiken. O.a.  Machteld Koelewijn van BMC Advieszegt dit.

 Met collega’s inventariseerde zij de aard en werkwijze van sociale wijkteams in 26 (middel)grote steden, tijdens een gezamenlijk onderzoek met de Universiteit Twente. Juist gedegen analyses van lokale behoeftes en mogelijkheden trof Koelewijn weinig aan. Zij vindt dat gemeenten zo snel mogelijk moeten stoppen met pilots en experimenten. ‘Stop met pionieren en ga voor het “echie”.Duidelijke kaders en randvoorwaarden worden ongelooflijk belangrijk om het niet op een teleurstelling te laten uitdraaien.  

“ Gemeenten die denken dat ze met de installatie van sociale teams klaar zijn, komen op de koffie, waarschuwt Koelewijn. ‘Sociale wijkteams zijn geen wondermiddel om alle vraagstukken van de decentralisaties op te lossen. Ik zou niet op dat ene paard wedden maar steviger inzetten op de transformatie in samenwerking met burgers en maatschappelijke organisaties. Is er op het moment dat wijkteams nog niet klaar zijn of niet de gewenste resultaten opleveren een Plan B? Lijkt mij verstandig, want verantwoordelijk zijn gemeenten per 1 januari 2015.” 

Ik kan het hier alleen maar mee eens zijn.

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


zondag 23 november 2014


De Ruit


Niek Mouter is specialist MKBA (Maatschappelijke Kosten-BatenAnalyse) aan de TU Delft. In het ED schreef hij afgelopen week een opiniestuk over de nieuwe maatschappelijke kosten-baten analyse (MKBA ). “ Foute conclusies van Schultz over de Ruit “stond als titel boven het stuk.

Mouter komt tot deze conclusie omdat in de baten-kostenverhouding zijn met name baten en kosten voor automobilisten zoals kortere reistijden, verkeersveiligheid en accijnzen gesaldeerd. Effecten op het natuurgebied Dommeldal, landschap, cultuurhistorie, archeologie en recreatie zijn allemaal niet meegenomen in de € 3,5 en de € 3,1. Schultz neemt de belangen van mensen die grote schade ondervinden van de Ruit niet mee in haar conclusies over de economisch-maatschappelijke betekenis van de investering. Mouter concludeert:
“ De zwakke positie van natuur, landschap en andere zachte effecten in de MKBA-systematiek zou kunnen worden opgelost door deze effecten in geld uit te drukken, zodat ze mee kunnen worden genomen in de baten-kostenverhouding. Een andere optie is om aan politici glashelder te communiceren dat deze effecten niet in deze eindindicator zitten en dat zij dus zelf nog een afweging moeten maken tussen de baten-kostenverhouding en in het geval van de Ruit rond Eindhoven de negatieve effecten op de mogelijkheden om te recreëren in het Dommeldal, doorsnijding van landschapsstructuren, het verloren gaan van archeologisch zeer waardevol gebied en het verloren gaan van beschermde diersoorten. Hoewel politici zouden willen dat alle effecten van een project in de baten- kostenverhouding van de MKBA zitten, is de werkelijkheid nou eenmaal te complex om in één cijfer te vatten.”
Met name dit laatste – de werkelijkheid is nou eenmaal te complex om in een cijfer te vatten – is zonder meer waar!
Afgelopen zaterdag was de conclusie van het ED dat de Ruit minder rendabel is dan eerst was aangenomen. “ De aanleg van de Ruit om Eindhoven levert minder op dan de provincie doet voorkomen. In het meest ongunstige geval is de beoogde weg zelfs onrendabel ” concludeerde de krant. De provincie had berekend dat elke euro die aan de weg wordt besteed, € 3,50 oplevert . De second opinion van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) komt niet verder dan €3,10 aan economische effect. En dan moet de regio ook nog eens een zeer hoge ontwikkeling doormaken. Als de groei tegenvalt, wordt niet elke euro terugverdient.   Het ED vergeet dat ook een €3,10 een hele mooie score is.
Als je het rapport doorleest, blijkt dat het hele verhaal een stuk genuanceerder is dan in de media doorklinkt. Maandag 24 november 2015 debatteert de Tweede Kamer met minister Melanie Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) over de bijdrage van 271 miljoen euro van het rijk aan de Ruit rond Eindhoven. Een klein jaar geleden stemde een krappe meerderheid van de Kamer tegen de Ruit met als reden dat nut en noodzaak onvoldoende waren onderbouwd. Je kunt niet steeds maar het onmogelijke blijven vragen!
Ik ben benieuwd naar de reacties in de Kamer.

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

donderdag 20 november 2014


De Ruit


Op 17 november heeft minister Schultz een brief geschreven aan de Tweede Kamer over de MIRT. Hierin schrijft zij het volgende over de Ruit:

In het schriftelijk overleg Ruit Eindhoven is aangegeven dat in antwoord op de
motie van de leden Dik-Faber en Van Veldhoven over de Ruit Eindhoven, de
provincie Noord-Brabant in het kader van de project MER de verdere
optimalisaties zal bekijken en daarnaast ook een MKBA voor het
voorkeursalternatief zal gaan opstellen. De onderzoeken zijn dit najaar gereed
gekomen.

Op basis van deze onderzoeken heeft de provincie Noord-Brabant voor een
voorkeursalternatief gekozen. Dit alternatief bestaat uit drie elementen:
1. De verkeersruit Eindhoven - Helmond, bestaande uit een nieuwe 2x2
verbinding tussen de A50 en de N279, en een verbreding van bestaande
N279 Helmond - Asten. Daarbij vinden extra inpassingmaatregelen
plaats waaronder in het Dommeldal en een omlegging om Dierdonk bij
Helmond.
2. Een lokaal pakket voor Veghel, dus geen aanpak van de gehele N279
van Helmond tot Veghel.
3. Een robuustheidpakket A67 Leenderheide - Asten.

Uit de door de regio opgestelde MKBA blijkt dat het voorkeursalternatief
(verkeersruit) een goede economisch-maatschappelijke investering is. Op dit
moment laat ik hier een second opinion op uitvoeren. De MKBA samen met de
second opinion van het KIM worden binnenkort aan uw Kamer toegestuurd.
Aan uw Kamer is herhaaldelijk gemeld dat het aan de provincie is om te bepalen waar de prioriteiten liggen bij investeringen in de regio. De provincie geeft met deze keuze aan dat het voortzetten van de realisatie van de Ruit om Eindhoven voor haar prioriteit heeft. Er worden geen redenen gezien om op de eerder afgesloten bestuursovereenkomst terug te komen.

Op verzoek van gemeenten en maatschappelijke partijen is het plan op
onderdelen beter ingepast. Daarom is in het project een aantal extra
inpassingmaatregelen opgenomen, dat natuur en leefomgeving ontziet. Het
gekozen alternatief zorgt voor een robuuster wegennet in één van de belangrijkste economische regio’s van Nederland, de Brainport Zuidoost Nederland. Hetvergroot de leefbaarheid binnen de steden in het gebied. Het project is een goede maatschappelijke investering.

In het BO MIRT Noord-Brabant is met de regio afgesproken dat er een gesprek
volgt betreffende de keuze voor het robuustheidpakket op de A67. Dit pakket zat niet in eerdere plannen, maar is op verzoek van veel regionale partijen in het voorkeursalternatief opgenomen. De scope van dit robuustheidpakket is nog niet uitgewerkt en daarom kunnen daarover nog geen concrete uitspraken worden gedaan.


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

woensdag 19 november 2014


Beleidsplan WMO


Wethouder Briels is trots op dit beleidsplan, apetrots zelfs. En hij niet alleen. Het beleidsplan WMO is een plan van en voor burgers, interactief opgesteld door velen. Terecht dat de wethouders en zijn medewerkers trots zijn op dit beleidsplan.

De bezieling waarmee dit plan tot stand gekomen is , was duidelijk voelbaar op de bijeenkomst in oktober in het Ontmoetingscentrum in Beek en Donk. In ieder geval was ik bij de presentatie zwaar onder de indruk van het grote aantal mensen die meegewerkt hebben aan dit beleidsplan; onder de indruk ook van de aanpak – geen plan dat van boven werd opgelegd, maar door en met burgers tot stand kwam. Zo moet het ook. Alleen al om draagvlak te verwerven en vooral medewerking bij de uitvoering.

Ik was ook diep onder de indruk van de 21 actielijnen die werden uitgezet en van de grote bereidheid om als kartrekker en  lid van de verschillende werkgroepen te gaan functioneren. Hoe behap je dit allemaal als gemeentelijke organisatie? Dit vroeg ik mij wel af, als ook of het succes van oktober mogelijk een bedreiging zou kunnen worden voor het welslagen van de operatie.  Laten we deze gedachte maar even ver van ons afzetten. Het project moet immers slagen. Een moment heb ik het jammer gevonden dat de 21 actiepunten niet in het beleidsplan zijn opgenomen. Het maakt het plan stukken concreter. Ik begrijp overigens wel waarom dit niet gebeurd is. Zo iets hoort immers niet in beleidsplan. Maar wat is ” hoort niet ” in iets zo vernieuwends als dit in een interactief tot stand gekomen beleidsplan?

In zijn voorwoord van het Beleidsplan WMO haalt wethouder Briels zijn geliefde citaat van transitieprofessor Jan Rotmans aan; we leven niet in een tijdperk van veranderingen,maar in een tijd van veranderingen van tijdperken. Ongetwijfeld een ware uitspraak die niet voldoende geciteerd kan worden. Maar leven we vandaag de dag niet alleen maar in een tijd van verandering van tijdperken. Is er niet iets meer aan de hand, iets veel fundamentelers. Van de Donk zei het de Rob-lezing 2014 misschien nog wel pregnanter: we leven in een tijd van fundamentele veranderingen, in  een tijd waar zelfs veranderingen veranderen.

De veranderingen gaan zo snel dat we ze niet meer bij kunnen houden en het ons zelfs ontgaat dat de veranderingen zelf aan veranderingen onderhevig zijn. Voor we het weten leven we al  een andere wereld. Verklaart dit misschien ook wel niet de hedendaagse hang naar nostalgie en naar retro-denken?   We zoeken vastigheid, die er niet meer is. Ik weet het niet zeker , maar denk wel dat het zo is.

In het voorwoord waar ik zo net op doelde schreef de wethouder: “ Wij pakken het anders aan dan andere gemeenten. Noem het (eigen)wijs, innovatief of “werelds ” Van mij mag hij dat zo noemen. Bij mij kwam de gedachte op:  noem het “ op zijn Laarbeeks ”

Niet alleen gedichten van een eigentijdse Bert Kuijpers, maar ook gedachten de Chinese denker uit de 6e eeuw voor Chr, Laotsi  worden aangehaald. Het beleidsplan opent er zelfs mee. De wijsgeer van de constante cyclus en auteur van het Boek van de weg en de deugd wordt als wegwijzer opgevoerd bij een transitie- en veranderingsproces. Ik denk dat de oude meester, zoals hij ook wel genoemd wordt, hierover alleen maar kan  glimlachten. Overigens is het gedicht heel toepasselijk:

Ga naar de mensen’
Leef met hen
Hou van hen
Leer van hen
Begin met wat zij hebben
Bouw voort op wat zij weten
En aan het eind
Als het werk gedaan is
Zullen de mensen uitroepen
“Wij hebben het zelf gedaan ! ”
In de laatste regel hoor ik ” Iedereen doet mee ” doorklinken.

Is dat inderdaad zo? Doet iedereen mee? Is het geen illusie? Iedereen doet mee- een constatering of een verplichting? Iedereen doet mee in de zin van moet meedoen. Zijn we op weg naar een mentaliteitsverandering, naar een besef van noodzaak; een morele verplichting tot sociale dienstplicht voor eenieder. Het lijkt zo, al ben ik er nog niet zo zeker van dat met name ouderen de versobering van de verzorgingsstaat pikken. Als zij zich verenigen zijn zij een geduchte tegenmacht.

Dan het beleidsplan zelf. Wie ben ik om kritiek te leveren op het beleidsplan dat door zoveel mensen is opgesteld. Ik vind het een goed beleidsplan –helder, duidelijk en strak geformuleerd met voldoende handvaten voor actie en duidelijk anders dan de beleidsplannen van andere gemeenten die ik gezien heb. Zoals gezegd had ik graag de 21 actiepunten in het plan opgenomen gezien en had wat BIG MOVE genoemd wordt een veel prominentere plaats in het beleidsplan mogen hebben.

Een € 141.000,00 wordt vrijgespeeld voor de projecten. Laarbeek heeft geen extra budget vrijgemaakt. De transities moeten uitgevoerd worden met de middelen die het rijk ter beschikking stelt. Er is geen noodpot. Dit is doelbewust beleid en een politieke keuze. Grote vraag is of dit beleid stand houdt als er onverhoopt het een en ander misgaat. Vertrouwen op een rijksoverheid die te hulp zal schieten, is een ijdele hoop. Ook de middelen van de staatssecretaris zijn niet onuitputtelijk.

Voor de rest, alleen maar lof. Ondertussen blij ik mij maar afvragen how the hell is Zuster Madeleine, die de woorden in de mond worden gelegd: “ Gezond is wanneer goed met je ziekte kunt omgaan.”


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

dinsdag 18 november 2014


Verordeningen WMO


Dinsdagavond in de commissie Sociaal Domein en in december in de Raad staan op de agenda een groot aantal verordeningen die samenhangen met de nieuwe participatiewet die op 1 januari a.s. van kracht wordt. Gemeenten zijn hierdoor genoodzaakt een groot aantal verordeningen aan te passen en te wijzingen. Het moet allemaal in een heel korte tijdsperiode geregeld worden. Misschien zelfs wel in een onverantwoorde korte tijd. Of dat zo is zal de toekomst uitwijzen.

De transities waarvoor we staan zijn bij uitstek het  voorbeeld van bestuurlijke drukte . Onvermijdelijk misschien. Het kan misschien ook wel niet anders. Gemeenten willen en moeten vooruit. Tijd voor bezinning en reflectie ontbreekt nagenoeg. De ombouw van de verzorgingsstaat is onontkoombaar.

We worden steeds ouder en de kosten van de gezondheidszorg rijzen de pan uit. In 1998 was het aandeel van de zorguitgaven op de totale uitgaven van de collectieve sector nog 16 procent, in 2003 was dit gestegen naar 21 procent. In 2015 bedragen de kosten 73 miljard op 260 miljard, dat is 28 procent van de gehele collectieve sector. Door de vergrijzing en medische innovaties stijgen de kosten van de zorg veel sneller dan de groei van het BNP en de collectieve sector. De wal moet het schip dus wel gaan keren. Zonder ingrijpen wordt de zorg onbetaalbaar. Hier is iedereen het wel zowat over eens.

Maar moet het dan zo op stel en sprong? In het veld en bij de zorgvragenden leven veel vragen. Cliënten vragen zich steeds verontruster af waar zij op 1 januari a.s. aan toe zijn en – vooral –hoelang zij de huidige zorg nog zullen krijgen. Geen wonder dat de vraag gesteld wordt : gaat het allemaal niet te overhaast en te snel.

Dit laatste is misschien wel zo. Maar op dit moment kunnen we niet anders meer. We moeten verder en dus moeten we zorgen dat de Laarbeekse wet- en regelgeving voor onze burgers op tijd op orde is. We zullen zoals Marc Chavannes dit weekend in de NRC schreef, straks in het voorjaar wel zien òf en waar de boot strandt. In het land van doemdenkers, dat we onderhand langzamerhand zijn geworden, ziet menigeen de gemeenteraadszalen volgend jaar al uit hun voegen barsten, wanneer de gevarieerde werkelijkheid hier en daar ontploft. Daarna volgen spoeddebatten en een enquête in de Kamer. Ik denk niet dat het  zo’n vaart zal lopen. Misschien is het ook wel goed dat we  zo weinig tijd voor het regelen van de noodzakelijke zaken hebben. Dan kunnen we het  altijd nog bij stellen, zei de Brabantse Commissaris van de Koning, begin van deze maand in zijn gedenkwaardige Rob-lezing 2014.

Overigens was van de Donk opvallend positief over de Nederlandse gemeentebesturen:

“ En intussen worstelen de wethouders en de gemeenteraadsleden van ons land met de opdracht er toch wat van te maken. Ik kan op grond van mijn waarneming van de passie en grote betrokkenheid waarmee dat gebeurt, eigenlijk amper pessimistisch zijn. Daar waar op het centrale niveau nog vaak vooral in termen van een belangrijke bezuinigingsoperatie wordt gesproken, bespeur ik bij lokale bestuurders een groot en zich alras ontwikkelend besef van het strategische en fundamentele belang van de ingezette beweging.
Een betekenisvolle en toekomstbestendige vernieuwing van de lokale zorgsystemen realiseren, die recht doet aan de belangrijke veranderingen in de samenleving, en die een einde maakt aan de praktijken van vervreemding en marktbureaucratisering die het domein zo kenmerkten. De ambitie is groot, het gaat om belangrijke veranderingen.”

En dit, zo constateer ik, is ook het geval in Laarbeek. Uit een enquête die gisteren het NRC publiceerde blijkt dat zelfs maar liefst 93% van de geënquêteerde gemeenten vierkant achter de decentralisaties staan.
Ik heb grote bewondering en waardering voor de inzet van de ambtenaren en de wethouder op dit terrein. Laarbeek en deze wethouder hebben begrepen dat deze problematiek allereerst plaatselijk en lokaal moeten oplossen. Vandaar het hartstochtelijke beroep op iedereen. Aan civil service , naastenliefde, solidariteit kan en mag het niet ontbreken. Het is niet meer of minder dan een burgerplicht van iedereen. 

Wat de diverse verordeningen betreft, ik heb alleen naar de grote lijn gekeken, niet naar de details. Het kan voor commisssie- en raadsleden  ook moeilijk anders. Verdrinken in de regels heeft geen zin en ook geen meerwaarde. Ik constateer dat de verordeningen voor de Peelgemeente Laarbeek  met zorg zijn opgesteld. Met de kennis en het inzicht van nu. Heel eerlijk zegt het college dat er mogelijk in de loop van het jaar wijzigingsvoorstellen nodig zijn. De toekomst zal het leren .

Bij de stukken heb ik de reactie van de werkgroep Wetgeving op het advies van het regionale cliëntenplatform aangetroffen. Jammer genoeg miste ik het advies zelf. De werkgroep heeft ingestemd met de voorliggende verordeningen. Ik heb kennis genomen  van de opmerkingen  bij de Verordening Verrekening Bestuurlijke Boete bij recidive en  bij de Verordening individuele Inkomenstoeslag. Bij de eerste genoemde verordening adviseert de werkgroep de bepaling over de 4e maand niet op te nemen in de verordening. Terecht, daar dit al in de wet geregeld is. Bij de verordening over de inkomenstoeslag gaat de werkgroep niet mee met het advies om de hoogte te bepalen op 120% van de bijstandsnorm. Met als argument dat hiervoor de middelen ontbreken. Met pijn in het hart kunnen we hiermee meegaan .

We constateerden dat Laarbeek de referteperiode op drie jaar heeft gesteld. Terecht naar ons oordeel. Alleen in de toelichting bij art.3 staat nog steeds vijf jaar. Wij nemen aan dat dit wordt aangepast.

De verordening tegenprestatie Laarbeek 2015 is nog niet klaar. Wij vinden dit jammer,al hebben wij er begrip voor. De gemeente kan dus nog geen tegenprestatie naar vermogen vragen. Dit is natuurlijk de consequentie. Het geeft ons wel de mogelijkheid nog eens intensief naar de achterliggende gedachten te kijken. Ik denk dat dit zou moeten.

Tot slot, we stemmen in met de verschillende verordeningen. Alleen moet nog even gekeken worde naar de ondertekening die nog moet worden aangepast aan de nieuwe situatie.


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

zondag 16 november 2014


De komende commissievergaderingen.


Deze week staan de verschillende commissievergaderingen op de agenda. Verschillende voorstellen liggen op de rol in de drie commissies. Naast de gebruikelijke vaste agendapunten komen  een aantal onderwerpen aan bod. Dit ter voorbereiding van de raadsvergadering van december.

In de commissie Algemene Zaken staan de reclame-verordening, de belastingvoorstellen 2015 en de overgang van SRE naar Metropool  Regio Eindhoven op de agenda; in de commissie Ruimtelijk Domein staan o.a. de proef met de afvalverwerking De Voorbeemd en de bomenverordening op de rol.

De agenda van Sociaal Domein staat in het teken van de drie grote transities die in januari a.s. van start gaat. Dit vergt een heleboel wetgeving die in veel te korte tijd tot stand rond moest komen. Ook moet de commissie zich uitspreken over het Beleidsplan WMO.
In alle commissies komt de 2e tussenrapportage aan de orde. Deze tussenrapportage is een mooie binnenkomer voor wethouder Meulensteen. Voorzien was een tekort van € 18.000; uit de tussenrapportage blijkt dat dit tekort is omgebogen in een positief resultaat van € 36.000. Prima toch!


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

woensdag 12 november 2014


Jaarvergadering.


Afgelopen dinsdag hield het CDA-Laarbeek zijn Algemene Ledenvergadering. Het werd een goede, zij het vrij lange vergadering, waarin bleek dat bij het CDA-Laarbeek het vertrouwen terug is. Na de domper van de verkiezingen die rampzalig verliepen, heeft het CDA zich hersteld en is het zelfs tot verrassing van velen toegetreden tot het college van B en W. Tijdens de vergadering deed wethouder Tonny Meulensteen verslag van zijn ervaringen in het college. Met gepaste trots kon hij terugkijken op de eerste zes maanden, waarin hij de grondnota en een sluitende begroting zonder problemen door de raad kon loodsen.

Natuurlijk was er in de vergadering discussie over de Noordoostcorridor. Vanuit de zaal waren geluiden geventileerd dat de doorsnee kiezer de keuze van het CDA niet begrijpt. Tonny verweerde zich met een verwijzing naar het verkiezingsprogramma. Heel overtuigend klonk dit niet. In het programma staat immers letterlijk:

“ De intentie van het CDA is zich in te zetten voor die variant die van de Ruit die zoveel mogelijk aansluit bij de afspraken van het bereikbaarheidsakkoord ”

Deze formulering is helder. Natuurlijk is geven en nemen in een coalitie noodzakelijk. Er zijn echter punten die niet onderhandelbaar zijn zonder geloofwaardigheid te verliezen. Ik had de indruk dat de ledenvergadering dit standpunt deelde.

In de vergadering werd afscheid genomen van Jeroen Leenders en werd Marcel van der Heijden verwelkomd als de nieuwe fractievoorzitter. Na 9 jaar heeft Martijn Spoorendonk het secretariaat van het CDA overgedragen aan zijn opvolgster.

Aan het begin van de vergadering presenteerde zich drie leden van het CDJA Peelland. Marjolein van den Berkmortel verzorgde de presentatie over het CDJA. Er zaten een groot aantal handvaten in die CDA-Laarbeek goed kan gebruiken.

Door tijdgebrek kwam de eigenlijke hoofdmoot van de vergadering in de verdrukking. Een werkgroep had een discussiestuk ” Visie en perspectief ” geproduceerd. Koen Segeren gaf een toelichting op het stuk. Gezien het late tijdstip werd besloten de inhoudelijke discussie uit te stellen tot de volgende ledenvergadering.

Ruim na 23.00 uur kon de voorzitter de vergadering sluiten.


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

dinsdag 11 november 2014


Ledenontmoeting.


Rabobank Peel-Noord  had afgelopen maandag de jaarvergadering in een nieuw jasje gestoken. Dit keer geen traditionele jaarvergadering meer, maar een ledenontmoeting. De nieuwe formule werd uitgeprobeerd in sporthal ’t Zand in Bakel in aanwezigheid van zo’n 800 leden van de Rabobank.

Zoals gewoonlijk had de bank veel werk van de ontmoeting gemaakt. De sporthal was fraai aangekleed ; na afloop was er het gebruikelijke drankje. Alles was weer tot in de perfectie verzorgd. De omlijsting  met muziek en zang was prima. Alleen de ledenontmoeting zelf  viel qua inhoud  wat tegen.
Er viel namelijk weinig te ontmoeten. De achthonderd aanwezigen hadden de rol van luisteraar. In wisselende fora op het podium werden gesprekken gevoerd met een aantal bankmedewerkers en geselecteerde leden. Het geheel werd vakkundig gepresenteerd door Simone van Trier.

Het eerste forum was meteen het leukste. Dit kwam voor een groot deel door Wim Daniels die feilloos de vinger wist teleggen op de zwakke plekken in het  online bankieren. De beide bankmedewerkers aan de tafel waren verbaal niet tegen hem opgewassen. De sympathie van de zaal lag bij Daniels. Dit moet voor de bank een veeg teken zijn.

De twee andere fora waren goed bedoeld maar misten de brille en gevatheid van het eerste forum. Je voelde de zaal afhaken. Het gebrek aan spanning werd vervolgens meer dan goed gemaakt door cabaretier Marcel Stevens uit Helmond. Hij nam het geheel vakkundig op de hak. Ik vond het alleen jammer dat hij dat deed ten koste van Frans van de Laar en Tanja. Zij hadden beter verdiend.

Iets over tien startte de ledenontmoeting pas echt, aan de bar. Voor iedereen lag het nieuwe boek van Wim Daniels, de taal achterna, klaar. Volgens Marcel Stevens had Daniels die avond de beste zaken gedaan. Daarmee kon hij wel  eens gelijk  hebben. Wie doet hem dat na, in een avond 1000 boeken verkopen!

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


maandag 10 november 2014


Het is zo 1 januari.


De datum van 1 januari nadert met rasse schreden. Op die datum gaat veel op schop en moeten een hele boel taken geregeld zijn in verband met de drie grote transities. Het rijk delegeert een groot aantal zorgtaken naar de gemeenten. Deze zijn hard bezig om alles te regelen . Of zij het helemaal halen en op tijd hiermee klaar zijn, is zeer de vraag.

Velen vrezen van niet. Ik hoorde Sybrand Buma van het CDA op het congres in Alkmaar van zijn partij uiting geven aan zijn scepsis. Volgens hem wordt het alles teveel in een keer op de schop genomen.  Letterlijk zei hij : “ De botte en  overhaaste invoer is onverantwoord.”

Bij de VNG is men al een stap verder. Jantine Kriens vraagt zich in de media openlijk af  op welke wijze het kabinet de rijksoverheid gaat afslanken als al deze taken doorgedelegeerd zijn naar de gemeenten. De transities moeten immers een slankere rijksoverheid opleveren. Dat was immers toch de opzet, nietwaar? Kriens sloot aan bij de woorden van Annemarie Jorritsma op het VNG-jaarcongres van juni waarop zij zich afvroeg wat het Rijk gaat doen als de taken en verantwoordelijkheden in het sociale domein overgedragen zijn aan de gemeenten. “ Het Rijk zal moeten loslaten en krimpen ” zo zei de VNG- voorzitter toen al.

En dan is er nog Martin van Rijn die tot vorige week geen krimp gaf, totdat hij nota bene tot ieders verrassing  door zijn eigen vader onder vuur kwam te liggen. Op de tv bij Pauw zat hij er zeer ongelukkig bij. Niet dat hij helemaal kopje onderging, maar hij miste wel het ultieme moment om duidelijk te maken dat alle ellende en onzekerheid die op zorggebied nog gaat komen, nodig is voor het goede doel: de zorg betaalbaar te houden voor de toekomst. Waar hij leider had moeten zijn,opereerde hij als aangeslagene.  Niet sterk voor een staatssecretaris die in het algemeen durf en lef toont.

En dit is waarschijnlijk nog maar het begin van alle ellende waarmee we waarschijnlijk geconfronteerd gaan worden. Steeds dringender zal de vraag opgeworpen worden of de bestaande verzorgingsstaat nu echt zo radicaal afgebroken moest worden? Was er geen verstandiger tussenweg mogelijk geweest?

Wie het weet mag het zeggen!

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


zondag 9 november 2014


Een verdeeld advies




Op woensdag 5 november  2014 hebben de wethouders in de Stuurgroep de opvattingen van hun gemeente aangedragen in de Stuurgroepvergadering met als doel een advies te formuleren aan Gedeputeerde Staten. Ook de adviesgroep (maatschappelijke partijen) en de Provinciale Omgevingscommissie (adviesorgaan van de provincie) hebben afgelopen week gesproken over het voorlopige voorkeursalternatief en een advies hierover afgegeven. Het volledige advies is   "HIER " te lezen.

Hieronder citeer ik de passage die betrekking heeft op  het advies van de gemeente Laarbeek:

“ De gemeente adviseert negatief over het voorlopig voorkeursalternatief,
omdat met de keuzes in de oostwestverbinding niet voldaan wordt aan het
Bereikbaarheidsakkoord. Zij wil vasthouden aan de realisatie van de ‘T’ in
de vorm zoals in het Bereikbaarheidsakkoord is opgenomen. Dat geldt ook
voor de alternerende ligging in de plaats van de voorgestelde zuidelijke
ligging Wilhelminakanaal. En de onder maaiveldligging vanaf Beek en
Donk tot Aarle-Rixtel, met ondertunneling/aquaduct ter hoogte van Beek en
Donk en het bestaande tracé bij Helmond. Ook is de gemeente van
mening dat de MKBA niet volledig en juist is. Tenslotte merkt zij op dat het
voorlopig voorkeursalternatief in strijd is met het Afsprakenkader uit 2010.”

Ik blijf het een dom advies vinden,dat het probleem alleen maar eenzijdig benadert. Het bereikbaarheidsakkoord uit 2007 is allang achterhaald door een nieuwe werkelijkheid. Jammer dat de gemeente Laarbeek niet de politieke moed  en flair kan opbrengen om zoals b.v. de gemeente Son en Breugel een onderhandelingspositie in te nemen. Laarbeek blijft categorisch tegen en weet niets beters dan de nadelen te benadrukken. Lijkt mij niet verstandig.

Hoe het nu ook uitpakt, Laarbeek staat straks met lege handen. Straks hebben we ofwel  In het geheel geen weg, wat de raad en het college wil, òf een weg met een tracé dat  beter had gekund. Dit is de consequentie van voortdurend maar ageren tegen de weg zonder met kracht alternatieven aan te dragen. Mag ik dat pas echt dom noemen?
 
Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


woensdag 5 november 2014


Brabant groeit harder dan verwacht


Noord-Brabant moet tot 2025 jaarlijks 10.000 nieuwe woningen bouwen. De bevolking neemt de komende 25 jaar toe, zelfs sterker dan verwacht. Dat blijkt uit de geactualiseerde bevolkings- en woningbehoefteprognose van de provincie Noord-Brabant.

De provincie stelt om de drie jaar een nieuwe prognose op. Volgens de nieuwe provinciale prognose neemt het inwonertal van heel Noord-Brabant toe van bijna 2.480.000 in 2014 tot een maximum van zo’n 2.595.000 mensen aan het einde van de jaren ’30. Dit betekent dat de Brabantse bevolking de komende 25 jaar naar verwachting nog met ongeveer 115.000 personen zal groeien. Het Planbureau voor de Leefomgeving publiceerde onlangs in de Balans voor de Leefomgeving zelfs nog hogere prognoses voor Brabant. In deze prognose groeit de bevolking van Noord-Brabant tussen 2012 en 2040 met 148 duizend personen en met 155 duizend huishoudens.

Als gevolg van de groei blijft de Brabantse woningvoorraad tot aan het einde van de prognoseperiode groeien, al neemt de groei in de loop van de jaren wel sterk af. “Al met al wacht Brabant de komende tijd nog een behoorlijke woningbouwopgave. Alleen al de eerstkomende tien jaar zal de woningvoorraad nog met meer dan 100.000 woningen moeten toenemen, oftewel ruim 10.000 woningen (netto) per jaar”, stelt de provincie.

De groei wordt vooral veroorzaakt door de stijgende levensverwachting, maar ook migratie speelt een belangrijke rol. “De laatste tijd kent Brabant weer duidelijk positieve buitenlandse saldi. Dit hangt voor een belangrijk deel samen met het toegenomen aantal arbeidsmigranten uit de Europese Unie’, meldt de provincie. Brabant gaat ervan uit – mede gebaseerd op CBS-gegevens - dat die instroom de komende jaren structureel  hoog blijft. De buitenlandse (arbeids)migranten zullen zich voor een belangrijk deel in de stedelijke concentratiegebieden vestigen, maar deels ook in de landelijke gebieden.

De binnenlandse migratiecijfers verschillen per regio, maar zijn per saldo licht positief. Dit betekent dat zich de laatste jaren weer meer mensen vanuit de andere provincies in Brabant hebben gevestigd, dan dat er vanuit deze provincie naar elders in Nederland zijn vertrokken. Brabant verliest vooral migranten aan de Noordvleugel van de Randstad. Het zijn veelal jongvolwassenen (15-29 jarigen) op zoek naar onderwijs en werk buiten hun provincie. De meeste komen van het platteland. Daar staat tegenover dat de stedelijke concentratiegebieden juist veel jongvolwassenen zien komen. Het zijn daar de jonge gezinnen die vertrekken.

Gedeputeerde Staten zullen de Brabantse gemeenten informeren over de nieuwe prognosegegevens, zo laat de provincie weten. Per gemeente biedt de prognose een indicatie van de planningsruimte voor woningbouw in de komende jaren. Deze ‘programma-indicatie’ is richtinggevend voor de jaarlijks te maken regionale woningbouwafspraken. Uit de databestanden blijkt dat de provincie voor Laarbeek uitgaat van een bevolkingstijging in de periode 2014- 2030 met 101,3%.Het inwonersaantal in 2030 wordt becijferd op 22170.

Wat betekent dit allemaal voor Laarbeek? In ieder geval  op korte termijn geen krimp, maar een lichte groei. Geen slecht perspectief! Het wordt tijd voor een duidelijke herbezinning op het noodzakelijke woningbouwprogramma van Laarbeek. Zaken als concentratie en afronding van plannen moeten opnieuw tegen het licht worden gehouden. De nieuwe coalitie moet nieuwe lijnen gaan uitzetten. Met durf en gevoel voor de toekomst.


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

dinsdag 4 november 2014



Melkveewet




Oud-minister van landbouw  Cees Veerman en oud-informateur Herman Wijffels vinden dat de melkveewet van Sharon Dijksma het image van de Nederlandse melkveehouderij te grabbel gooit.

In een opinieartikel in dagblad Trouw roepen de twee CDA-prominenten de Tweede Kamer op het wetsvoorstel tegen te houden. Volgens Wijffels en Veerman kiest Dijksma met haar voorstel de verkeerde weg door de intensivering van de melkveehouderij te stimuleren. Dat is strijdig met het in het regeerakkoord uitgesproken streven naar een circulaire economie, stellen Wijffels en Veerman. "Met mestverwerking als vluchtroute is het hek van de dam", schrijven ze. De intensivering is al volop gaande en het bedrijf met weidegang dreigt te verdwijnen, met de korte-kringloop-koe (gras-mest-gras), die goed is voor de biodiversiteit.

De beide CDA'ers veronderstellen dat Pvda-staatssecretaris Dijksma met dit voorstel komt onder druk van regeringspartner VVD. "Waarschijnlijk voelt ze de hete adem van de VVD in haar nek, die niets moet hebben van extra milieuregels. Maar is het niet vreemd de veehouders eerst groeiruimte te geven en vervolgens aan de sector te vragen een deel van die ruimte weer af te pakken? Niet voor niets pleit de sector voor aanscherping van deze milieuwet - een unieke stap voor het bedrijfsleven."

De CDA-fractie in de Tweede Kamer zal het in de Kamer niet redden; zij heeft haar hoop gesteld op de Eerste Kamer.


 Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185