Commissie Huijbregts
Gisteren heeft de commissie Krachtig Bestuur
in Brabant onder voorzitterschap van Mevr. Helmi Huijbregts het rapport
Veerkachtig bestuur in Zuidoost- Brabant gepresenteerd. Het is nog een
concept-rapport en het laatste rapport in het vierluik van rapporten over de
drie Brabantse deelregio’s. Eerder nam de commissie de regio's Den Bosch/Oss,
Tilburg en Breda/Roosendaal onder de loep.
In de regio
is reikhalzend uitgekeken naar dit rapport. De eerste mededelingen die de
commissie enkele maanden vrijgaf aan bestuurders uit Zuidoost- Brabant vielen
bij velen niet zo goed. Ook het gesprek met een delegatie uit het DB van het
SRE schoot hier en daar in het verkeerde keelgat en leidde in de pers tot wat
cynische opmerkingen. Geen wonder dat met spanning het concept-rapport werd
afgewacht.
Mijn eerste
indruk is dat de aanbevelingen van de commissie voor Zuidoost-Brabant een stuk
forser zijn getoonzet dan in de andere adviezen. De commissie doet dat op basis
van een analyse van de bestuurlijke constellatie in Zuidoost-Brabant die in
ieder geval grotendeels overeenkomt met mijn conceptie. Hier zou in eerste
instantie m.i. de discussie over moeten gaan en niet zozeer over d e
aanbevelingen. Die zijn immers het gevolg van de analyse.
Karakteristiek
over hoe we in Zuidoost-Brabant politiek
bedrijven bleek ook overduidelijk uit de eerste reactie van het ED. De kop “
Commissie-Huijbregts: hef Nuenen en Waalre op ” is beeldvorming van het
verkeerde soort. Dit stuurt de discussie de verkeerde kant op. Hebben we bij
BOSE al niet voldoende leergeld betaald? In dit dossier heeft de provincie de lead van het verdeelde SRE overgenomen en
hebben wij het nakijken. Als we niet oppassen en op dezelfde wijze doorgaan,
gaat dit ook op dit terrein gebeuren.
Voor de
eerste reactie op het rapport zie het ED . Voor het artikel Klik HIER. Een wat andere insteek kiest de
provincie. KIJK HIER
Eerstdaags ga ik in op de analyse van
de commissie en de conclusies die wij in Laarbeek zouden moeten trekken.