Een ander begrotingsformat
De Stuurgroep Sturend Laarbeek heeft aan de wieg gestaan van de huidige vorm van de gemeentebegroting. De stuurgroep en later de raad hebben gekozen voor het zgn burgerschapsmodel. De ambtelijke organisatie heeft het model omarmd en haar hart en ziel ingelegd. Dit heeft heel wat kruim gekost. Met name het heldere formuleren van duidelijke meetbare doelen was een hels karwei. Het is een leerproces geweest. Aan de kwaliteit van de gemeentebegroting 2012 is af te lezen dat er belangrijke stappen voorwaarts zijn gemaakt. Dit is echter zowel de winst en de makke van de huidige situatie.
Men wil nogal eens de na te streven doelen te hoog inzetten, waardoor het doel niet bereikbaar is in een begrotingsjaar. Je ziet dan ook de doelen jaar op jaar in de begroting terugkeren. Voor de oppervlakkige lezer lijkt het dan sterk op ieder jaar weer een herhaling van zetten. Dit is niet helemaal waar,omdat er een zekere voortschrijdende ontwikkeling in de doelen zit. Vaak weliswaar een minimale, maar toch een stapje verder.
Als het juist is dat een programmabegroting zoals we die nu kennen, in haast doelstelling het begrotingsjaar duidelijk overschrijdt, zouden we dan niet het format van de begroting daarop moeten aanpassen. De raad kan m.i. het hele pak papier dat we nu als begroting ontvangen ,gevoeglijk missen. Het is immers voor meer dan driekwart hetzelfde als het jaar daarvoor. Het zou de helderheid bevorderen als we daaraan een andere opzet konden geven. Volgens mij kan dat vrij gemakkelijk.
Terugkijkend op de begrotingen van de afgelopen jaren valt het volgende patroon op, dat in nagenoeg alle zittingsperiode van de raad gelijk is: de eerste begroting die onder verantwoordelijkheid van het nieuwe college verschijnt is meestal een beleidsarme begroting. Het is vreemd, omdat je zou verwachten dat een nieuw college enthousiast aan de slag zou willen gaan en haar stempel op het beleid zou willen drukken. De praktijk is echter anders. Pas in de tweede begrotingsjaar heeft het college de structuur gevonden en is het college in staat een inhoudelijke begroting te presenteren. In de praktijk blijkt er in de twee resterende begrotingsjaren weinig essentieels in de begroting te veranderen, op een paar aanpassing na door gewijzigde omstandigheden of regelgeving. Dit roept de vraag op of je – even afgezien van wettelijke voorschriften - dan ook elke jaar een nieuwe begroting moet presenteren. Ik denk van niet.
Als eenmaal de basisbegroting van het nieuwe college, waarin het vastlegt wat het in de regeerperiode wil bereiken en welke doelen het wil verwezenlijken, is het niet nodig elk jaar een nieuwe begroting te maken. Basis is de vastgestelde ‘’regeerperiode-begroting ” ; wijzigingen en aanpassingen op deze begroting kunnen op een paar A-viertjes worden aangegeven. En klaar is kees.
Het bespaart ons als raad veel onnodig papier en de organisatie een heleboel zinloze arbeid.