Op
weg naar de algemene beschouwingen
Het college
heeft een aantal weken geleden de Kadernota 2016 laten verschijnen. Hierin
formuleert het college de uitgangspunten die zij wil hanteren bij de opstelling
van de gemeentebegroting 2016. De Kadernota 2016 is volledig tot stand gekomen
onder verantwoordelijkheid van het nieuwe college van B en W. In de Kadernota
2015 zat nog heel veel van het oude college.
Zoals
gebruikelijk is de raad in de gelegenheid gesteld technische vragen over deze
kadernota te stellen. Ik weet niet of de verschillende fracties hiervan gebruik
gemaakt hebben. Het CDA heeft dit in ieder geval wel gedaan. De antwoorden van
het college zullen eerstdaags verschijnen.
Ondertussen
zijn verschillende partijen druk bezig
zich voor te bereiden op de algemeen beschouwingen die voor 9 juli op de rol
staan. Ik ben benieuwd naar de reacties van de raadsfracties. Met name kijk ik
uit naar de wijze waarop zij gaan reflecteren op de roerige periode die
Laarbeek heeft doorgemaakt en hoe zij aankijken tegen de toekomst van de
integere gemeente Laarbeek. Dit toekomstperspectief is ook van belang voor de
vraag welke eisen de raad gaat stellen aan de nieuwe burgemeester die naar
verwachting medio 2016 benoemd gaat worden. Eerst zal duidelijk moeten zijn wat
de identiteit van Laarbeek inhoudt; dan pas kan een profiel voor de nieuwe
burgemeester worden opgesteld.
Naar
verwachting zullen de verschillende politieke partijen in hun algemeen
beschouwingen ingaan op de hoofdpunten van de Kadernota 2016. In de nota
worden een aantal beleidswijzingen
aangekondigd, die ongetwijfeld discussie zullen opleveren. De belangrijkste
wijzing met het verleden is dat dit college naar een structurele verbetering
van de financiële positie van de gemeente Laarbeek streeft. In dit kader opteert het college voor een
forse verhoging van de OZB met maar liefst 13%. Hiermee steekt het college haar
nek uit. Het college zal met een sterke onderbouwing moeten komen. Sterker dan
in de kadernota verwoord en overtuigender dan verwoord in de pers. Anders zal
ongetwijfeld de oppositie gehakt maken van het voorstel. Die kans zou het
college de oppositie zelfs niet moeten willen bieden.
Met
deze Kadernota slaat het college een nieuwe weg in. De koers wordt verlegd van
voorzichtig beleid langs vertrouwde
paden naar de uitdaging duurzaamheid te
promoveren tot primair beleidsprincipe: het gehele beleid moet in het teken komen
te staan van duurzaamheid. Het college gaat dit niet alleen doen. In dit
opzicht weet het zijn plek. De Laarbeekse bestuurders willen hierbij de
inwoners van de gemeente daadwerkelijk betrekken. Het is een ambitieus en
gedurfd programma, waarvoor het college zonder meer de complimenten verdient.
Niemand
kan op zich bezwaar hebben tegen dit streven naar duurzaamheid. Het vereist wel
een totaal andere mindset en instelling. Hierbij is politiek gekrakeel uit den
boze. Duurzaamheid kun je immers niet in je eentje bereiken, je moet het
gezamenlijk doen. Dit is dan ook de grootste uitdaging voor het college.
We
wachten met spanning de reactie van de raad op 9 juli af.
