zaterdag 30 maart 2013



                                                                          Pasen
       
                                          



                                                         Zalig Paasfeest

donderdag 28 maart 2013



Raad voor de Leefbaaromgeving


Op 20 maart j.l. heeft de Raad voor de Leefbaarheid en Infrastructuur  zijn advies ‘Ruimte voor duurzame landbouw’ aan geboden aan staatssecretaris Sharon Dijksma. In zijn  advies schetst de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) de maatschappelijke dilemma’s rond de land- en tuinbouw in Nederland. Voortgaande innovatie en versnelde verduurzaming zijn noodzakelijk om deze dilemma’s op te lossen. Gezien het belang van de land- en tuinbouw is er alle reden voor de rijksoverheid om haar rol te pakken en bij te dragen aan het opheffen van belemmeringen voor de verduurzaming van de sector.

De raad adviseert de rijksoverheid om de visie van de Rli op de land- en tuinbouw verder met partijen uit te werken, ontwikkelruimte te geven aan verschillende agrarische bedrijfsvormen, kennis en innovatie in te zetten als motor van verduurzaming, wetten en regelgeving waar nodig aan te passen en een permanente dialoog tussen sector en samenleving te faciliteren.

De raad geeft in het advies tevens zijn visie op het politieke en publieke debat over de land- en tuinbouw. Dit debat wordt het best getypeerd door zijn grote, schijnbaar onoverbrugbare, tegenstellingen. De raad hoopt met zijn advies een kanteling te bereiken in de wijze waarop in politiek en samenleving over de Nederlandse landbouw wordt gedacht, zodat de transities die de raad noodzakelijk vindt, versneld kunnen plaatsvinden.

Brabant weet hierover mee te praten, gezien het recente debat in Provinciale Staten. Het Brabantse model zal zich moeten bewijzen. Brabant wil van industrial naar community-farming, waarin boeren en burgers de dragers zijn van de voedselproductie,leefbaarheid,beleving en beheer van het landschap.

Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

woensdag 27 maart 2013



Ontmanteling




Deze week berichtte het ED over de opkomende onvrede binnen het SRE over het overeengekomen sociaal plan voor ambtenaren die moeten afvloeien. Met name de gemeenten Son en Breugel en Deurne trekken aan de bel.

Het werd een luxe plan genoemd. Het is vastgelegd in een sociaal statuut dat met de vakbonden is gesloten. Zonder procedures en schadeclaims kan het niet meer worden teruggedraaid.

De kritiek richt zich op de ontslagbescherming van vijf jaar en het feit dat het allemaal buiten de regioraad om gegaan is, wat op zich niet onjuist is, maar wel wat vreemd. Het DB heeft bewust aangesloten bij de regeling die Eindhoven hanteert. Niemand schijnt zich afgevraagd te hebben of deze Eindhovense regel in deze tijd niet wat te riant is. Pas achteraf komen de vraagtekens, wat op zijn minst vreemd genoemd mag worden.

Het meest opmerkelijke vond ik een heel andere opmerking in het artikel. Tussen neus en lip werd opgemerkt dat de regeling in het sociaal statuut het gevolg was van de ontmanteling van het SRE. Zo hard heb ik het nog niet horen noemen. Het is hard maar niet geheel onwaar! En dat is nog het ergste. Een goede organisatie wordt ontmanteld,terwijl de subregionale samenwerking nog in de kinderschoenen staat.

Waar financiële kortzichtigheid al niet toe kan leiden! 

Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

dinsdag 26 maart 2013


  

Peelsamenwerking

Dinsdag j.l. presenteerde Elly Blanksma als voorzitter van de stuurgroep Peelsamenwerking de lang verwachte mijlpaal. Het is een lange weg geworden voor uiteindelijk het eindresultaat publiek gemaakt kon worden. Begin van dit jaar leek er een kin in de kabel te komen toen bleek dat de ontwikkelde businesscases samenhang ontbeerde. Een nieuw ingestelde stuurgroep kreeg de opdracht van de colleges om een verbindende mijlpaal te ontwikkelen, vanuit gezamenlijke ambitie en een gedeeld gevoel van urgentie. Zo werd het in de uitnodiging omschreven.

Afgelopen dinsdag, 26 maart, was het zover. In De Ruchte te Someren presenteerde Elly Blanksma de voorstellen van de stuurgroep.
De Peelgemeenten gaan de kracht van zes benutten door bestuurlijk en strategisch samen te werken. Door samen te werken wordt de positie van de Peelregio als onderdeel van Brainport versterkt. Samenwerking is ook nodig om beter te kunnen reageren op ontwikkelingen: de komst van grote nieuwe taakvelden, teruglopende budgetten en de inrichting van bestuurlijk Nederland.
De Peelgemeenten kiezen voor een samenwerking op basis van een  gemeenschappelijke regeling met openbaar lichaam. Ik denk dat dit een verstandige keuze is. De Peelgemeenten opteren niet voor een herindeling.
Er is een heel krap tijdsschema opgesteld. Al in april wordt het advies van de stuurgroep aan de raden voorgelegd. De samenwerking op het sociaal domein krijgt topprioriteit.
Voor het rapport: zie http://bit.ly/Xas71f
Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


maandag 25 maart 2013



Sociale media


Vorige week was er een workshop voor raads- en collegeleden over het belang van sociale media. Marion Lijten verzorgde deze avond. Haar presentatie gaf een goed overzicht van de mogelijkheden en de valkuilen van de sociale media. Het was gewoon leerzaam.

Wat mij opviel was dat er nogal wat koudwatervrees bij raadsleden bestond.  Naar mijn gevoel onderschatten zij de mogelijkheden van  de sociale media en zagen zij vooral de gevaren. Toch denk ik dat bij de  komende verkiezingen voor de gemeenteraad  sociale media breed ingezet zullen  worden. Partijen zullen  er wel aan moeten, of ze willen of niet.

Persoonlijk geef ik de voorkeur aan een weblog. Hiermee kun je meer bereiken dan met Hyves, Facebook of Twitter. Een discussie op Twitter blijft lastig. Het blijft meestal erg oppervalig. Een weblog is breder.

Aan het einde van de workshop kwam de vraag aan de orde of nadere afspraken  zouden moeten maken. Marion Lijten toonde zich een voorstander hiervan. Ik heb  zo mijn twijfels: waarom eigen afspraken? De normale fatsoensregels lijken mij meer dan voldoende. We moeten ook niet alles dicht willen regelen.

Voor wie de presentatie van Marion Lijten nader wil bekijken: zie http://prezi.com/vjybdfmvmzfg/gemeente-laarbeek/

Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

zondag 24 maart 2013


Bang voor openheid

Niet alleen het college is bovenmatig voorzichtig bij het verstrekken van informatie. De mededelingen over de noordoost corridor moeten achter gesloten deuren; de informatie over de Peelsamenwerking idem dito. Het aantal geheime besluiten in B en W blijft schrikbarend hoog.
Nog erger is dat dit geheimhoudingsvirus klaarblijkelijk ook overgeslagen is naar de fractievoorzitters. Zij accepteren zonder protest dat veel zaken in beslotenheid behandeld moeten worden, ook zaken waarvan ik zou den ken dat er juist alle belang bij is om het in alle openbaarheid te doen. Draagvlak is nog nooit verworven in beslotenheid. Gemeentelijke samenwerking is immers een bij uitstek een openbare zaak. Informatie hierover moet in alle openbaarheid, tenzij het over strategische keuzes gaat in een onderhandelingstraject. Dan past geen openbaarheid. Dit laatste was vorige week zover ik weet niet het geval. Om hiervoor het seniorenconvent te laten opdraven was overdreven.

Een nieuw toppunt van onbegrijpelijke geheimhouding kwam ik tegen in het laatste verslag van het presidium. Het toont aan hoe krom het een en ander kan worden. In het presidium werd gesproken over de invulling van de interviews met Omroep Kontakt. In voorkomende gevallen wordt afgesproken welke partijen naar de studio gaan. Ook het onderwerp komt hierbij aan de orde. De volgende keer zou dit de toekomstvisie Laarbeek zijn. Heel logisch, zou je zeggen. Maar wat gebeurde er in de laatste presidiumvergadering?

Uitdrukkelijk werd bepaald dat alleen gesproken mocht worden over de procedure om komen tot een toekomstvisie. Over de inhoud mag niet gesproken worden. Kan het nog vreemder? Mogen politieke partijen in Laarbeek hun opvattingen over de toekomstvisie niet naar buiten brengen? Heel vreemd dat een presidium zich hierover uitlaat!
Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


donderdag 21 maart 2013



Het derde rapport van Bestuurskracht Brabant


Er zit  een duidelijke ontwikkeling in het denken binnen de commissie Bestuurskrachtig Brabant. Dezer dagen heeft de commissie haar derde deelrapport gepubliceerd. Na het rapport over Noordoost en Midden Brabant liet de commissie haar rapport over West- Brabant verschijnen, onder de naam Veerkrachtig bestuur in West-Brabant. Het wachten is nog op het rapport over Zuidoost Brabant. Dit verschijnt naar verwachting in april/mei.

In Veerkrachtig bestuur in West-Brabant kiest de commissie unverfroren voor gemeentelijke herindeling rond een centrumgemeente. Voor plaatsen als Tilburg, Breda, Bergen op Zoom, Roosendaal Etten-Leur en Oosterhout ziet de commissie deze rol weggelegd. Nog niet in alle gevallen komt de commissie met herindelingsvoorstellen. Nu alleen nog maar voor Tilburg en Breda. Rond de andere plaatsen moeten de omliggende plattelandsgemeenten nauwer gaan samenwerken met de centrumgemeente. Een kwestie van tijd dus.

Opvallend is dat de commissie nu duidelijk voor herindeling kiest. Letterlijk staat er:
“ De adviescommissie ziet in het algemeen onvoldoende resultaat van samenwerking tussen plattelandsgemeenten. Het samenwerken tussen relatief kleine gemeenten levert nauwelijks meerwaarde op. In paragraaf 4.1 hebben wij daarom het belang geschetst van een verbinding van de West-Brabantse steden met het landelijk gebied voor voldoende bestuurskracht voor de uitvoering van de huidige en toekomstige taken.”

 Grote vraag gaat worden of de commissie deze lijn ook gaat doortrekken naar Zuidoost-Brabant. Op de bijeenkomst van21 januari j.l. leek de commissie vooral af te steven op een grotere samenwerking in de regio en versterking van Eindhoven. Deze stad zou groter mandaat nodig hebben om zich internationaal te presenteren. Toen ik dit las dacht ik even de stem van burgemeester Rob van Gijzel te horen!

Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

woensdag 20 maart 2013



Colleges sneuvelen bij bosjes


De week met met commissievergaderingen zit er weer op. Heel veel heeft het dit keer niet opgeleverd. De agenda’s nodigden hiertoe ook niet uit. Als ik het me goed herinner rolde er slechts een bespreekpunt voor de volgende raadsvergadering uit. Dit is wel eens anders geweest. Het college schijnt een beetje uitgeregeerd te zijn. In andere gemeenten lijkt dit echt het geval te zijn.

In Deurne rommelt het, in Eindhoven moest wethouder Fiers opstappen en in Nuenen stapten twee wethouders op. Ook in Waalre zijn er problemen. Voor het ED reden om er extra aandacht aan te schenken. Gisteren was er een artikel over de toestand in Nuenen; zaterdag komt er in de bijlage een groot overzichtsartikel.

Of er een verbindende lijn in de problemen in de verschillende gemeenten zit, waag ik te betwijfelen. Ik ben benieuwd of het ED dit kan ontdekken. Wel is duidelijk dat de aanleiding voor de recente bestuurscrises in de verschillende gemeenten heel divers is. Een verbindende rode lijn ontbreekt.

In zijn algemeenheid kun je wel zeggen dat de economische crisis en de teruglopende inkomsten van de gemeenten mede debet aan de gerezen probleem. Gemeenten weten in het algemeen niet goed waar ze aan toe zijn en hoe het verder moet. Deze onzekerheid werkt conflicten in de hand, ook al omdat er geen eenduidigheid is over d  aanpak van de problemen. Bovendien zijn gemeenteraadsverkiezingen in aantocht. Dit werpt ook weer zijn schaduwen vooruit Kiezers zijn zeer beweeglijk en votiel. Alles bij elkaar een gunstig klimaat voor het ontstaan van geschillen.

Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 065362185

dinsdag 19 maart 2013


Een andere gemeentelijke overheid


De Nederlandse economie zit duidelijk in de problemen. We presteren minder dan vergelijkbare economieën. Nederland zit in een transitieproces, waarvan de uitkomst nog lang niet duidelijk is. De groeicijfers uit het verleden zullen we niet meer halen. Vergrijzing en krimp krijgen consequenties en creëren een nieuwe werkelijkheid. Niet alleen in de economie, maar ook bestuurlijk zullen we hierop een antwoord moeten vinden. Aanpassingen zijn noodzakelijk. We zullen moeten afstappen van de gebaande paden en creatief moeten omgaan met beperktere middelen. De vraag is alleen hoe.

De afgelopen decennia hebben gemeenten steeds meer taken uit handen van de burgers genomen. De verzorgingsstaat werd steeds verder opgetuigd. Alles leek mogelijk. Wat eerst het terrein van het maatschappelijke middenveld was, is in handen van de overheid overgegaan. Het bestuur is steeds meer uitgedijd. Steeds grotere gemeentehuizen symboliseerden de groei van de gemeenten. Tot de crisis kwam en maar niet over wilde drijven. Langzaam maar zeker werd duidelijk dat de crisis breder was dan alleen maar de economie. De inkomsten van de gemeenten daalden; eerst dacht men dat met bezuinigingen de problemen opgelost konden worden. Stilaan werd het duidelijk dat er meer moest gebeuren.

Het moment dat een gemeente een nieuwe toekomstvisie gaat opstellen, is de gelegenheid bij uitstek om ook dit probleem mee te nemen: hoe moet Laarbeek in de 21e eeuw ingericht worden.Persoonlijk denk ik dat Laarbeek als zelfstandige gemeente zijn langste tijd heeft gehad. Laarbeek zal opgaan in een groter geheel, in iets breders dan Gemert-Bakel- Laarbeek. Voor de komende jaren heeft dit grote consequenties. In de toekomstvisie moet de nadruk niet gelegd worden op de inrichting van Laarbeek als zelfstandige eenheid. Hierover hebben wij toch niet het laatste woord.Wij moeten vooral oog hebben voor de kernen, de wijken van de toekomstige gefuseerde gemeente. De kracht en de leefbaarheid van deze kernen moet centraal staan en versterkt worden. De kernen moeten in staat gesteld worden dit zelf te doen, op eigen initiatief en met eigen mensen.
Als de toekomstvisie zich hierop zou focussen, is al heel wat gewonnen.

Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

maandag 18 maart 2013



Van Zeelands taakopvatting


In het ED van 16 maart zei wethouder van Zeeland het andermaal weer: “ Als ik als wethouder geen opdracht krijg om iets namens de politiek in te brengen, doe ik dat ook niet ”. Het is het bekende onderdeel van de mantra die Van Zeeland steeds de ether instuurt. Tijd om eens op de onzinnigheid van wat zo ongeveer het wethoudersmotto van wethouder van Zeeland is, nader te bekijken.

Een wethouder onder het duale bestel is meer dan alleen maar de uitvoerder van de wensen van de raad; hij is ook de wegvoorbereider van nieuw beleid. Natuurlijk moet hij dit doen in nauw overleg met de raad, maar het is de wethouder die met voorstellen en ideeën komt; de raad controleert slechts achteraf. Natuurlijk zal een verstandig wethouder dankbaar inspelen op suggesties en ideeën die vanuit de raad gelanceerd worden en niet alleen maar passief afwachten.

Dit laatste is een vast onderdeel van de mantra van wethouder van Zeeland. Hij komt pas in actie als hij uitdrukkelijk hiertoe een opdracht van de raad krijgt. Komt deze opdracht er niet, dan wacht hij lijdzaam af. Dat dit tot groteske situaties kan leiden, bewijst zijn doen en laten in de stuurgroep Noordoostcorridor.

Van Zeeland houdt vast aan de uitgangspunten van het Bereikbaarheidsakkoord, breidt dit zelfs uit tot “ een weg die niet te horen en te zien is “ en weigert en passant de raad er op te wijzen dat voor de provincie het bereikbaarheidsakkoord slechts een van de uitgangspunten is. Toch is het een primair onderdeel van de taak van een wethouder om de raad adequaat te informeren, ook al is de boodschap onwelgevallig. Van Zeeland doet dit niet, steekt de kop in het zand en houdt vast aan een achterhaald uitgangspunt. Vroeg of laat zal hem dit gebrek aan realiteitszin opbreken.

In de commissievergadering Ruimtelijke Ordening waar het CDA-voorstel voor een kortere tunnel op de agenda stond, stelde wethouder van Zeeland zich weer typisch van Zeelandiaans op: “Ik wacht het oordeel van de commissie”. Vervolgens leunde hij achterover en concludeerde al heel snel dat de commissie niets in het CDA-voorstel zag. Vervolgens meldt hij een paar dagen later in het ED: “ We gaan ambtelijk bekijken of er in het CDA-plan elementen zijn die interessant kunnen zijn ”.

Een proactieve wethouder had dit allang voor de commissievergadering gedaan!

Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

zondag 17 maart 2013



Toekomstvisie


Het Eindhovens Dagblad kwam afgelopen zaterdag met een artikel over de voorgenomen aanpak van de toekomstvisie 2020 door de gemeente Laarbeek. Laarbeek wil uitdrukkelijk de inwoners betrekken bij de opstelling van deze visie. Hiervoor wordt een digitaal platform opgestart, dat onder de naam www.toekomstvisieLaarbeek.nl bereikbaar is. Het hele project moet voor de zomervakantie afgerond zijn. Dit is een hele opgave. En ambitieus ook nog bovendien.

De Raads- en commissieleden hebben dinsdag 12 maart j.l. in twee sessies de kansen en bedreigingen voor Laarbeek benoemd. De projectgroep zal hieruit een aantal stellingen distilleren die via het digitaal platform aan de inwoners zullen worden voorgelegd. Ik hoop, dat er massaal op gereageerd wordt. Zo krijgen we een toekomstvisie die op een breed draagvlak kan rekenen. De nieuwe toekomstvisie moet immers body krijgen en mag geen boodschappenlijstje zijn.

Wie deze weblog leest weet dat ik twijfel aan de methodiek die de projectgroep wil volgen. Ik denk dat de waarde van een toekomstvisie vooral staat of valt met de analyse die eraan vooraf gaat. Slechts na een grondige analyse is het mogelijk een relevante toekomstvisie op te stellen. Met een digitaal platform met alleen maar stellingen, waarop inwoners kunnen reageren, komen we er niet. Mijn voorkeur zou gaan naar een andere opzet. Er zouden een aantal verschillende visies opgesteld moeten worden, die ter keuze aan de bevolking worden voorgelegd. De gemeente Velzen heeft zoiets met succes gedaan.

Ook vind ik dat de toekomstvisie een breder perspectief moet hebben dan 2020. De blik moet gericht zijn een langere termijn b.v. 2040. Bij een dergelijke tijdspanne is het mogelijk een toekomstvisie op te stellen die een uitdaging biedt door de stip op de horizon te benoemen.

We moeten man en paard durven te benoemen. Laten we uitgaan van drie mogelijkheden en daarop een toekomstvisie ontwikkelen:
Laarbeek blijft zelfstandig.
Laarbeek kiest voor samenwerking met andere gemeenten (Gemert-Bakel en/of Peelgemeenten
Laarbeek fuseert.

Dit geeft drie scenario’s waaruit gekozen moet worden. Het zijn tevens de primaire vragen voor de toekomstvisie ( Laarbeek ).Eerst deze kernvraag beantwoorden en dan de toekomstvisie schrijven op basis vaneen stevige analyse. Zorgvuldigheid is belangrijker dan snelheid.

Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

donderdag 14 maart 2013



Commissie RO

  

Commissie RO

 Op de agenda van de commissie Ruimtelijke Ordening stonden afgelopen woensdag een tweetal die door het CDA waren ingebracht. Het betrof de Landschapsinvesteringsregeling en voorstel voor een kortere tunnelvariant in de Noordoost Corridor. Beide voorstellen leidden tot veel discussie: het uiteindelijke resultaat beantwoordde allerminst aan onze bedoelingen. 

De Landschapsinvesteringsregeling vraagt een financiële bijdrage van particulieren bij bouwen in het buitengebied als compensatie voor het aantasten van het landschap. Op zich is dit goed te verdedigen. Alleen de bedragen die uit de regeling voortvloeien, zijn bijzonder hoog. Het CDA stelde daarom voor de regeling eens kritisch tegen het licht te houden en mogelijk onbedoelde effecten er uit te halen. Niets meer of minder.
Wethouder van Zeeland voelde hier niets voor. Hij wilde regeling pas na verloop van tijd evalueren. Merkwaardig is wel dat de regeling alleen door B en W is vastgesteld en nog niet aan de raad is voorgelegd. Van Zeeland wekte de indruk dat hij dit de gewoonste zaak van de wereld vond. Dit is wel de wereld op zijn kop: een college dat buiten de raad om lasten aan de burger oplegt! Volgens ons is dit het voorrecht van de raad bij uitstek, ook in duale tijden!

Even vreemd verliep de discussie over het CDA-idee om te komen tot een kortere tunnel onder de Zuid Willemsvaart. Er zijn ongeveer 100 varianten ontwikkeld voor de invulling van dit gedeelte van het tracé. De variant van het CDA zit er niet bij. Volgens ons kan de tunnel aanzienlijk verkort worden, van 660 naar 240 meter. Zie onderstaande schets. Natuurlijk komen er bijkomende kosten bij voor de omlegging van het kanaal etc. Maar zelfs dan kost het geheel naar ons idee minder dan bij een veel langere tunnel. Het voorstel van het CDA was het idee in te brengen in de stuurgroep.

De commissie wilde er niet aan, zeker niet na de inspraak reactie van het Dorpsplatform Aarle-Rixtel. Men viel weer terug op oude sentimenten en wees het voorstel van het CDA af zonder enige onderbouwing. Gewoon op gevoel.

Vreemd was ook de opstelling van de wethouder. Hij had geen eigen mening ( of hield deze voor zich ) Hij wachtte alleen maar het advies van de commissie af. Het was toch niet meer dan normaal geweest dat hij aan zijn deskundigen gevraagd had eens naar het idee te kijken. Zelfs die moeite had hij klaarblijkelijk niet genomen. Wat hebben wij aan een wethouder die geen eigen opvattingen heeft of deze angstvallig voor zich houdt. De mantra van van Zeeland (“ ik voer uit wat de raad wenst ”) kennen we ondertussen wel. Dit kan alleen maar rampzalig voor Laarbeek uitpakken.

Ook de commissie kwam niet op het idee deskundigen te laten kijken naar het idee. Waarvoor hebben wij expertise ingehuurd? Hiermee verdween mogelijk een goed voorstel van tafel.

Jammer, een gemiste kans. De kans dat Laarbeek  geen tunnel, maar een brug krijgt, wordt zo steeds groter. Met dank aan de kortzichtigheid van een commissie.

Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185




Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

woensdag 13 maart 2013



Een nieuwe blokhut voor de scouting?


In de commissie Maatschappelijke Ontwikkeling van de gemeente Laarbeek werd dinsdag o.a. gesproken. over de huisvestiging van scouting Lieshout-Mariahout. Directe aanleiding was de brief die het bestuur van scouting Lieshout-Mariahout op 22 november j.l. gestuurd had aan de gemeenteraad . PNL had deze brief graag al eerder op de agenda gehad,maar had hiervoor geen begrip gevonden bij het presidium. Uiteindelijk kwam via een vraag in een vorige commissievergadering de brief alsnog op de agenda. Op de uitnodiging voor de vergadering stond dat de wethouder een toelichting zou geven.

Wie verwacht had dat de bespreking zou beginnen met deze toelichting, kwam bedrogen uit. Met name PNL en de PvdA begonnen met het uitspreken van de hoop dat het college tegemoet zou komen aan de vraag van de scouting. Arjan de Groot en Hans van de Broek betoonden zich vurige pleitbezorgers voor de scouting. Andere commissieleden pleitten voor voorzichtigheid.

De publieke tribune zat afgeladen vol met leden van de scouting Lieshout-Mariahout. Het was een fleurig gezicht,al die groene shirtjes van de scouting. Natuurlijk moest wethouder Biemans hiervan een foto maken. In een inspraakbeurt maakte de scouting aan de hand van dia’s duidelijk hoe rot het gebouw was. Een nieuw gebouw gaat volgens een recente raming € 200.000,00 kosten.

Wethouder Briels kon natuurlijk weinig anders dan de commissie wijzen op de verordening. Volgens de verordening kan een vereniging als de scouting slechts eenmaal in  de 10 jaar een tegemoetkoming krijgen van 3* de jaarlijkse subsidie van € 2393,00 . Iedereen die dit hoort en de problematiek kent, weet dat bij een jeugdvereniging  een lachertje is.

Nu PNL zich hard maakt voor de scouting, wist van de Broek al waaar dit op zou uitdraaien: “ Voor maart 2014 als er gemeenteraadsverkiezingen zijn, staat het gebouw er  ” voorspelde hij. PNL vroeg aan wethouder Vereijken of er ergens nog lucht was. Jammer genoeg kreeg Vereijken niet de kans om hierop te antwoorden. Ik ben wel benieuwd naar zijn antwoord. Misschien kunnen we via schriftelijke vragen het antwoord alsnog krijgen.
Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

dinsdag 12 maart 2013



Waardering


Op feestjes wordt vaak nogal laatdunkend over de prestaties van gemeenten gesproken. Gemeentes zijn  log en incompetent; het instituut gemeente kan beter vandaag dan morgen opgedoekt worden, zo krijgen we vaak te horen.
Tijd om eens te kijken wat onderzoeken hierover zeggen. In Binnenlands Bestuur is hier onlangs een artikel gewijd. Ik ontleen  er het volgende aan:

Een tweetal onderzoeken komen hiervoor in aanmerking. In de eerste plaats de jaarlijkse bestuurskrachtonderzoeken die sinds het jaar 2000 bij meer dan 100 gemeenten worden uitgevoerd (samen ongeveer een kwart van de in totaal ruim 400 Nederlandse gemeenten) door diverse adviesbureaus. Hierbij wordt het totale reilen en zeilen van een gemeente onder de loep genomen; in hoeverre blijkt een gemeente haar ambities en taken goed uit te voeren? De onderzoekers geven daarbij een oordeel of dat functioneren nu goed, voldoende, matig of zelfs onvoldoende is.

In de tweede plaats via de uitkomsten van burgeronderzoeken die sinds 2005 bij 152 gemeenten zijn uitgevoerd. Bij deze onderzoeken, ontwikkeld door de Vereniging van Gemeentesecretarissen en bekend geworden onder de naam De Staat van de Gemeente, geven per gemeente meer dan 1000 inwoners hun mening over de gemeente die vervolgens omgezet werden in rapportcijfers. Inmiddels is waarstaatjegemeente.nl het platform voor vergelijking van gemeentelijke prestaties.

De meeste gemeenten kregen de beoordeling ‘voldoende’, zowel van de onafhankelijke onderzoekers als van de burgers. Oordelen als ‘goed’ of ‘ruim voldoende’ werden maar zelden uitgesproken. Kortom, gemeenten doen het niet per se ‘goed’, maar volgens dit onderzoek voeren ze wel hun taken naar behoren uit. Er waren echter ook gemeenten die op alle rollen de beoordeling ‘matig’ of ‘onvoldoende’ kregen. Zwak gemeentebestuur komt dus voor in ons land, maar echt ‘goed bestuur’ niet.
Bij ‘De Staat van de gemeente’ onderzoeken varieerden de rapportcijfers van een 5,4 tot een 6,9. Burgers waren het meest tevreden over de dienstverlening in het gemeentehuis en over hun leefomgeving, maar het minst over de wijze waarop de raadsleden hen vertegenwoordigden en over hun invloed op het gemeentelijke beleid.
Burgers zijn dus over het algemeen, in tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, best tevreden over hun gemeente. Toch knaagt er iets; burgers vinden zich vaak niet terug in wat de gemeente met hun wensen en verlangens doet. Om meer inzicht te krijgen in dat probleem is het wellicht goed te weten wat de bestuurskrachtonderzoekers meldden over burgerparticipatie. Uit die resultaten volgt namelijk een ander en meer positief beeld. 75% van het aantal bestudeerde gemeenten kreeg een positieve beoordeling over de wijze waarop ze hun bewoners, bedrijven en maatschappelijke instellingen betrekken bij hun plannen. 57% kreeg bovendien een positieve beoordeling over het benutten van de informatie die opgedaan werd uit allerlei vormen van inspraak. Hieruit zou kunnen blijken dat veel gemeenten de inspraak van burgers wel degelijk belangrijk vinden en er gebruik van maken, maar dat ze er onvoldoende in slagen dit over te brengen op hun burgers.
Kortom, er lijkt een mismatch te zijn tussen de mate waarin gemeenten burgerinspraak wel degelijk waarderen en gebruiken en de beleving van de burger hiervan. Het feit dat de gemeente vaak moet bemiddelen tussen vele burgerbelangen en uiteindelijk de knoop doorhakken maakt het inderdaad niet altijd even gemakkelijk voor dit instituut om iedereen te vriend te houden.
Kortom, in sommige gevallen zou het inderdaad zo kunnen zijn dat burgers die teleurgesteld zijn dat de gemeente hun wensen afwijst daardoor negatiever naar hun gemeente kijken. Een geringe populariteit van een gemeente hoeft daarom niet automatisch slecht bestuur in te houden.
Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

maandag 11 maart 2013



WOZ

De wijze waarop de gemeente Laarbeek de WOZ krijgt van de inspectie de kwalificatie “Naar behoren”. Niet alle gemeenten komen er bij de inspectie zo goed vanaf. In tientallen gemeenten is veel mis met het vaststellen van de WOZ-waarde. Zeventig gemeenten deden hun werk zelfs dermate slecht, dat ze onder verscherpt toezicht zijn gesteld van de Waarderingskamer.Gemeenten die onder toezicht zijn gesteld, krijgen 2 tot 3 keer per jaar een controle, in plaats van de gebruikelijke 1 keer per jaar. De wethouder van zo’n gemeente moet zich bij die controles verantwoorden over de aanpak en verbetering van de geconstateerde problemen.

Maar zoals gezegd, Laarbeek valt niet in deze categorie. Ik geef hieronder de kengetallen.

Algemene informatie
Aantal inwoners
21.606
Oppervlakte gemeente
5.616 ha.
Aantal WOZ objecten
10.350
Totale WOZ-waarde (peildatum 1-1-2011)
€ 3.002 miljoen
Gemiddelde woningwaarde (peildatum 1-1-2011)
€ 286.000
Onderstaande percentages zijn door de gemeente berekend door
nieuwe taxatiewaarden te vergelijken met vorige WOZ-waarden.
Gem. stijging WOZ-waarde woningen peildatum 1-1-2009 t.o.v. 1-1- 2008
1,1 %
Gem. stijging WOZ-waarde woningen peildatum 1-1-2010 t.o.v. 1-1- 2009
- 0,9 %
Gem. stijging WOZ-waarde woningen peildatum 1-1-2011 t.o.v. 1-1- 2010
- 6,6 %
Gem. stijging WOZ-waarde woningen peildatum 1-1-2012 t.o.v. 1-1- 2011
- 5,6 %
Dagtekening beschikkingen/aanslagen 2012 (peildatum 1-1-2011)
28-02-2012
Geplande dagtekening beschikkingen/aanslagen 2013 (peildatum 1-1-2012)
28-02-2013
Woningen onder bezwaar 2011 (peildatum 1-1-2010)
3,0 %
Woningen onder bezwaar 2012 (peildatum 1-1-2011)
3,2 %
Niet-woningen onder bezwaar 2011 (peildatum 1-1-2010)
5,0 %
Niet-woningen onder bezwaar 2012 (peildatum 1-1-2011)
6,1 %

Toezichtresultaten
Algemeen oordeel uitvoering Wet WOZ
naar behoren
Status toezicht herwaardering
afgerond,
gemeente mag WOZ-beschikkingen verzenden in 2013.

Inderdaad naar behoren.

Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

zondag 10 maart 2013



Burgemeesters en Plasterk

 

Hans Vereijken vestigde vorige week zaterdag in een tweet de aandacht op een artikel in  het Financieel Dagblad met de  kop “ Ruime meerderheid burgemeesters tegen fusies ” Het FD baseerde zich op een enquête van OverheidinNederland.nl . De opdracht kwam van het NRC.

Wat waren de uitkomsten van onderzoek? Ruim 80% van de burgemeesters in Nederland is tegen de plannen van het kabinet om gemeenten met minder dan 100.000 inwoners te laten fuseren. Van de 408 burgemeesters gaven 196 een reactie op vragen over de opschalingsplannen van minister Ronald Plasterk. 84% van hen is het (zeer) oneens met de plannen uit het regeerakkoord. Ook burgemeesters van VVD en PvdA vinden niet dat gemeenten in Nederland ten minste 100.000 inwoners zouden moeten hebben. Bij de PvdA is 79% tegen, bij de VVD is dat 72%.Alleen in de provincie Groningen ziet een meerderheid (55%) van de burgemeesters in de kabinetsplannen een reden om met buurgemeenten in gesprek te gaan over een fusie. In de rest van de provincies is de bereidheid daartoe minder groot. In totaal ziet 72% van de burgemeesters geen aanleiding tot het aangaan van fusiegesprekken. Tot slot maken veel bestuurders zich zorgen over het tempo waarin het kabinet de fusies wil doorvoeren. Volgens het regeerakkoord zouden er in 2017 vijfenzeventig gemeenten minder moeten zijn. Tweederde van de ondervraagden acht dit onhaalbaar, 60% vindt het bovendien niet wenselijk. Slechts een kwart van de burgemeesters vindt de plannen wel haalbaar en wenselijk.

In de NRC van zaterdag stonden achtergrondverhalen. De teneur van de verhalen is duidelijk. Wat heel veel burgemeesters en ook anderen absoluut niet begrijpen is dat  Pasterk eist dat gemeenten voor 1 april duidelijk maken met welke gemeenten zij willen samenwerken voor de transities en tegelijkertijd inzet op gemeentelijke fusies. Heel veel gemeenten zien een stem voor samenwerking als een stem voor een gemeentelijke fusie, die zij niet wensen.

Zijn burgemeesters representatief voor de meningen in de gemeenten? Ik denk van wel, al weet ik ook wel dat je de kalkoen niet moet vragen hoe je het kerstmaal bereidt, zoals een van de burgemeesters in de NRC  opmerkte.

Voor reactie mail naar wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185