woensdag 30 maart 2016


Verkeersknelpunten



Gisteren schreef het ED over de knelpunten in de regio. Een studiegroep onder voorzitterschap van de Gemertse wethouder, Roël Hoppezak, werkt aan een lijst met maatregelen die in de plaats komen van de gesneuvelde Ruit om Eindhoven. In de studiegroep overleggen de 21 regiogemeenten en Veghel.

Voor gemeentelijke wegen en andere binnendoorroutes hebben de gemeenten de afgelopen tijd een lange wensenlijst ingeleverd bij de MRE. Vooral Nuenen, Beek en Donk, Gemert, Geldrop, Eindhoven en Helmond hebben dringende behoeften. Een werkgroep onder leiding van de Gemertse wethouder Roël Hoppezak moet die verlanglijst terugbrengen tot een handzaam maar vooral ook betaalbaar pakket. Vervolgens is het aan de provincie Noord-Brabant, gemeenten zelf en mogelijk het rijk om er geld voor te vinden.

Het verkeersakkoord moet in juni klaar zijn. Het valt te verwachten dat dan volop discussie ontstaat: over de vraag wie wat betaalt, maar vooral ook waar belangen botsen.

Sinds november denken alle gemeenten mee over hoe dat het beste geregeld kan worden. Nu staat het verkeer dagelijks vast op tal van plekken. Zo zucht Nuenen onder massaal doorgaand verkeer, raken automobilisten dagelijks gefrustreerd als de brug in Beek en Donk (Laarbeek) openstaat en Eindhoven slibt elke dag zo'n beetje dicht bij alle toegangswegen.

Oplossingen bedenken is eenvoudig, ze uitvoeren is niet zo simpel. Niemand weet hoeveel geld beschikbaar is. De provincie heeft nog minstens 150 miljoen van de Ruit over, maar gedeputeerde Christophe van der Maat wil vooraf niet zeggen hoeveel daarvan naar de regio gaat.

In Laarbeek zijn we natuurlijk benieuwd naar de oplossingen die er voor de Beekse brug komen. Heel veel vertrouwen hebben wij er niet in! Tenzij we als Laarbeek er zelf fors voor betalen.


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

dinsdag 29 maart 2016

Alarmerende berichten


Twee berichten in het ED van vanmorgen lieten me toch wel even schrikken. Op de voorpagina stond een groot artikel over de tussenresultaten van het project “ Mijn kwaliteit van leven ”. De patiëntenfederatie NPCF doet dit onderzoek door middel van een enquête. Gemeenten waarin meer dan 50 inwoners deze enquête invullen worden in de publicatie meegenomen. Wat blijkt nu uit het laatste onderzoek? Ik citeer uit het ED:

“ Cliënten in de zorg in de 55 grootste gemeenten van het land bestempelen de hulp die zij krijgen als onvoldoende. Gemeenten scoren gemiddeld een 5,1. Eindhoven scoort ook een zware onvoldoende met een 4,6; Helmond doet het niet veel beter met een 4,9.”

Op de site van de organisatie stonden ook cijfers voor Laarbeek.11 Laarbeekenaren hadden de enquête ingevuld. Zij gaven de gemeente een 6,2. Dat is in ieder geval hoger dan wat gemeenten landelijk scoren.

Sinds januari 2015 zijn de gemeenten verantwoordelijk voor het regelen van (thuis)zorg, ondersteuning en hulpmiddelen. Zij moesten daarbij flink bezuinigen. Cliënten zijn  allerminst positief: slechts twee op de vijf mensen denken dat hun zorg in de toekomst beschikbaar en betaalbaar blijft. Twee derde zegt dat zij ondanks hulp zich toch beperkt voelen.

De helft van alle cliënten die hulpmiddelen, (thuis)zorg of mantelzorgondersteuning zoeken, krijgt naar hun oordeel niet de best passende hulp, omdat deze in hun ervaring niet beschikbaar of te duur is.

Uitgesproken negatief zijn de deelnemers over het contact met hun gemeente. Ook worden cliënten  nog te vaak verrast door een onverwacht hoge eigen bijdrage. Die ervaringen sluiten aan bij het nieuwe onderzoek van de nationale ombudsman, die ook concludeert dat mensen onvoldoende informatie krijgen: de rekening komt vaak pas maanden later, als de hulpverlening al loopt.

Ook alarmerend is het bericht over het oplopende tekort aan seniorenwoningen. Volgens het krantenbericht  zijn lang niet genoeg huizen  'seniorproof'. Nu al zegt vier op de tien gemeenten te kampen met een tekort, over een paar jaar is dat 53 procent. Dit tekort speelt vooral in dorpen en steden met minder dan 100.000 inwoners, waar juist veel ouderen wonen. Dit blijkt uit nieuw onderzoek van bureau Ipso Facto en ouderenorganisatie ANBO.

Exacte cijfers ontbreken, maar ANBO schat dat het nu al gaat om zo'n 60.000 seniorenwoningen en verwacht dat dit tekort gezien de oplopende vergrijzing over tien jaar is verdrievoudigd. Den Haan: "We sluiten nu de verzorgingstehuizen, maar als er niet snel woningen worden bijgebouwd en aangepast, kunnen die straks weer open." Volgens de ANBO moet vaart gezet worden achter  het ombouwen van leegstaande panden en het aanpassen van bestaande woningen, met bijvoorbeeld trapliften, beugels in de badkamer en het verbreden van deuren. Er worden echter nog steeds te weinig vorderingen op dit gebied gemaakt.

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


maandag 28 maart 2016



Brussel maart 2016



Het was me de week wel, de afgelopen week. Eerst de aanslagen in Brussel dinsdag en woensdag het plotselinge overlijden van Johan Cruijff. Zo’n week moeten we niet zoveel hebben.

Na de verschrikkelijke aanslagen in Brussel hoorde ik iemand zeggen dat we maar moesten wennen aan het nieuwe normaal. Ik kan U zeggen : het went nooit en het mag dat ook niet. We mogen niet bij de pakken gaan neerzitten en berusten. Het enige adequate antwoord dat wij  kunnen geven is een verdere versterking van Europa. Cameron in Engeland moet ogenblikkelijk stoppen met zijn gezeur over een mogelijke Brexit; de Oost-Europese lidstaten moeten hun verzet tegen de opname van vluchtelingen opgeven. Europa moet eenheid uitstralen.

Marc Chavannes maakte in zijn politiek dagboek  afgelopen donderdag een paar rake opmerkingen. Hij schreef: “ We kunnen niet in ons eentje veiligheid organiseren ”. Chavannes pleitte voor  openheid en samenwerking. Het democratische deel van Europa wordt omringd door gebieden waar instabiliteit en een gebrek aan recht domineert, waar de staat zwak is of autoritair, waar democratie geen gewoonte is. Lees zijn Politiek Dagboek op De Correspondent.

Politieke en economische vluchtelingen kloppen op de deuren aan Europa. Met name de welvaart in de West-Europese en Noord-Europese landen trekt hen aan. Zij laten zich door niets tegen houden. De situatie in de thuislanden nopen hen om te vluchten. In bepaalde gevallen zijn het politieke problemen die hen doen vertrekken; in andere gevallen zijn het natuurrampen. En Europa is hopeloos verdeeld over de opvang. De EU heeft overeenkomsten gesloten met Turkije, maar wat zijn deze overeenkomsten waard en wat is de prijs die Europa hiervoor moet betalen. Het ziet er allemaal niet heel vertrouwenwekkend  uit. 


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

woensdag 23 maart 2016



Brussel 22 maart 2016


Griet
Op de  - Laten We Durven

Dinsdag 22 maart 2016

“ Het nieuwe normaal went nooit ” hoorde ik gisteren iemand zeggen na de aanslagen in Brussel. Het meest raak typeerde de Franse president François Hollande het gebeurde in Brussel. Hij noemde het een aanslag op Europa. Ook trof mij de tekst die Griet op de Beeck in De wereld draait door uitsprak. Ik citeer haar ontboezeming:

“ Laten we durven  
Laten we graag zien omdat we dat kunnen, en leven – voluit en gretig – omdat wij dat mógen en het daarom dubbel zo goed moeten doen. 
Laten we beter leren weten, niet meer morsen met de dagen die al die anderen, daar, zomaar, opeens zijn kwijtgeraakt. 
Laten we geen engelen zijn, maar als het kan toch ook geen duivels. 
Laten we mensen zijn. En helemaal onszelf worden, niet wie we denken dat anderen wilden dat we waren. 
Laten we moed houden, durven wankelen en redden wat er te redden valt. Onszelf bijvoorbeeld, en mekaar. 
Laten we stoppen met hopen en doen wat moet gebeuren om het te doen gebeuren, en mild zijn voor wie dat nog niet kan. 
Laten we ze openlaten: onze deuren, onze armen, onze geesten. 
Laten we pantsers afleggen, en het en de andere tegemoet treden, telkens weer. Laten we slapende honden keihard wakker maken. Blijven geloven in dromen die ook uitkomen. Veel verwachten, genoeg spijt hebben, in zeven sloten tegelijk lopen, alle dingen aankijken, ook dat wat ons verontrust. 
En laten we minachting koesteren voor de hopeloosheid, weten wat we waard zijn, onszelf gunnen wat we verdienen, want dat is vaak meer dan we geneigd zijn te denken. En laten we begrijpen wat de liefde is, onthouden dat dat alles is, of toch bijna. 
Laten we durven. Ja."

Sterk, heel sterk!


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

dinsdag 22 maart 2016



Eén sociaal domein?



Een dezer dagen heeft de Transitiecommissie Sociaal Domein ( TSD) haar vierde rapportage aangeboden aan minister Ronald PLasterk van Binnenlandse Zaken. Belangrijkste conclusie uit de rapportage was dat het nog niet gelukt is om tot een sociaal domein te komen. Het proces van ontkokering en integraliteit verloopt te traag waardoor de beloften van de decentralisaties niet waargemaakt kunnen worden.

De drie decentralisaties (Werk, Zorg, Jeugd) moeten resulteren in een integrale aanpak. Maar dit proces is , zo concludeert de Transitiecommissie, nog niet goed op gang gekomen. Want het integraal aanpakken van de opgaven in het sociaal domein gebeurt nog in onvoldoende mate. Gemeenten zijn hier wel mee bezig. Ze zitten midden in het proces om verbindingen te leggen, ruimte daarvoor af te tasten en om logische verbanden aan te brengen. Dit proces mag niet tegengewerkt worden door evaluaties op deelterreinen door de agenda’s in de Tweede Kamer, aldus de commissie.

Want zaken die bij de centrale overheid spelen, bemoeilijken en vertragen het proces binnen gemeenten. De drie nieuwe wetten (Wmo2015, Jeugdwet en Participatiewet) worden los van elkaar geëvalueerd en de aanpak van schulden blijft hangen tussen verschillende ministeries en andere instanties als de belastingdienst. De TSD roept daarom op om ook op rijksniveau meer aandacht te organiseren voor de gevolgen van de decentralisaties. ‘Er is één sociaal domein! Handel daarnaar’, staat er in de vierde rapportage.

De commissie maakt zich vooral zorgen over mensen die in de schulden zitten. Bijna één op de vijf Nederlandse huishoudens heeft of krijgt hiermee te maken. Van alle zorgvragen die wijkteams krijgen, speelt in 80 procent schuldenproblematiek een rol. De TSD roept daarom het rijk op om te komen tot een landelijk systeem van vroegsignalering. De staatssecretaris van SZW zou samen met Financiën (verantwoordelijk voor de Belastingdienst), Veiligheid (Incassobureaus) VWS (Zorgverzekeraars) UWV en SVB zo’n systeem moeten ontwikkelen om te komen tot meer samenhangende afspraken en een gezamenlijke aanpak.

Met betrekking tot het toezicht op het sociaal domein benadrukt de TSD de rol van de gemeenteraad die tot nu toe onvoldoende is ingevuld. De raad, en niet de rijksinspecties, moet er met inbreng van burgers en professionals op toezien dat de gemeente goede zorg en ondersteuning levert. Dat vraagt om een heldere opdrachtformulering voor gemeentelijke rekenkamers en om aandacht voor de opzet en inrichting van informatie- en controleprocessen, die meer dan nu gericht moeten zijn op maatschappelijke opbrengsten voor burgers en de kwaliteit ervan. De commissie roept gemeenten daarom op de lokale rekenkamer goed in te richten, heldere opdrachten te geven en te ondersteunen.

Dit laatste is natuurlijk voor Laarbeek wel actueel, nu we samen met Gemert-Bakel een nieuwe Rekenkamercommissie krijgen. Ook zou de Rekenkamercommissie eens indringend moeten kijken naar de uitgaven van de gemeenten op het sociale terrein. Mij heeft het in ieder geval verbaasd dat de gemeente Laarbeek overhoudt op het sociale budget. De uitgaven die via Peel 6.1. gedaan zijn liggen lager dan verwacht. Dit roept de vraag op of er niet te hard bezuinigd is? Meer dan strikt noodzakelijk. Dit is natuurlijk onacceptabel en moet tot op de bodem uitgezocht worden.


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

maandag 21 maart 2016



Een initiatief van Bowen Straatman


Onderstaande brief zond PNL-raadslid naar het presidium:

“Geacht Presidium,

Deze periode loopt inmiddels ongeveer twee jaar, en er zijn nog twee jaar te gaan tot de volgende verkiezingen. Dit lijk me een uitgelezen moment om onze lokale democratie eens onder de loep te nemen. Alle raadsleden hebben minimaal twee jaar ervaring met de huidige systematiek, en er is nog voldoende tijd tot de verkiezingen om eventuele aanpassingen aan deze systematiek voor te bereiden. De verkiezingen lijken mij persoonlijk een natuurlijk moment om eventuele veranderingen door te voeren. Lokale democratische vernieuwingen zijn een trend in Nederland. Een voorbeeld is Almere waar ze het systeem van commissievergaderingen hebben verlaten, en waar een politieke markt daarvoor in de plaats is gekomen. Dit is slechts een van de vele voorbeelden. Het ministerie van BZK heeft samen met de VNG de ‘Democratic Challenge’ (www.http://democraticchallenge.nl/) in het leven geroepen waarbij geëxperimenteerd wordt met verschillende democratische innovaties. Middels deze brief wil ik aangeven dat door veel gemeenten goed nagedacht wordt over de democratie, en dat nu een goed moment is voor de Laarbeekse gemeenteraad om dat ook eens te doen. Misschien komen we dan zelfs tot de conclusie dat het nog helemaal niet zo slecht is gesteld met de Laarbeekse democratie, maar dan is er in ieder geval over nagedacht. Mijn verzoek aan het presidium is te overleggen hoe we het beste na kunnen denken over onze lokale democratie, en om hierover een voorstel te doen de raad. Dit zou bijvoorbeeld kunnen in een select groepje geïnteresseerden zoals bij de aanpassing van het reglement van orde, maar natuurlijk zijn tal van andere mogelijkheden denkbaar.
 Met vriendelijke groet, Bowen Straatman PNL”

Het presidium stemde vorige week in het zijn voorstel. Er zal een kleine commissie komen die zich hierover gaat buigen.

 Wat Bowen Straatman voorstelt is een  soort midterm review, waarin de raad zich beraadt over de vraag of het raadssysteem zoals dat in Laarbeek functioneert voldoet.  Het is natuurlijk een prima voorstel. Alleen de brief is niet overal even  helder. Bedoelt Straatman dat de raad het systeem als zodanig moet evalueren of is het ruimer? En moet ook het functioneren van de lokale democratie in Laarbeek onder loep genomen worden? Ik neem aan dat zijn focus vooral op het laatste ligt.

Duidelijk is dat dit( raadsysteem en lokale democratie) twee zeer verschillende zaken zijn. Ik zou het op prijs stellen  dat de raad ook naar buiten zou kijken en burgerparticipatie in het onderzoek mee zou nemen. Discussiepunten zijn er meer dan voldoende. Denk b.v. maar eens aan kaderstelling, besturen op hoofdzaken, controle etc. Als een raad dit niet goed geregeld heeft  en er zich niet consequent aan houdt, wordt het een  tandenloze raad. En dat is toch het laatste wat we willen!

Vernieuwingen van de lokale democratie is nog stukken lastiger. Essentiele voorwaarde is dat de afspraken helder zijn. De beide programmabegeleiders van de duurzaamheidsinvestering hebben daar bruikbare ideeën en opvattingen over.



Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

zondag 20 maart 2016



Taken van de gemeente


Heel veel gemeenteraden zijn vooral met zichzelf bezig. Intern gesteggel tussen partijen, akkefietjes die opgeblazen worden en elkaar vliegen afvangen zijn aan de orde van de dag. Nevenzaken voeren de boventoon; de hoofdzaken blijven vaak onderbelicht. Dit patroon zie ik in heel veel gemeenten; ook heel duidelijk in Laarbeek.

Laarbeek moet zien om te gaan met een ongemakkelijke situatie. Na de laatste gemeenteraadsverkiezingen is de grootste partij uit het zadel gestoten en hebben vier partijen een coalitie gesloten. Gevolg hiervan was dat PNL in de oppositie kwam. Gezien de verkiezingsuitslag onterecht vonden velen. Dat was niet het enige malheur dat PNL trof. Tot overmaat van ramp kregen de beide wethouders van PNL uit het vorige college ook nog eens de schuld van de verstoorde verhoudingen binnen het college van B en W zelf en speciaal met de toenmalige burgermeester Ubachs. De kopmannen van PNL, Hans Vereijken en Theodoor Biemans, ruimden al dan niet vrijwillig het veld. Vereijken werd een tijdje wethouder van buiten in een andere gemeente; Biemans stapte uit de raad. PNL wist naar buiten toe de eenheid te bewaren en pakte langzaam maar zeker de oppositierol op. Zijn deed dat niet veel anders dan tijdens de lange periode dat PNL in de raad en het college de dienst uitmaakte.

Het is lastig om de vinger achter het spel dat PNL speelt te krijgen; toch is dit belangrijk om een goed beeld van de bestuurscultuur van Laarbeek te heben. Adagium van PLN is dat de partij opkomt voor de mensen, voor de burgers van Laarbeek. De afwegingen die PNL hierbij maakt, blijven intern in de partij. Naar buiten toe schaart PNL zich achter klachten en/of plannen van burgers c.q. verenigingen. Daar maakt de partij zich hard voor. In het verleden toen de partij nog in het centrum van de macht zat, met succes. Denk maar aan de scouting Lieshout, de jeu- de bouleshal in Mariahout etc. Nu heeft de partij weer zo’n punt opgepakt, het kunstgrasveld voor Sparta. Dit zijn natuurlijk de zuiverste vormen van cliëntalisme.

De coalitiepartijen hebben zich tegen dit laatste voorstel van PNL verzet. Hun verweer was inhoudelijk juist, maar zij wisten de point van het verhaal niet goed over het voetlicht te krijgen. Daardoor werd het een ongelukkig debat met veel te veel nadruk op feitelijkheden die er in wezen niet toe deden. In deze discussie kwam weer eens naar voren dat de raad veel te weinig waarde hecht aan kaderstelling. Primair moet niet de vraag staan of er iets moet gebeuren, zeg het aanleggen van een kunstgrasveld, maar de principiële vraag: welke taken heeft de gemeente? De raad heeft hierover nauwelijks een inhoudelijk debat gevoerd.

En toch is deze discussie van wezenlijk belang. Zeker in een tijd, waarin de gemeente allerlei taken doorgeschoven krijgt van het Rijk en de komst van asielzoekers een flinke aanslag op het gemeentelijke budget gaat doen. De rijksoverheid slankt af en wat doet de gemeente? Allerhoogste tijd derhalve om zich te bezinnen op de taken van de gemeente, op de vraag welke taken blijven we nog uitvoeren en welke niet? En vooral waarom wel of waarom niet?

Pas op het moment dat de raad dit duidelijk heeft en bereid is consequent daarnaar te handelen, kunnen deelvragen als kunstgrasveld ja of nee zonder ook maar een zweem van cliëntalisme beantwoord worden. Werk aan de winkel dus!


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

woensdag 16 maart 2016



Helmond




Ik kijk altijd met heel veel belangstelling naar de gemeente Helmond, de centrum gemeente van de Peel. Helmond heeft het met het invulen van deze rol r vaak moeilijk mee. Soms lijkt het er op dat zij deze rol helemaal niet willen vervullen en  liever met de grote broer Eindhoven  willen optrekken. De Peel voelt zich hier een beetje verweesd bij. Ik heb zaterdag in het ED dan ook met meer dan gewone belangstelling het artikel gelezen waarin de Helmondse gemeentesecretaris  Alwin ter Voert spreekt over het nieuwe toekomstplan van de gemeente Helmond “ Mensen maken de stad, samen maken we het verschil”. Dit gaat over een interne aanpak op het Helmondse gemeentehuis. Ik citeer het artikel:


“ De gemeente Helmond gaat als overheidsbedrijf flink op de schop. De inwoners van de stad moeten beter en sneller worden bediend.
Aangifte doen van de geboorte van je kind? Als jonge vader hoef je in de toekomst niet meer naar het gemeentehuis. Het moet straks vanaf het kraambed kunnen. Even inloggen via internet en klaar is kees. Een vergunning aanvragen voor uitbreiding van je bedrijf? Een ondernemer vindt straks veel sneller informatie, bijvoorbeeld hoe het zit met het bestemmingsplan. En de vergunning moet daarna snel in de bus vallen, niet na maanden wachten.
Het zijn zomaar twee voorbeelden van hoe de gemeente Helmond de eigen toekomst voor ogen heeft. In navolging van andere gemeenten gaat nu ook in Helmond vanaf de zomer veel veranderen. De grote organisatie, met nu nog 726 ambtenaren, gaat niet alleen afslanken, ze moet vooral veel klantvriendelijker worden. De gemeente verandert in een soort zelfbedieningsbureau, waar de burger veel zelf kan regelen. Voor wie daar niet toe in staat is, blijft er persoonlijk contact mogelijk. Mensen die bellen, worden sneller doorverbonden met de juiste ambtenaar.
Tenminste, dit is het beeld dat de hoogte ambtelijke baas, gemeentesecretaris Alwin ter Voert (62), oproept in een toelichting op zijn toekomstplan: 'Mensen maken de stad, samen maken we het verschil'. Vanaf juli wordt dat uitgevoerd. De snel veranderende wereld vereist een andere overheid, zegt Ter Voert. "De burger stelt hogere eisen. Dat vraagt om een andere organisatie." Verantwoordelijk wethouder Jos van Bree: "De alwetende overheid, die mensen vertelt hoe het moet, is niet meer van deze tijd. De gemeente wordt meer een schakel tussen partijen."

Een burger of ondernemer kon er soms horendol van worden: van het ene 'loket' naar het andere gestuurd worden. De ambtenaar van de ene afdeling wist soms niet wat de andere afdeling deed. Ze werkten in hokjes en pasten strikt de regeltjes toe. Helmond was geen uitzondering; zo ging het bij veel gemeenten.

 Bij zijn aanstelling in 2014 kreeg Ter Voert de opdracht de organisatie te moderniseren. Hij begrijpt dat zijn gemorrel aan heilige huisjes aanvankelijk weerstand opleverde. "Er was veel gaande. Mensen keken de kat uit de boom. Door hen nadrukkelijk bij dit proces te betrekken hoopte ik het vertrouwen te winnen." Ter Voert denkt dat dit is gelukt. Bijna 200 medewerkers dachten mee over de nieuwe organisatie, onder andere via 'snelkookpansessies'. "Het draagvlak is nu groot." Uiteindelijk gingen ook de ambtenaren inzien dat het hoog tijd is voor veranderingen. De samenleving is veel digitaler geworden, gemeenten kregen er nieuwe taken bij en er is minder geld beschikbaar.

De bezuiniging moet ertoe leiden dat Helmond uiteindelijk in 2020 jaarlijks 5,8 miljoen euro minder uitgeeft aan de ambtelijke organisatie. Hoeveel arbeidsplaatsen verloren gaan, kan Ter Voert nog niet zeggen. "We hopen dat zo veel mogelijk met natuurlijk verloop op te vangen. "

Van de 726 ambtenaren gaan er een kleine 200 over naar het nieuwe Werkbedrijf Atlant De Peel, een aparte organisatie voor alles wat met werk en inkomen in de Peelregio te maken heeft. De rest van het ambtelijk apparaat wordt deels gereorganiseerd. Enkele afdelingen worden samengevoegd, er komen nieuwe bij, veel managementfuncties verdwijnen. Maar het belangrijkste is volgens Ter Voert een cultuuromslag. 'Gedrag en houding' van ambtenaren moet klantgerichter. Niet de regeltjes uitvoeren moet het uitgangspunt zijn, maar 'de geest van de wet'. "De ambtenaar moet durven zelf afwegingen te maken."”


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


dinsdag 15 maart 2016

Openbaar bestuur



Vandaag verscheen  het rapport  “ Maak het verschil. Krachtig inspelen op  regionaal- economische opgaven ” van Openbaar Bestuur. Als het aan de studiegroep ligt, zullen er in het nieuwe regeerakkoord geen plannen komen te staan over grootschalige gemeentelijke herindeling, het samenvoegen van provincies en/of het afschaffen van waterschappen. Gemeenten worden uitgenodigd om krachtig in te spelen op economische ontwikkelingen. Gemeenten worden uitgedaagd  om – samen met regiogemeenten, provincie, rijk, waterschappen, kennisinstellingen, maatschappelijke partners en burgers – een inhoudelijk programma te maken. Dat geeft energie op bestuurlijke samenwerking. Op basis van de inhoud ga je kijken welke bestuurlijke vorm daar het beste bij past.

Dit is weer iets anders. Meestal is de insteek in dit soort rapporten een zuiver bestuurlijke . Het gaat dan veelal om bestuurskracht en bij gebrek hieraan aan herindeling. Dit rapport biedt een andere kijk. De opstellers gaan uit van de regionale economie. Verdere uitbouw en versterking van dit economisch potentieel zou de basis moeten zijn in de discussie over de meest geëigende bestuursvorm.

Het rapport ”Maak het verschil ” is zeer zeker vernieuwend  en het bestuderen waard . Ik betwijfel echter of gemeenten al zover zijn en primair over de eigen grenzen heel willen kijken. De opmerking  “‘Maar je bent straks niet meer alleen raadslid in en voor je eigen gemeente, maar je moet ook voor de economische en maatschappelijk belangen van jouw regio opkomen.’ Dat vergt andere competenties. ”  is nog een illusie en op dit moment voor veel gemeenten een brug te ver.

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


maandag 14 maart 2016



Ronnes


Het was even flink schrikken, toen het ED zaterdagmorgen met het bericht kwam dat wrnd burgemeester Frans Ronnes met onmiddellijke ingang was teruggetreden als burgemeester van Laarbeek. Ziekte dwong hem tot deze stap. In zijn brief gaf hij aan dat het hem speet dat hij voortijdig moest afhaken.

Van zo’n bericht wordt je stil en gaan je gedachten uit naar een gewaardeerd wrnd burgemeester. Sterkte is zowat het enige wat je hem kunt toewensen.

Natuurlijk weet ik niet hoe de vertrouwenscommissie al gevorderd is met haar werkzaamheden voor de benoeming van een nieuwe burgemeester. Het was de bedoeling dat deze voor september gepresenteerd zou worden.

Als dit tijdschema aangehouden moet worden, is de tijdspanne die overbrugd moet worden redelijk lang. Ongeveer een halfjaar dus. Toch is besloten geen nieuwe waarnemer van buiten te benoemen ,maar de loco-burgemeester te belasten met het waarnemerschap. Dat dit geleid heeft tot enige herschikking van taken is logisch.

Geconstateerd kan worden dat Den Bosch vertrouwen heeft in de ontwikkelingen in Laarbeek. Dit bleek ook al bij de openstelling van de vacature. Onder leiding van burgemeester Ronnes zijn belangrijke stappen gezet die vertrouwen geven. Aan de raad de taak dit vertrouwen niet te beschamen.

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185



zondag 13 maart 2016

 

Mijmering

 

Normaal liggen de onderwerpen voor het Weekbericht voor het oprapen  en moet ik meestal een selectie maken. Deze week ligt de zaken ietwat anders. Vanuit de politiek is er weinig te melden. De raadsvergadering is niet doorgegaan bij gebrek aan agendapunten; de stukken voor de komende commissievergaderingen zijn nog niet verschenen en uit het college komt nauwelijks enig nieuws. Wel was er afgelopen donderdag een raadsbijeenkomst over de samenwerking in de Peel.

Kortom, er is weinig concreets te melden. En dat terwijl de wereld om ons heen in een razend tempo verandert. Zo wordt Peel 6.1 in rap tempo ontmanteld en lijkt in het Bossche bisdom met de benoeming van Gerard de Korte de wind uit een andere, vriendelijker, hoek te gaan waaien. In Brussel proberen de Europese regeringsleiders de tsumani van vluchtelingen te keren, terwijl hier te lande de Tilburgse burgemeester Nordanus pleit  voor verdeling van de vluchtelingen naar rato per gemeente. Het lijkt allemaal langs Laarbeek te glijden.

Nu de Laarbeekse politiek zich  kennelijk nog in een lange winterslaap bevindt, geeft dit mij de gelegenheid om te mijmeren over een  algemene thema dat mij al langer bezig houdt. Iedereen die zijn ogen de kost geeft en een beetje luistert naar wat mensen bezig houdt, ziet en hoort dat er in de land veel geklaagd wordt. Nederland is een klaagland geworden, schreef een deze dagen Jos Kessels in zijn dagelijkse column in het ED.  En in dezelfde sfeer schreef Ton-Jan Meeuws een paar dagen geleden  in de NRC over de volkswoede. Donald Trump exploiteert in de VS  deze volkswoede en vaart er wel bij. Geert Wilders doet in feite in os land niet anders.

De mensen zijn onzeker geworden. Er voltrekken zich in de maatschappij grote veranderingen die de burger direct raken. Zij ervaren deze veranderingen als een persoonlijke bedreiging, waartegen zij niet opgewassen zijn en die zij ook niet kunnen keren. De rijken worden steeds rijker en de doorsnee burger ziet zijn levenspeil in snel tempo dalen. De vangnetten zijn zwaar getroffen door de bezuinigingen van de afgelopen jaren en bieden geen of weinig soelaas meer. Eenmaal werkloos is de kans op een nieuwe baan minimaal. Steeds meer mensen worden dakloos. Illustratief zijn de verhalen die de laatste tijd hierover steeds vaker in de media verschijnen.

Met name de middenklasse worden in toenemende mate de dupe van de automatisering  en verliezen in grote getale hun arbeidsplaatsen die vakkundig weg gesaneerd worden. Hun toekomst wordt steeds onzekerder. Een geweldige voedingsbodem voor demagogen als Donald Trump en Geert Wilders! Met groot verbaal geweld wijzen zij  zondebokken aan en presenteren zij oplossingen, die geen oplossingen zijn. Zij willen de klok terugdraaien , maar de klok valt niet terug te draaien.

Een probate oplossing heb ik natuurlijk ook niet voorhanden. Het enige wat ik weet is dat we moeten ophouden met klagen. We moeten geen klaagland willen zijn. Als we minder naar de media zouden luisteren, die elkaar voortdurend napraten, zouden we al een heel stuk verder op de goede weg. Met zijn allen kunnen wij de uitdagingen aan. Tenminste als we eensgezind zijn. In het verleden was dat zo. Waarom zou het in de toekomst anders zijn? 

P.S. Bovenstaand artikel heb ik in de loop van vrijdag geschreven. Vrijdagavond werd ik echter ruw met de neus op de feiten gedrukt: wrnd burgemeester Frans Ronnes is zwaar ziek en heeft met onmiddellijke ingang zijn functie moeten neerleggen. Van zo’n bericht wordt je stil en gaan je gedachten uit naar een gewaardeerd wrnd burgemeester. Sterkte is zowat het enige wat je hem kunt toewensen.
Misschien verklaart dit menselijke leed ook wel waarom het de afgelopen week politiek zo stil was in het Laarbeekse. 


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

woensdag 9 maart 2016



Onvrede



Jos Kessels noemde Nederland een dezer dagen een klaagland. Natuurlijk heeft hij volkomen gelijk. We doen tegenwoordig niets dan klagen over van alles en nog wat. Wij staan hierin bepaald niet alleen. Overal ter wereld wordt geklaagd en is er grote onvrede. Veel Amerikanen b.v. stemmen uit onvrede op Donald Trump en in Nederland op Geert Wilders of in Duitsland in Hessen dezer dagen op het  Alternative für Deutschland.

 Hoe komt het? Voelen we intuïtief aan dat onze wereld een stuk onveiliger en gevaarlijker is geworden? Natuurlijk speelt dit mee en is het een verklaring voor de massa klaagzangen die over ons worden uitgestrooid. Maar het is niet de volledige verklaring. We zijn ongerust geworden en daardoor een stuk gevoeliger en ontvankelijker voor de diverse klaagzangen. En dus stellen we er ons voor open, meer dan in het verleden. De wereld wordt somberder en we gaan door de tijdgeest hierin mee.

Uiteindelijk lost dit niets op en maken het leven een steeds grotere lijdensweg. We zouden met dit somberen direct moeten stoppen en de onheilsprofeten de mond moeten snoeren door ook aandacht te geven aan positieve beelden.

Gelukkig zijn deze er ook. In veel grotere mate dan we willen geloven. Zoek the sunny side of life op!   Ik moest denken aan de eerste vraag in de oude catechismus. Waartoe zijn wij op aarde?  Ja, natuurlijk “om God te dienen en daardoor hier en in hiernamaals gelukkig te zijn.” Ook Aristoteles wist het al:  “ Het doel van het menselijke leven is geluk ”


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

dinsdag 8 maart 2016



Zorgtaken



Onlangs kwam de melding dat de gemeente Laarbeek  in 2015 fors minder geld heeft uitgegeven voor zorgtaken. Afgelopen maandag kwam de gemeente Deurne  met een soortgelijk bericht naar buiten. Deurne heeft in 2015 2,3 milj euro minder uitgegeven dan begroot. In Laarbeek was het ongeveer een ton.

Dit soort berichten geven te denken. Dit soort berichten komen naar buiten op het moment dat de Tweede Kamer de uitkering van het pgb-budget wil weghalen bij de Sociale Verzekeringsbank SVB , omdat het daar voor geen meter loopt. Horrorverhalen over problemen bij thuishulp waren de laatste tijd schering en inslag.  Zo stond afgelopen maandag b.v. nog het schrijnende verhaal van een mantelzorger in het ED.
2015 was het eerste jaar waarin gemeenten verantwoordelijk werden voor de uitvoering van de zorgtaken. Deze taken kwamen over van het Rijk. Dit gebeurde niet een op een; het Rijk bezuinigde fors op de uitvoering. Gemeenten moesten dit allemaal zo goed mogelijk inschatten. De recente berichten duiden erop dat gemeenten de kosten te hoog hebben ingeschat of te voorzichtig zijn geweest met het toekennen van vergoedingen. Op dit moment is dit nog niet duidelijk. Verstandig is het om ons niet rijker te rekenen dan we zijn.

Opvallend in de Deurnese raadsinformatiebrief vond ik de opmerking over Peel 6.1.Nu die samenwerking op bestuurlijk niveau is geklapt, onderzoekt Deurne drie mogelijkheden: zorg inkopen bij Helmond, de zorgtaken zelf uitvoeren óf zich aansluiten bij de vier Peelgemeenten Asten, Someren, Gemert-Bakel en Laarbeek.

Met Peel 5.1 kan het klaarblijkelijk nog alle kanten op en is nog niets zeker. Dit geeft te denken.


Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185

maandag 7 maart 2016



Duurzaamheid


Het is heel lang wel erg stil gebleven rond de plannen voor grotere duurzaamheid in Laarbeek. Vorig jaar heeft het college het initiatief genomen en financiële ruime geschapen voor de uitvoerig van  dit project. Duidelijk was dat het college het initiatief voor de ontwikkeling van de plannen bij de burgers wilde leggen. Zij zouden het initiatief moeten nemen. De concrete vormgeving liet echter op zich wachten. En eigenlijk is dit anno maart 2016 nog steeds zo.

Het college heeft twee  ambtenaren  belast met de voorbereiding en vormgeving van het project. Rianne Schwillens en  Joan van Wetten zijn de beide kartrekkers. Een uit de softe, de andere uit de harde sector dus. Dit duidt op een zekere keuze. Terecht, want duurzaamheid strekt zich uit over alle aspecten van het leven. Alleen , hierin schuilt ook een gevaar: het kan ook te breed worden.

Beide kartrekkers hebben in de MooiLaarbeekkrant van vorige week voor het eerst over het duurzaamheidsproject geschreven. Het is het eerste van een reeks publicaties om de burgers van Laarbeek te informeren over wat zij noemen de “ duurzaamheidsinvestering”.  Het is een heel mooi artikel geworden, fraai uitgevoerd met natuuurlijk groen als achtergrondkleur. De kartrekkers zijn zich duidelijk bewust dat er structuur aan het project gegeven moet worden. Je kunt niet zomaar burgers oproepen om initiatieven te ontwikkelen. Er zal vooraf een toetsingskader moeten zijn, dat helderheid en zekerheid biedt. Afbakening van het begrip duurzaamheid is een eerste eiste.

De eerste publicatie in de MooiLaarbeekkrant levert nog niet veel concrete informatie op. De nadruk ligt op het voorstellen van de twee kartrekkers. Zij gaan nu aan de slag. Hierbij is hun uitgangspunt heel duidelijk: het niet iets van de gemeente, de gemeenteraad of het college. Het is primair iets van de burger, dus van ons samen. Daarom ook dat zij aankondigen dat zij het toetsingskader  samen met de burgers willen ontwikkelen. Zij stevenen af  op een bijeenkomst rond de zomer.

Een prima startpunt. Nu de vaart er nog in brengen.

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


zondag 6 maart 2016



OZB

 


De onroerendezaakbelasting ofwel de OZB houdt de gemoederen nog steeds sterk bezig. In de media wordt flink geklaagd over de verhoging van deze belasting in diverse gemeenten. Menigeen doet er driftig aan mee met als voorlopig hoogtepunt – of als je wil – dieptepunt De Telegraaf van afgelopen woensdag 2 maart onder kop “ Geduld op met ozb-verhogingen”.

Zowel op de hoofdpagina als op de pagina’s 2 en 3 haalt het dagblad van wakker Nederland flink uit tegen gemeenten die in de ogen van De Telegraaf de OZB excessief hebben verhoogd. Ook Laarbeek figureert parmantig in dit staatje met een OZB verhoging van 13,91%. Maar het kan altijd nog erger, zoals het staatje van de verhogingen aangeeft. De Limburgse gemeente Meerssen verhoogt de OZB zelfs met maar liefst 37%.

De Telegraaf baseert zich in haar verslaggeving op bronnen van de Vereniging Eigen Huis. Hans André de la Porte stoort zich al jaren aan de OZB. Het zijn de huiseigenaren die jaar op jaar moeten bloeden voor het in stand houden van de gemeentelijke voorzieningen. Het is volgens de la Porte de pest dat de OZB in tegenstelling tot de riool- en afvalstoffenheffing vrij besteedbaar is. Gemeenten misbruiken die vrijheid om huiseigenaren te laten opdraaien voor elke financiële tegenvaller waarmee zij geconfronteerd worden.

Het Rijk heeft met de gemeenten een macronorm voor de stijging van de OZB in 2016 afgesproken. Volgens deze norm mag de OZB niet harder stijgen dan 1,57%. Meer dan 200 gemeenten overschrijden dit jaar deze norm. Gemiddeld is de stijging dit jaar 2,4%. Gemeenten kunnen dit straffeloos doen, omdat op de overschrijding op geen sanctie staat. De verantwoordelijke minister, Ronald Plasterk,  is dan ook niet van plan dit jaar actie te ondernemen. Hij heeft alleen aangekondigd dat gemeenten volgend jaar dat gemeenten het teveel aan OZB berekende zullen moeten compenseren. Het lijkt vooralsnog niet meer dan een loos dreigement.

De wijze waarop tot op heden de discussie gevoerd wordt, heeft weinig zin en zet geen zoden aan de dijk. Niemand zal ontkennen dat gemeenten inkomsten nodig hebben voor het onderhouden van voorzieningen en diensten. De ergernis is zo groot omdat veel kosten afgewenteld worden op uitsluitend de huiseigenaren en omdat de stijging groter is dan is afgesproken.  De OZB is een onevenwichtigheid in het Nederlandse belastingsysteem. Het is overigens niet de enige; er zijn er meer zoals iedereen weet die deze maand zijn belastingformulier moet controleren.

Gezien de jaarlijkse heisa rond de OZB is het niet zo vreemd dat gemeenten pleiten voor een nieuwe gemeentelijke belasting. Maar als bestaande afspraken zoals bij de OZB zo slecht worden nagekomen, is er natuurlijke alle reden om de komst van een nieuwe gemeentebelasting met de grootst mogelijke argwaan te bekijken. Zoals de gemeenten nu omspringen met de OZB doen zij zichzelf de das om.

In Laarbeek hebben de coalitiepartijen zonder veel discussie ingestemd met een forse OZB-verhoging. Zij hebben bijna kritiekloos het college gevolgd. Er was weinig aandacht voor tegengeluiden. De argumentatie voor de verhoging  was uitermate zwak: een keer fors verhogen en voor de resterende tijd van de zittingsperiode niet meer! Met een politiek argument werd derhalve de forse verhoging doorgedrukt. Niet erg slim,lijkt mij.

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185



woensdag 2 maart 2016



Burgemeestersbenoemingen.


Ik neem aan dat de Laarbeekse vertrouwenscommissie druk bezig is met het voorbereiden van de benoeming van een nieuwe burgemeester voor Laarbeek. Hoe ver zij ondertussen zal zijn , is onbekend. Daar hoort natuurlijk ook zo in het vertrouwelijke proces van de benoemingsprocedure.

Toen ik vanmorgen op raadslid.nu het overzichtsartikel over de burgemeester benoemingen in 2015 las, moest ik natuurlijk even aan Laarbeek denken. Het artikel is gebaseerd op een onderzoek van het Burgemeestersblad. Voor Laarbeek is het zinvol juist nu even aandacht aan dit artikel te besteden. Aan het artikel ontleen ik het navolgende:

“ In 2015 zijn er door de gemeenteraden 38 burgemeesters benoemd, waarvan 10 vrouwelijke burgemeesters. Daarmee werd het aantal van acht vertrokken vrouwelijke burgemeesters gecompenseerd, waardoor per saldo het aantal vrouwelijke burgemeesters in 2015 met twee vrouwelijke burgemeesters is uitgebreid.
Het aantal vrouwelijke burgemeesters stijgt de afgelopen jaren slechts met mate. Enkele jaren geleden was er nog een lichtpuntje te vinden in de benoeming van vrouwelijke waarnemend burgemeesters. Vijf jaar geleden werden door de commissarissen in de helft van de waarnemingen een vrouw benoemd. Echter, in 2015 werden 11 vrouwen als waarnemend benoemd. Dit betreft slechts één derde van de waarnemingsbenoemingen.
                                                                                                                                                De diversiteit onder de benoemingen van burgemeesters is nog altijd schaars, zo blijkt uit het artikel in het Burgemeestersblad. In 2015 werd er slechts één allochtone burgemeester benoemd. In Almere kreeg Franc Weerwind de voorkeur van de gemeenteraad als opvolger van Annemarie Jorritsma. Weerwind was burgemeester in Velsen, waardoor het viertal allochtone burgemeesters (Aboutaleb, Oudshoorn, Sylvester en Weerwind) het zelfde bleef. Dit aantal heeft al jaren geen aanvulling gekregen.                 
 Qua leeftijd lijkt er sprake te zijn van een ontgroening. In 2015 werd er door geen enkele gemeenteraad een dertiger als burgemeester voorgedragen. De Rode Lantaarn voor jongste burgemeester blijft hierdoor in handen van  Ben Visser, burgemeester in Scherpenzeel. Door het gebrek aan benoemingen van ‘jongeren’ ligt de gemiddelde leeftijd van nieuwe Kroonbenoemingen in 2015 op 51 jaar.
Wel staat de burgemeester in de meeste gevallen nog altijd ‘boven de partijen’, zo valt af te leiden uit het onderzoek dat het Burgemeestersblad naar de burgemeestersbenoemingen uitvoerde. Al jaren blijken gemeenteraden goed in staat te zijn dit onderscheid te maken bij de selectie van een nieuwe burgemeester.  Bij twee op de drie benoemingen veranderde de burgemeesterspost van politieke kleur, waardoor duidelijk is geworden dat ook in 2015 de lokale politieke verhoudingen niet persé doorwerken op de benoeming van de burgemeester. In bijna 90 procent van de gevallen is de burgemeester geen lid van de partij met de grootste fractie in de gemeenteraad en in bijna 35 procent van de gevallen is de burgemeester zelfs lid van een partij die zich niet in de coalitie bevindt.”
Algemeen conclusie van het artikel is dat gemeenteraden in 2015 niet of nauwelijks vrouwelijke burgemeesters hebben benoemd. Ook zijn er geen dertigers tot burgemeester benoemd en werd er slechts één allochtone burgemeester benoemd.
 Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185


dinsdag 1 maart 2016



Langdurige armoede


Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) doet onderzoek naar langdurige armoede in Nederland. In het recent verschenen rapport constateert het SCP dat door de economische crisis het aantal Nederlanders dat in langdurige armoede moet leven snel is gestegen. Verschillende dagbladen publiceren vandaag hierover. Aan de Volkskrant van dinsdag ontleen ik het volgende:
Nederland telde in 2013 1,25 miljoen armen. Daarvan leefde bijna de helft (595 duizend mensen) minstens drie jaar onder de armoedegrens, het criterium voor langdurige armoede. Dat is bijna 4 procent van de Nederlandse bevolking. Voor de crisis (2007) waren er 850 duizend armen en lag het aantal langdurig armen op nog geen 500 duizend.

Het SCP verwacht niet dat het aantal armen ooit weer naar dat pre-crisisniveau zal dalen, ook niet als de economie verder aantrekt. De reden daarvoor is dat steeds meer mensen een flexibel contract hebben of zzp'er zijn. Opvallend is dat bijna de helft van de armen (285 duizend) wel betaald werk heeft, maar dat het inkomen dat ze daarmee verdienen niet voldoende is om rond te komen. Langdurig armen moeten het vaak doen met slechte huisvesting en hebben geen geld voor cadeautjes en goede tandheelkundige zorg. En soms is er ook onvoldoende te eten.
Het SCP beschouwt personen als arm als zij een inkomen hebben dat te laag is om kleding, voedsel en huisvesting van te betalen, plus sporadische sociale uitgaven, zoals het lidmaatschap van een sportclub. In 2013 lag dat bedrag op 1.061 euro netto per maand voor alleenstaanden en 1.990 euro voor een gezin met twee kinderen. Het SCP noemt dit het 'niet-veel-maar-toereikend criterium'. Wie minimaal een jaar onder die inkomensgrens leeft, wordt door het SCP tot de armen gerekend.

Opvallend is de toename van de armoede in de laatste 25 jaar. Rond 1990 waren er betrekkelijk weinig mensen arm. Dat aandeel steeg in de periode 1991-1993, waarna opnieuw een daling volgde. Begin deze eeuw begon het aantal armen in Nederland weer te stijgen.'Sinds 2008 is de armoede vrijwel onafgebroken toegenomen.

Het SCP meent dat de armoede in het verleden dikwijls werd onderschat, hetgeen veel te maken had met de definitie van armoede. De internationale definitie van armoede is een huishoudinkomen dat hoogstens 60 procent is van het inkomen van een doorsneegezin. Maar die definitie gaat er ten onrechte vanuit dat gezinnen die net iets meer verdienen genoeg geld hebben om de primaire levensbehoeften van te betalen. Ook de statistische methoden die het SCP en het CBS in het verleden gebruikten om armoede te meten, onderschatten het werkelijke probleem, stelt het SCP nu.

Het SCP concludeert dat het erg belangrijk is om huishoudens die in armoede vervallen, zo snel mogelijk hulp te bieden. Hoe langer de armoede duurt, hoe moeilijker het namelijk wordt om aan die val te ontsnappen. Van degenen die afglijden in de armoede lukt het 60 procent om daar binnen een jaar weer uit te komen. In het tweede armoedejaar lukt het nog maar 20 procent om uit die nare toestand te geraken. Vanaf drie jaar wordt armoede bijna structureel.
Het beeld wordt nog treuriger als ook de andere kant in aanmerking wordt genomen: het aantal mensen dat zich aan de armoede weet te ontworstelen, maar vervolgens toch weer terugvalt daarin. Van degenen die hun inkomen opvijzelen, vervalt 20 procent al na een jaar weer in armoede. Op langere termijn weet 40 procent van alle mensen die zich uit de armoede werken die verbetering van hun situatie niet vast te houden.”
Geïntrigeerd door het gemiddelde van 4% van mensen die leven in langdurige armoede, vroeg ik mij af hoe hoog dat percentage in Laarbeek zou zijn. IK vond op de site van het SCP het getal van 6,1%.
Dit is schrikken. Dat zijn ruim 1300 inwoners van Laarbeek!

Voor reactie wphvanosch@onsbrabantnet.nl of bel 0653627185